I Algemene Gebruikershandleiding 41
21 Rem, remhendels en
remsystemen
In deze gebruikershandleiding wordt het onderhoud en
de bediening van de typische, in de handel verkrijgbare
remcomponenten van een MTB-, ATB-, cross- of raceets
beschreven. Voor aijkende componenten vindt u aparte
informatie of bijgeleverde handleidingen. Met vragen over
de montage, instelling, het onderhoud en bediening kunt
u terecht bij uw dealer.
21.1 Belangrijke informatie en
veiligheidsrichtlijnen
"Fietsen moeten 2 van elkaar onaankelijke remmen
hebben."
Dat wordt bijvoorbeeld bepaald in §65 van de Duitse
Straßenverkehrszulassungsordnung (StVZO). Soortgelijke
bepalingen gelden in alle landen van de EU. Informeer
a. u. b. naar de in uw land geldende voorschrien.
Laat onderhoudswerkzaamheden aan de remmen door
een erkende etsenmaker uitvoeren.
Breng geen oliehoudende vloeistoen op de remvoe-
ringen, remoppervlakken van de velg, remblokjes of
remschijven aan. Hierdoor wordt het remvermogen
verminderd.
Remblokjes en remvoeringen behoren tot de slijtage-
onderdelen. Controleer de slijtage daarom regelmatig.
Deze is herkenbaar aan een markering. De groeven op het
remblokje zijn bijvoorbeeld niet meer zichtbaar. Vervang
altijd beide remblokjes tegelijkertijd.
U mag alleen originele vervangende onderdelen gebrui-
ken. Anders kan er sprake zijn van nctiestoringen of
beschadigingen aan de ets.
Voor een juist wrijvingspaar gebruikt u alleen remvoerin-
gen die bij de velg passen. Anders zal er sprake zijn van
een langere remweg en een verhoogde slijtage. Met name
bij carbonvelgen mogen alleen voeringen worden gebruikt
die uitdrukkelijk voor deze toepassing zijn bedoeld.
De remblokjes en remvoeringen mogen niet met olie of vet
in aanraking komen. Wanneer de remblokjes of remvoe-
ringen met olie of vet in aanraking zijn gekomen, moeten
zij worden vervangen, omdat het remvermogen hierdoor
sterk wordt beïnvloed.
Trek alle schroeven met het voorgeschreven aanhaal-
koppel aan. Anders kunnen de schroeven losscheuren
en kunnen onderdelen losraken (zie
Hoofdstuk 30
„Technische specicaties“).
Remkabels behoren tot de slijtageonderdelen. Con-
troleer de remkabels regelmatig op slijtage en laat de
remkabels eventueel vervangen.
Controleer de remkabel op roest en uitrafeling en ver-
vang de kabel wanneer u een defect ontdekt. Wanneer
de kabel niet wordt vervangen, kunnen er remnctie-
stoornissen optreden.
Er bestaan verschillende soorten remmen die aankelijk
zijn van het betreende toepassingsgebied:
•naaemmen,
•schijemmen en
•velgremmen.
De bediening van de remmen kan mechanisch of hydrau-
lisch geschieden.
Doorgaans is bij naaersnellingen de op de voorwiel-
rem werkende remhendel aan de rechter stuurkant
gemonteerd en bij kettingversnellingen aan de linker-
kant. Controleer de positie van de remhendels voor-
dat u gaat etsen.
Wanneer u de remhendels aan de tegenoverliggende
stuurkant wilt monteren, raadpleegt u de gebruikers-
handleiding van de fabrikant of neemt u contact op
met een dealer.