62
Om de losgekoppelde uiteinden van de flexibele
slang weer met de binnen unit te verbinden, dient
men de handelingen 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 7 in
omgekeerde volgorde te herhalen, let hierbij op de
volgende voorzorgsmaatregelen:
• Alvorens de slang door het gat in de muur te
halen, raden wij u aan de uiteinden van de
aansluitingen met isolatieband of een dergelijk
materiaal te beschermen.
• Steek de 2 bovenste aansluitingen van de koe-
ling in de 2 onderste en draai ze stevig met de
hand aan, hierna kunt u ze aandraaien met de
hiervóór reeds gebruikte sleutels.
• Nadat u de twee aansluitingen van de koellei-
ding verbonden hebt, kunt u de klemmen vast-
maken.
• Controleert u de koelleiding verbindingen op
lekkage door de aansluitingen met water en
zeep sopje nat te maken. Er mogen geen
zeepbellen ontstaan.
LET OP !
Het is raadzaam de handelingen van het loskop-
pelen en weer vastkoppelen van de aansluitingen
door service technici uit te laten uitvoeren
BINNEN UNIT
Installeer de binnen unit in de te koelen ruimte.
Over het algemeen genomen onder een raam of
in ieder geval dichtbij een buitenmuur.
De binnen unit dient op een vlakke ondergrond
geplaatst te worden, gebruikt u hiervoor ook de
bijgeleverde wielblokkeringen.
De binnen unit dient zodanig geplaatst te worden
dat zowel het luchtaanzuigrooster als het luchtuit-
blaasrooster van de binnen unit een vrije luchtcir-
culatie waarborgen.
BUITEN UNIT
De buiten eenheid kan geplaatst worden op een
terras of op een balkon. In dit geval is het niet
nodig de beugels te gebruiken.
De buiten eenheid kan aan de
muur bevestigd worden met de
hiervoor bijgeleverde beugels.
In dit geval, als volgt te werk
gaan:
1) de beugel aan de muur
bevestigen zoals aangege-
ven op de tekening (voor
de te boren gaten, het
schabloon gebruiken dat
zich op het polystirol dek-
sel van de verpakking
bevindt);
2) de steunblokjes aan de bui-
ten eenheid bevestigen
met de bijgeleverde M4mm
schroeven (let er hierbij op
dat de opening voor de
schroef aan de bovenkant
moet komen te zitten)
3) hierna de buiten eenheid
aan de beugels hangen
en vastzetten met de
M6mm schroeven.
Als alternatief als voorlopige installering, kan de
buiten eenheid ook opgehangen worden als weer-
gegeven op de tekening. In dit geval worden de
bijgeleverde riemen gebruikt die in de ringen
gehaakt worden; alvorens de ringen te bevestigen
de rubberdopjes verwijderen.
De buiten unit kan geïnstalleerd worden hoger of op
hetzelfde niveau als de binnen unit, mits het niveau-
verschil de 1,5 m niet overschrijdt.
Er dienen geen belemmeringen aanwezig te zijn
rond het lucht aanzuigrooster, noch rond het luch-
tuitblaasrooster van de buiten unit.
De afstand tussen de achterkant van de buiten unit
en de muur moet 6 cm bedragen.
Het condenswater dat gevormd wordt tijdens het
functioneren van de koeling (zomer functie) wordt
afgevoerd door verdamping via de buiten unit.
In speciale gevallen, bij een hoge vochtigheid-
sgraad, dient men om het condenswater af te voe-
ren, het bijgevoegde condenswater aansluitstuk te
gebruiken, dit dient
aan de onderkant
van de buiten unit
gemonteerd te wor-
den (zie tekening)
nadat men de rubber
dop heeft verwijderd .
Het is raadzaam de
buiten unit te
beschermen tegen
regen, sneeuw, drup-
pels die van het dak
afvallen en tegen
direct zonlicht.
wieltje
aansluitstuk
aansluitring