31
2. Werk niet met elektrische gereedschappen in een
omgeving met ontploffingsgevaar, zoals een
omgeving met brandbare vloeistoffen, gassen of
stof. Elektrische gereedschap produceert vonken die
de dampen of het stof kunnen ontsteken.
3. Houd kinderen en omstanders uit de buurt tijdens
het gebruik van elektrisch gereedschap. Door
afleiding kunt u de controle over het gereedschap
verliezen.
Elektrische veiligheid
4. De stekker van een elektrisch gereedschap moet
overeenkomen met het stopcontact. Verander de
stekker nooit op geen enkele manier. Gebruik
geen omzetstekkers voor geaard elektrisch
gereedschap. Met de standaardstekker in een
overeenkomstig stopcontact verkleint u de kans op
een elektrische schok.
5. Voorkom lichamelijk contact met geaarde
oppervlakken , zoals pijpen, radiatoren, fornuizen
en koelkasten. De kans op een elektrische schok is
groter wanneer uw lichaam is geaard
6. Stel elektrisch gereedschap niet bloot aan regen
of natte omstandigheden. Als water binnendringt in
het elektrisch gereedschap, wordt de kans op een
elektrische schok groter.
7. Behandel het netsnoer voorzichtig. Gebruik het
netsnoer nooit om het elektrisch gereedschap aan
te dragen, eraan te trekken, of de stekker ervan uit
het stopcontact te trekken. Houd het netsnoer uit
de buurt van hitte, olie, scherpe randen en
bewegende delen. Beschadigde en in de war
geraakte netsnoeren verhogen de kans op een
elektrische schok.
8. Bij gebruik van elektrisch gereedschap
buitenshuis, gebruikt u een verlengsnoer dat
geschikt is voor gebruik buitenshuis. Door een
verlengsnoer te gebruiken dat geschikt is voor gebruik
buitenshuis, verkleint u de kans op een elektrische
schok.
9. Als het onvermijdbaar is een elektrisch
gereedschap te gebruiken in een vochtige
omgeving, gebruikt u een voeding uitgerust met
een aardsluiting-stroomonderbreker. Hierdoor
wordt de kans op een elektrische schok verkleind.
Persoonlijke veiligheid
10. Let altijd goed op, kijk naar wat u aan het doen
bent, en gebruik uw gezond verstand tijdens het
gebruik van een elektrisch gereedschap. Gebruik
een elektrisch gereedschap niet wanneer u moe
bent, of onder invloed staat van drugs, alcohol of
medicijnen. Een ogenblik van onoplettendheid kan
tijdens het gebruik van een elektrisch gereedschap
leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
11. Gebruik persoonlijke-veiligheidsmiddelen. Draag
altijd oogbescherming. Persoonlijke-
veiligheidsmiddelen, zoals stofmaskers, slipvaste
veiligheidsschoenen, veiligheidshelm en
oorbescherming, gebruikt in toepasselijke situaties,
dragen bij tot een verlaging van persoonlijk letsel.
12. Voorkom onbedoeld starten. Controleer dat de
schakelaar in de uit-stand staat alvorens het
gereedschap aan te sluiten op de voeding en/of
accu, op te pakken of te dragen. Door elektrisch
gereedschap te dragen met uw vinger op de
schakelaar, of door het gereedschap op een voeding
aan te sluiten terwijl de schakelaar aan staat, neemt
de kans op ongelukken sterk toe.
13. Verwijder afstelsleutels en tangen voordat u het
elektrisch gereedschap inschakelt. Een sleutel of
tang die nog aan een draaiend deel van het elektrisch
gereedschap vastzit, kan persoonlijk letsel
veroorzaken.
14. Reik niet te ver. Zorg altijd voor een stevige stand
en goede lichaamsbalans. Hierdoor heeft u een
betere controle over het elektrisch gereedschap in
onverwachte situaties.
15. Draag geschikte kleding. Draag geen losse
kleding of sieraden. Houd uw haar, kleding en
handschoenen uit de buurt van bewegende delen.
Loshangende kleding, sieraden en lang haar kunnen
verstrikt raken in bewegende delen.
16. Als het elektrisch gereedschap is uitgerust met
een aansluiting voor stofafzuig- en
stofopvangvoorzieningen, zorgt u ervoor dat deze
zijn aangesloten en correct worden gebruikt. Het
gebruik van een stofvanger kan gevaar door stof
verminderen.
Elektrisch gereedschap en onderhoud
17. Overbelast het elektrisch gereedschap niet.
Gebruik het juiste elektrisch gereedschap voor het
werk. Het juiste elektrisch gereedschap werkt beter
en veiliger binnen het aangegeven capaciteitsbereik.
18. Gebruik het elektrisch gereedschap niet als het
niet kan worden in- en uitgeschakeld met de
schakelaar. Ieder elektrisch gereedschap dat niet met
de schakelaar kan worden bediend is gevaarlijk en
moet eerst worden gerepareerd.
19. Koppel de stekker los van de netstroom en/of haal
de accu uit het elektrisch gereedschap voordat u
afstellingen maakt, hulpstukken vervangt, of het
elektrisch gereedschap opbergt. Dergelijke
preventieve veiligheidsmaatregelen verkleinen de
kans dat het elektrisch gereedschap per ongeluk
wordt ingeschakeld.
20. Bewaar elektrische gereedschappen die niet
worden gebruikt buiten het bereik van kinderen en
voorkom dat personen die onbekend zijn met het
gebruik ervan of met deze instructies het
elektrisch gereedschap gebruiken. Elektrische
gereedschappen zijn gevaarlijk in de handen van
onervaren gebruikers.
21. Onderhoud het elektrisch gereedschap goed.
Controleer op een slechte uitlijning of het
aanlopen van draaiende delen, het afbreken van
onderdelen en alle andere situaties die van
invloed kunnen zijn op de werking van het
elektrisch gereedschap. Als het elektrisch
gereedschap beschadigd is, laat u het eerst
repareren voordat u het gebruikt. Veel ongelukken
worden veroorzaakt doordat het elektrisch
gereedschap slecht wordt onderhouden.
22. Houd snij- en zaaggereedschappen scherp en
schoon. Goed onderhouden snij- en
zaaggereedschappen met scherpe snij- en
zaagranden lopen minder vaak vast en zijn
gemakkelijker te gebruiken.