7.7 Verwisselen van zaagblad (fig. 1, 38-41)
Netstekker uit het stopcontact verwijderen!
Machinekop (4) omhoogzwenken en in deze
stand arręteren d.m.v. de borgbout (27).
Op de ontgrendelhefboom (3) drukken en
zaagbladbescherming (6) omhoog klappen tot de
uitsparing in de zaagbladbescherming (6) boven
de flensschroef (39) is.
Met één hand de zaagasvergrendeling (5)
indrukken en met de andere hand de sleutel (P)
op de flensschroef (39) aanzetten.
De zaagasvergrendeling (5) hard indrukken en de
flensschroef (39) langzaam met de wijzers van de
klok mee draaien. Na maximaal één hele slag
klikt de zaagasvergrendeling (5) vast.
Draai dan met wat meer kracht de flensschroef
(39) met de wijzers van de klok mee los.
Draai de flensschroef (39) er helemaal uit en
neem de buitenflens (40) af.
Neem het zaagblad (7) van de binnenflens af en
trek het naar beneden eruit.
Flensschroef (39), buitenflens (40) en binnenflens
zorgvuldig schoonmaken.
Het nieuwe zaagblad (7) in omgekeerde volgorde
monteren en aanhalen.
Let op! De afschuining van de tanden, d.w.z. de
draairichting van het zaagblad (7), moet
overeenkomen met de richting van de pijl op het
huis.
Controleer of de veiligheidsinrichtingen naar
behoren werken voordat u met de zaag verder
werkt.
Let op! Telkens na het verwisselen van zaagblad
controleren of het zaagblad al loodrecht staande
alsook op 45° gekanteld in het tafelinzetstuk (12)
vrij draait.
Let op! Het verwisselen en richten van het
zaagblad (7) dient naar behoren te worden
uitgevoerd.
7.8 Opbergvak voor reservezaagblad
(fig. 42, pos. 28)
De zaag is voorzien van een opbergvak (28) voor een
reservezaagblad. Bij het uitklappen van het
opbergvak (28) dient u de grendelknop (29) aan de
achterzijde van de zaag te trekken en het opbergvak
(28) tegelijkertijd uit te trekken.
7.9 Bedrijf laser (fig. 43-45, pos. 21)
Inschakelen: Breng de AAN/UIT-schakelaar laser
(42) naar de stand „I“ om de laser (21) in te
schakelen. Een laserlijn wordt op het te bewerken
stuk geprojecteerd die exact aanduidt langs waar het
snijden dient te gebeuren.
Uitschakelen: Breng de AAN/UIT-schakelaar laser
(42) naar de stand „0“.
Instellen van de laser: De laser kan, indien nodig,
worden bijgeregeld door de schroeven (41) wat los te
draaien. Haal de schroeven aan het einde van de
justeerwerkzaamheden terug aan. Let op! Niet
rechtstreeks in het laserlicht kijken!
Verwisselen van batterijen: Zorg ervoor dat de
laser (21) uitgeschakeld is. Verwijder het deksel van
het batterijvak (43). Neem de afgewerkte batterijen
eruit en vervang ze door nieuwe (2 x 1,5 volt type
R03, LR 03 micro, AAA). Let bij het installeren op de
juiste polariteit van de batterijen. Sluit het batterijvak
opnieuw d.m.v. het deksel.
7.10 Transport (fig. 1-3)
Vastzetgreep (14) aanhalen om de draaitafel (17)
te vergrendelen.
Ontgrendelhefboom (3) bedienen, machinekop
(4) omlaagdrukken en arręteren d.m.v. de
borgbout (27). De zaag is dan in de onderste
stand vergrendeld.
Trekfunctie van de zaag in de achterste stand
fixeren d.m.v. de vastzetschroef voor
trekgeleiding (25).
Draag de machine aan de vaststaande zaagtafel
(18) of, als de zaag op het onderstel is
gemonteerd, aan de overeenkomstige
greeptroggen van het onderstel.
Om de machine opnieuw op te bouwen gaat u te
werk zoals beschreven in punt 6.2.
7.11 Verwijderen van batterijen
Zorg ervoor dat de verpakking milieuvriendelijk wordt
gerecycleerd. Let op een soort bij soort recyclage.
Batterijen horen niet thuis bij het gewone huisvuil.
Elke verbruiker is wettelijk gehouden batterijen naar
behoren op de ervoor voorziene inzamelplaatsen in te
leveren. Stuur afgedankte batterijen naar iSC GmbH,
Eschenstraße 6 in D-94405 Landau. Daar is door de
fabrikant een behoorlijke verwijdering verzekerd.
8. Vervangen van de netaansluitkabel
Als de netaansluitkabel van dit gereedschap wordt
beschadigd, dient deze door de fabrikant of door de
dienst na verkoop of een overeenkomstig
gekwalificeerde persoon te worden vervangen om te
voorkomen dat iemand in gevaar wordt gebracht.
NL
60