zwaarste letsels bij de werkman of bij personen in de
omgeving. Vooral bij zijdelingse sneden, alsmede bij
schuine sneden en langssneden is het gevaar voor
een terugstoot bijzonder groot omdat de
klauwaanslag niet kan worden ingezet. Vermijdt
daarom zoveel mogelijk dergelijke sneden uit te
voeren en werk bijzonder voorzichtig als ze niet te
vermijden zijn!
Het gevaar voor een terugstoot is het grootst als u de
zaag in de zone rond de top van het zwaard aanzet
omdat daar de hefboomwerking het sterkst is (fig.
22). Zet de zaag daarom altijd zo vlak mogelijk en
dichtbij de klauwaanslag aan (fig. 23).
Let op!
Ȝ Let er steeds op dat de ketting correct is
gespannen!
Ȝ Gebruik enkel kettingzagen die in onberispelijke
staat verkeren!
Ȝ Werk alleen met een naar behoren gescherpte
zaagketting!
Ȝ Zaag nooit boven schouderhoogte!
Ȝ Zaag nooit met de bovenkant of top van het
zwaard!
Ȝ Hou de zaag steeds met beide handen vast!
Ȝ Maak indien mogelijk altijd gebruik van de
klauwaanslag als steunpunt.
Zagen van hout onder spanning
Bij het zagen van hout dat onder spanning staat dient
u uiterst voorzichtig te werk te gaan! Onder spanning
staand hout waarvan de spanning door zagen
vrijkomt reageert soms volledig ongecontroleerd. Dat
kan leiden tot zwaarste en zelfs dodelijke letsels (fig.
24-26).
Dergelijke werkzaamheden mogen slechts door
geschoolde vakmannen worden verricht.
7. Technische gegevens
Netspanning: 230 V ~ 50 Hz
Nominaal vermogen: 2200 watt
Lengte van het zwaard 400 mm
Snijlengte max.: 405 mm
Snijsnelheid bij nominaal toerental: 16,5 m/s
Vulhoeveelheid olietank: 130 ml
Gewicht met zwaard + ketting: 5,3 kg
Bescherming klasse: II
Gegarandeerd geluidsvermogen onder last108 dB(A)
Geluidsdrukniveau onder last 84,6 dB(A)
Versnelling: (bepaald volgens EN 50144)
Voorste handgreep onder last 3,445 m/s
2
Achterste handgreep onder last 2,882 m/s
2
8. Onderhoud
8.1 Vervangen van zaagketting en zwaard
Het zwaard dient te worden vervangen als
Ȝ de geleidegroef van het zwaard versleten is,
Ȝ het recht tandwiel in het zwaard beschadigd of
versleten is.
Ga hiervoor te werk zoals toegelicht in het hoofdstuk
“Montage van zwaard en zaagketting”!
8.2 Controleren van de automatische
kettingsmering
Ga regelmatig na of de automatische kettingsmering
functioneert teneinde een oververhitting en de daaruit
voortvloeiende beschadiging van zwaard en
zaagketting te voorkomen. Richt daarvoor de top van
het zwaard tegen een glad oppervlak (plank,
aansnede van een boom) en laat de kettingzaag
draaien.
Indien zich dan een toenemend oliespoor vertoont,
werkt de automatische smering van de ketting
perfect. Is geen duidelijk oliespoor te zien gelieve de
overeenkomstige aanwijzingen in het hoofdstuk
“foutopsporing“ te lezen! Indien ook deze
aanwijzingen niet vooruithelpen wendt u zich tot onze
service of tot een overeenkomstig gekwalificeerde
werkplaats.
Let op! Raak daarbij niet het oppervlak. Neem een
voldoende veiligheidsafstand (ca. 20 cm) in acht.
8.3 Scherpen van de zaagketting
U kan met de kettingzaag enkel effectief werken als
de zaagketting in goede staat verkeert en scherp is.
Daardoor vermindert ook het gevaar voor een
terugstoot.
De zaagketting kan bij elke gespecialiseerde
handelaar worden bijgeslepen. Probeer niet de
zaagketting zelf te scherpen als u niet over het
gepaste gereedschap en de nodige ervaring
beschikt.
8.4 Verwisselen van koolborstels (fig. 27-28)
Let op!
Vóór het verwisselen van koolborstels netstekker uit
het stopcontact verwijderen!
Als de koolborstels versleten zijn dienen die te
worden vervangen.
Ga daarbij als volgt te werk:
NL
38