Moederbord | 79
Het moederbord terugplaatsen
Procedure
1 Plaats de processor terug. Zie "De processor terugplaatsen" op pagina 87.
2 Plaats de warmteafleider terug. Zie "De warmteafleider terugplaatsen" op pagina 83.
3 Sluit de kabel van de netadapterpoort aan op de connector op het moederbord.
4 Draai het moederbord om.
5 Lijn de connectors op het moederbord uit met de sleuven in de onderzijde van de
computer.
6 Plaats de schroeven terug waarmee het moederbord is bevestigd op de onderzijde
van de computer.
7 Lijn het schroefgaatje op de netadapterpoort uit met het schroefgaatje in de
onderzijde van de computer.
8 Verwijder de schroef waarmee de netadapterpoort is bevestigd op de onderzijde
van de computer.
9 Sluit de beeldschermkabel, luidsprekerkabel en LAN-USB-kabel aan op de
connectors op het moederbord.
10 Klap het beeldscherm dicht en draai de computer om.
11 Sluit de subwooferkabel aan op de moederbordaansluiting.
Vereisten achteraf
1 Plaats de ventilator terug. Zie "De ventilator terugplaatsen" op pagina 48.
2 Plaats de polssteun terug. Zie "De polssteun terugplaatsen" op pagina 41.
3 Plaats de draadloze minikaart terug. Zie "De draadloze minikaart terugplaatsen"
op pagina 33.
4 Plaats de mSATA-kaart terug. Zie "De mSATA-kaart terugplaatsen" op pagina 37.
5 Volg de instructies van stap 4 tot stap 5 in "Het optische station terugplaatsen"
op pagina 29.
6 Volg de instructies van stap 4 tot stap 6 in "De vaste schijven terugplaatsen"
op pagina 26.
7 Plaats de geheugenmodule(s) terug. Zie "De geheugenmodule(s) terugplaatsen"
op pagina 22.
8 Plaats de onderplaat terug. Zie "De onderplaat terugplaatsen" op pagina 20.
9 Plaats het toetsenbord terug. Zie "Het toetsenbord terugplaatsen" op pagina 18.
10 Plaats de batterij terug. Zie "De batterij terugplaatsen" op pagina 13.
11 Volg de instructies in "Nadat u binnen de computer hebt gewerkt" op pagina 9.