23
NL
zaagblad.
Ȝ Het zaagblad mag niet met de hand of door
zijdelingse druk tegen het zaagblad worden
afgeremd.
Ȝ De pendelbeschermkap mag niet klem zitten en
moet aan het einde van de zaagbeurt zich weer in
de oorspronkelijke positie bevinden.
Ȝ Voor gebruik van de cirkelzaag de werking van de
pendelbeschermkap controleren terwijl de
netstekker uit het stopcontact is verwijderd.
Ȝ Vergewis u er zich voor elk gebruik van de
machine van dat de veiligheidsinrichtingen zoals
pendelbeschermkap, flenzen en
verstelinrichtingen werken resp. correct zijn
afgesteld en vastgezet.
Ȝ Op de aansluiting voor spaanderafzuiging (14) kan
u een gepaste stofafzuiging aansluiten. Vergewis
u er zich van dat de stofafzuiging veilig en naar
behoren is aangesloten.
Ȝ De bewegelijke pendelbeschermkap mag voor het
zagen niet in de teruggetrokken beschermkap
worden vastgeklemd.
ƽ Let op! Trek telkens de netstekker uit het
stopcontact voordat u aan de cirkelzaag werkt!
6.2 Gebruik van de cirkelzaag
Ȝ Pas snijdiepte, snijhoek en parallelaanslag aan
(zie pt. 5.1, 5.2 en 5.4).
Ȝ Vergewis u er zich van dat de AAN/UIT-
schakelaar (2) niet ingedrukt is. Sluit pas dan de
netstekker aan op een gepast stopcontact.
Ȝ Zet de cirkelzaag enkel met gemonteerd zaagblad
aan!
Ȝ Plaats de zaagvoet plat op het te bewerken stuk.
Het zaagblad mag het werkstuk niet raken.
Ȝ Hou de cirkelzaag dan met beide handen vast.
Ȝ Voordat u met het zagen van het werkstuk begint
kan u de pendelbeschermkap (19) iets openen
m.b.v. de hendel (15). Daardoor wordt een
gemakkelijker start van het zagen mogelijk.
6.3 In-/uitschakelen (fig. 9)
Inschakelen:
Grendelknop (3) en AAN/UIT-schakelaar (2)
tegelijkertijd indrukken.
Ȝ Laat het zaagblad aanlopen tot het de volle
snelheid heeft bereikt. Leidt het zaagblad dan
behoedzaam langs de snijlijn. Oefen daarbij
slechts een lichte druk uit op het zaagblad.
Uitschakelen:
Grendelknop en AAN/UIT-schakelaar loslaten.
Ȝ Bij het loslaten van de handgreep wordt de
machine automatisch uitgeschakeld zodat
onbedoeld draaien niet mogelijk is.
Ȝ Let er goed op dat tijdens het werken de
ventilatieopeningen niet worden afgedekt of
verstopt geraken.
Ȝ Rem het zaagblad na het uitschakelen niet af door
er zijdelings tegen te drukken.
Ȝ Let op! Leg de machine pas neer nadat het
zaagblad helemaal tot stilstand is gekomen.
ƽ Let op! Proefsnede met een stuk afvalhout
uitvoeren.
6.4 Verwisselen van zaagblad (fig. 10-13)
ƽ Let op! Trek telkens de netstekker uit het
stopcontact voordat u aan de cirkelzaag werkt!
Gebruik uitsluitend zaagbladen van hetzelfde type
zoals het bijgeleverde zaagblad van deze cirkelzaag.
Vraag advies in de gespecialiseerde handel.
Voor het verwisselen van zaagblad hebt u de
bijgaande zaagbladsleutel (13) nodig. De
zaagbladsleutel (13) wordt bewaard in de
zaagschoen (6). Trek desgewenst de zaagbladsleutel
(13) de zaagschoen (6) uit.
Let op! Om veiligheidsredenen mag de
handcirkelzaag niet met ingestoken zaagbladsleutel
(13) in werking worden gesteld.
Ȝ Druk op het spilarrêt (11).
Ȝ Schroef ter beveiliging van het zaagblad (17)
losdraaien m.b.v. de zaagbladsleutel (13).
Ȝ Bewegelijke pendelbeschermkap (19) met hendel
voor pendelbeschermkap (20) terugschuiven en
vasthouden.
Ȝ Met de zaagbladsleutel (12) op de flens (18)
tegenhouden.
Ȝ Flens schoonmaken, nieuw zaagblad installeren.
Draairichting in acht nemen (zie pijl op de
beschermkap en op het zaagblad)!
Ȝ Schroef voor de zaagbladbeveiliging (17)
aanhalen; erop letten dat het zaagblad ronddraait.
Ȝ Voordat u de AAN-schakelaar indrukt dient u zich
ervan te vergewissen dat het zaagblad correct is
gemonteerd, bewegelijke onderdelen gemakkelijk
bewegen en de klemschroeven goed aangehaald
zijn.