6
Voorbereiding van de werking met afstandsbediening
- Het ontvangersignaal gaat ongeveer 6 meter ver.
- Wanneer u op de ON/OFF-toets drukt, klinkt in het toestel
voor binnen 1-2 x een signaal om aan te geven dat het
toestel het signaal heeft opgevangen.
- Wanneer u niets hoort, nogmaals drukken.
- Spring zorgvuldig om met de afstandsbediening, laat deze
niet vallen of leg deze niet op een vochtige plaats om te
vermijden dat ze slecht gaat werken. Monteer de
afstandsbediening aan de muur zodat het signaal door de
ontvanger in het toestel voor binnen opgevangen kan
worden.
Vervanging van de batterijen!
- Wanneer het signaal van de afstandsbediening zwak is of
wanneer de aanduiding op de afstandsbediening bijna niet
meer leesbaar is, moeten de batterijen onmiddellijk
vervangen worden.
- De juiste polariteit is van groot belang voor de batterijen in
de afstandsbediening.
- Beide batterijen moeten altijd nieuw en van dezelfde
fabrikant zijn.
Wanneer de afstandsbediening niet juist werkt (noodbediening)
Indien de afstandsbediening niet juist werkt (lege batterijen of
verkeerde werking), kan u de noodschakelaar gebruiken.
- Toestel aan: Na het drukken op de noodschakelaar, wordt het
toestel uitgeschakeld.
- Het apparaat is uitgeschakeld: na het indrukken van de noodknop
schakelt het apparaat over naar de automatische modus. Het
verstellen van de lamellen gebeurt dan eveneens automatisch.
Noodschakelaar