Laad uw batterij in een omgeving waar de temperatuur tussen de 5°
en de 35 ° Celsius is.
Stop onmiddellijk de lading in geval van verdachte geur of
rookontwikkeling. Breng uw batterij naar uw verdeler voor
herstelling/vervanging.
Vermijd zoveel mogelijk om uw batterij voortdurend aangesloten te
laten aan de lader. Wanneer de batterij volgeladen is, ontkoppel dan
de lader van de batterij en trek de kabel van de lader uit het
stopcontact.
Wanneer de batterij volledig leeg is, dient u deze direct op te laden.
Wanneer cellen langere tijd leeg staan, kunnen deze beschadigd
raken.
De batterijlader is niet bestand tegen vocht en schokken. Gebruik uw
batterijlader alleen op een droge, goed geventileerde plaats.
Autonomie
De autonomie van de batterij hangt af van verschillende factoren, zoals de aard
van het parcours en de weersomstandigheden. De autonomie van de C-200
hangt af van het gebied waar de fiets rijdt en van de gevraagde assistentie (zie
grafiek hieronder). Iedere fietser zal dus een andere autonomie ervaren,
naargelang zijn eigen gewicht, parcours en weersomstandigheid. Natuurlijk zal
de mate waarin de fietser al dan niet meehelpt de autonomie sterk
beïnvloeden. Als de autonomie lichtjes verschilt als aangegeven, kan dit wijzen
op onderstaande factoren. Indien u abnormaal weinig km kunt afleggen,
raadpleeg de servicedienst.