NEDERLANDS
106
VEILIGHEIDS- EN MEETINSTALLATIES
Rook thermokoppel
Bevindt zich op de rookafvoer en meet de temperatuur van de rook. Het thermokoppel regelt de ontstekingsfase en bij te lage of te
hoge temperatuur, zet deze een blokkeringsfase in (respectievelijk Stop vlam of Oververhitting).
Luchtstroomsensor
Bevindt zich op de aanzuigbuis voor verbrandingslucht. Deze meet de correcte circulatie van verbrandingslucht en afvoer van rook,
en zet de gemeten waarde om in volt voor weergave op het scherm. Indien er niet voldoende lucht voorhanden is (wat te wijten kan
zijn aan een NIET-CORRECTE afvoer van rook of aan niet-correcte toevoer van verbrandingslucht), blokkeert de luchtstroomsensor
de kachel.
Veiligheidsthermostaat wormschroef
Bevindt zich nabij het pelletreservoir. Deze onderbreekt de elektrische voeding voor de reductiemotor indien de gedetecteerde tempe-
ratuur te hoog is.
Watertemperatuursensor
Deze meet de temperatuur van het water in de kachel en zendt die informatie naar de kaart, teneinde de pomp en de vermogensafstel-
ling van de kachel te regelen.
Bij een te hoge temperatuur, zet de sensor een blokkeringsfase in.
Veiligheidsthermostaat oververhitting water
Deze meet de watertemperatuur in de kachel. Bij een te hoge temperatuur zet de thermostaat een uitdooffase in waarbij de elektrische
voeding naar de reductiemotor wordt onderbroken. Indien de veiligheidsthermostaat in werking treedt, moet deze worden gereset door
op de resetknop te drukken op de achterkant van de kachel mogelijk na een black-out.
Overdrukklep
Zorgt bij het bereiken van de druk van het plaatje voor de afvoer van het water uit de installatie, dat bijgevolg weer in het circuit moet
worden opgenomen.
LET
OP!!! Onthoud dat u hem op een afvoer aansluit.
Manometer
Bevindt zich op de zijkant van de kachel. De manometer meet de waterdruk in de kachel. Wanneer de kachel brandt, bedraagt de aan-
bevolen druk 1 tot 1,5 bar.
BIJ BLOKKERINGGEEFTDE KACHELDE OORZAAK OPHET DISPLAYAAN EN SLAAT DEZE IN HET
GEHEUGEN OP.
ONDERDELEN
Weerstand
De weerstand zorgt voor het aansteken van de pellets. Hij blijft geactiveerd tijdens de aansteekfase, zo lang de tempera-
tuur van de rook niet met 15° ten opzichte van de begintemperatuur is gestegen.
Rookextractor
Deze "duwt" de rook naar buiten en trekt, door onderdruk, de verbrandingslucht aan.
Reductiemotor
Deze stuurt de wormschroef aan waardoor de schroef pellets uit het reservoir naar het haardonderstel kan overbrengen.
Pomp (circulatiepomp)
Deze "duwt" het water naar de verwarmingsinstallatie. Maximale opvoerhoogte 5 meter. Max. debiet 1,5 m3/h.
Gesloten expansievat
Dit "absorbeert" de volumevariaties van het water in de kachel.
Het is absoluut noodzakelijk dat een gespecialiseerd installateur beoordeelt of een tweede expansievat moet worden geïn-
stalleerd, op basis van de totale inhoud water in de installatie!
Manuele luchtafvoerklep
Bevindt zich in het bovenste gedeelte. Deze laat toe de eventueel aanwezige lucht af te voeren.
Afvoerkraan
Bevindt zich binnenin de kachel, onderaan. Deze moet worden geopend wanneer het nodig is het water uit de kachel te
laten lopen.
sk tecnica charme karma feeling multilingua_FOTOCOP_mod.qxp 03/07/2009 12.26 Pagina 107