NL
19
Geluid en vibratie
De geluids- en vibratiewaarden werden bepaald
volgens EN 60745.
Geluidsdrukniveau L
pA
85,5 dB (A)
Onzekerheid K
pA
3 dB
Geluidsvermogen L
WA
96,5 dB (A)
Onzekerheid K
WA
3 dB
Draag een gehoorbeschermer.
Lawaai kan aanleiding geven tot gehoorverlies.
Totale vibratiewaarden (vectorsom van drie
richtingen) bepaald volgens EN 60745.
Boren in metaal
Trillingsemissiewaarde a
h
= 2,82 m/s
2
Onzekerheid K = 1,5 m/s
2
ƽ Let op!
De vibratiewaarde zal op grond van het
toepassingsgebied van het elektrische gereedschap
veranderen en kan in uitzonderingsgevallen boven
de opgegeven waarde liggen.
5. Vóór inbedrijfstelling
Controleer of de gegevens vermeld op het kenplaatje
overeenkomen met de gegevens van het stroomnet
alvorens het gereedschap aan te sluiten.
Verwijder altijd de netstekker uit het stopcontact
voordat u het gereedschap anders afstelt.
5.1. Extra handgrepen monteren
De extra handgrepen (6) bieden een bijkomende
houvast tijdens het gebruik van het gereedschap.
Gebruik daarom het gereedschap niet zonder de
extra handgrepen.
5.1.1 Extra handgreep (6a) monteren (fig. 2)
De extra handgreep (6a) kan op de drie posities
(A, B, C) worden ingedraaid.
5.1.2 Extra handgreep (6b) monteren (fig. 3)
De extra handgreep (6b) wordt achter op het
gereedschap bevestigd d.m.v. de schroef (b).
5.2 Aanbrengen van de mengstaaf (fig. 4)
Verwijder altijd de netstekker uit het stopcontact
voordat u het gereedschap anders afstelt.
De boorhouder met de bijgeleverde spansleutel
(7) tegen de richting van de wijzers van de klok in
openen.
Voor een optimale bevestiging is het aan te raden
de mengstaaf of het gereedschap zo ver mogelijk
de boorhouder in te schuiven. Haal na het
inzetten van de mengstaaf of het gereedschap de
boorhouder (1) met de wijzers van de klok mee
met de spansleutel (7) aan tot de mengstaaf of
het gereedschap is vastgespannen. Controleer of
de mengstaaf in de boorhouder (1) goed vast zit.
Controleer regelmatig of de mengstaaf of het
gereedschap goed vast zit (netstekker uit het
stopcontact verwijderen!).
6. Bediening
6.1 AAN/UIT-schakelaar (fig. 5, pos. 3)
Zet eerst een gepaste mengstaaf het
gereedschap in (zie 5.2).
Sluit de netstekker aan op een gepast
stopcontact.
Aanzetten:
AAN/UIT-schakelaar (3) indrukken
Continubedrijf:
AAN/UIT-schakelaar (3) indrukken en borgen d.m.v.
de vastzetknop (2).
Uitzetten:
De AAN-/UIT-schakelaar (3) kort indrukken.
6.2 Toerental afstellen (fig. 5, pos. 3)
U kan het toerental tijdens het bedrijf traploos
regelen.
U kiest het toerental door de AAN/UIT-
schakelaar (3) meer of min hard in te drukken.
AAN/UIT-schakelaar (3) minder hard ingedrukt:
lager toerental
AAN/UIT-schakelaar (3) harder ingedrukt: hoger
toerental
6.3 Vooraf instellen van het toerental
(fig. 5, pos. 4)
De toerentalafstelring (4) maakt het mogelijk het
maximumtoerental vast te leggen. De AAN/UIT-
schakelaar (3) kan enkel nog tot het vooraf
ingestelde maximumtoerental worden ingedrukt.
Stel het toerental af d.m.v. de afstelring (4) in de
AAN/UIT-schakelaar (3).
Verricht deze afstelling niet terwijl de menger
draait.