G4).
Met behulp van de diverse riemverstellers op de
draagriem de optimale werk- en snijpositie
afstellen (fig. G5).
Teneinde de optimale lengte van de draagriem te
bepalen, maakt u vervolgens enkele
zwenkbewegingen zonder de motor te starten
(fig. H).
De draagriem is voorzien van een snel openend
mechanisme. Trek aan het rode riemeinde (fig. G6)
als u het gereedschap vlug moet afleggen.
Let op! Gebruik de riem altijd als u met het
gereedschap werkt. Breng de riem aan zodra u de
motor hebt gestart en de motor stationair draait.
Ga voor iedere ingebruikneming na of:
het brandstofsysteem geen lekkage vertoont,
de veiligheidsinrichtingen en de snij-inrichting in
goede staat zijn,
alle schroefverbindingen goed vast zitten.
6.2 Brandstof en olie
Aanbevolen brandstoffen
Gebruik alleen een mengeling van normale loodvrije
benzine en speciale tweetaktmotorolie. Meng de
brandstofmengeling volgens de brandstofmengtabel.
Let op! Gebruik geen brandstofmengeling die langer
dan 90 dagen werd bewaard.
Let op! Gebruik geen tweetaktolie waarvoor een
mengverhouding van 100 tot 1 wordt aanbevolen.
Wordt door onvoldoende smering schade aan de
motor berokkend, komt de motorgarantie van de
fabrikant te vervallen.
Let op! Gebruik voor het transport en bewaren van
brandstof alleen vaten die daarvoor voorzien en
toegelaten zijn.
Giet telkens de juiste hoeveelheid benzine en
tweetaktolie de bijgaande mengfles in (zie
opgedrukte schaal). Schud daarna de fles flink door.
6.3 Brandstofmengtabel:
Mengmethode: 40 delen benzine op 1 deel olie
7. Gebruik
Gelieve de wettelijke bepalingen m.b.t. de
verordening inzake de bestrijding van lawaaioverlast
na te leven die plaatselijk kunnen verschillen.
7.1 Koude motor starten
Giet in de tank de behoorlijke hoeveelheid benzine-
/oliemengeling. Zie ook brandstof en olie.
1. Het gereedschap op een hard effen vlak
plaatsen.
2. Choke-hendel (fig. A, pos. 10) naar de stand
“ ” brengen.
3. 10 keer op de brandstofpomp (primer) drukken
(fig. A, pos. 16).
4. AAN/UIT schakelaar (fig. A, pos. 6) naar de
stand “I” brengen.
5. Gashendel vastzetten. Te dien einde de
gashendelgrendel (fig. A, pos. 7) en daarna de
gashendel (fig. A, pos. 8) bedienen en de
gashendel vastzetten door tegelijkertijd de
vastzetknop (fig. A, pos. 9) in te drukken.
6. Het gereedschap goed vasthouden en de
starterkoord (fig. A, pos. 11) tot de eerste
weerstand uittrekken. Haal dan de starterkoord 4
keer flink door. Het gereedschap zou moeten
starten.
Let op! De starterkoord niet terug laten springen.
Dit zou tot beschadigingen kunnen leiden.
7. Direct na het aanslaan van de motor de choke-
hendel naar de stand “ ” brengen en het
gereedschap ca. 10 seconden laten warmlopen.
Let op! Door de vastgezette gashendel begint
het snijgereedschap bij aanslaande motor te
werken.
Daarna de gashendel bedienen om hem los te
zetten (de motor gaat dan terug stationair
draaien).
8. Mocht de motor niet aanslaan, herhaalt u de
stappen 6 en 7.
Attentie! Slaat de motor ook na meerdere pogingen
niet aan, gelieve het hoofdstuk “Fouten verhelpen
aan de motor” te raadplegen.
Attentie! Haal de startkoord steeds recht door. Wordt
de koord met een hoek doorgehaald, ontstaat
wrijving aan het oog. Door deze wrijving wordt de
koord open geschuurd en gaat sneller verslijten. Hou
steeds de startergreep vast wanneer de koord weer
vanzelf naar binnen wordt getrokken. Laat de koord
nooit terugspringen vanuit de doorgehaalde
toestand.
29
NL
Benzine 2-takt olie
1 liter 25 ml
5 liter 125 ml