19
Ventilatie en luchtafvoer
Om te voorkomen dat zich aan de achterzijde van het toestel teveel warmte ontwikkelt,
is een correcte installatie zeer belangrijk. De warmte moet in de open lucht kunnen wor
den afgevoerd.
Bij hoge omgevingstemperaturen is een juiste werking van het koelaggregaat
enkel mogelijk mits voldoende ventilatie en afzuiging van lucht.
6.3
De figuren geven de luchtstroom
weer bij een correct geïnstalleerde
koelkast .
1 = Opening van de luchtinlaat
2 = Ventilatierooster
3 = Toevoer van verse lucht
4 = Afvoer van lucht
Opmerking: De luchtinlaat (1)
moet een vrije doorsnede
hebben van minstens 200 cm²
(geen ventilatierooster).
Het ventilatierooster (2) moet
een vrije doorsnede hebben
van minstens 200 cm².
Niet op deze manier installeren !
4.
2.
3.
1.
Ventilation