116
GEBRUIK VAN DE FUNCTIE “MICRO”” OM GERECHTEN TE BEREIDEN
SOEPEN EN RIJST
Voor minestrone of soep zijn kleinere hoeveelheden water nodig, omdat in de magnetron de verdamping
nogal gering is.
Zout dient aan het einde van de bereiding toegevoegd te worden of tijdens de rusttijd, omdat het een
uitdrogend effect heeft.
Het is correct te stellen dat voor het koken van rijst in de magnetron (dit geldt overigens ook voor pasta)
ongeveer dezelfde tijd nodig is als voor het koken ervan op het fornuis, op de traditionele manier.
Het voordeel van het bereiden van een risotto in de magnetron is dat men niet voortdurend hoeft om te roeren
(2-3 keer is voldoende).
De ingrediënten dienen allemaal tegelijk in serviesgoed geschikt voor gebruik in de magnetron gedaan te
worden en afgedekt te worden met transparante magnetronfolie (voor 300 gr rijst is nodig: 750 gr bouillon
met de magnetron op het maximumvermogen gedurende ongeveer 12-15 minuten).
Bovendien blijft de rijst niet aan de bodem van het serviesgoed kleven en hoeft men het gerecht niet over te
doen in een schaal op tafel, omdat deze schaal reeds gebruikt kan worden voor de bereiding in de magnetron.
VLEES
Wanneer vlees met de functie “alleen magnetron” wordt bereid, wordt geadviseerd om het af te dekken met
plastic folie geschikt voor gebruik in de magnetron; op deze manier wordt een betere verdeling van de warm-
te bevorderd en vermijdt men dat het vlees uitdroogt zodat het droog en taai wordt.
Deze functie is geschikt voor ragout, goulash, kippenborst, enz. Voor het bereiden van rollades, vleesspiesjes
enz. moet de gecombineerde functie gebruikt worden.
VIS
Vis wordt heel snel gaar en met uitstekende resultaten.
De vis kan bereid worden met een beetje boter of olie (of ook zonder vet).
Dek af met transparante folie. Bij aanwezigheid van een vel dient dit uiteraard ingesneden te worden; visfilets
dienen gelijkmatig geschikt te worden. Het wordt afgeraden om vis gepaneerd met ei te bereiden.
GROENTEN
Groenten die in de magnetron bereid worden, behouden hun kleur en meer van hun voedingswaarden dan
bij de traditionele bereidingswijze.
Was en maak de groenten schoon vóór de bereiding.
Grotere groenten dienen in gelijke stukken gesneden te worden.
Voor elke 500 gr groenten, ongeveer 5 lepels water toevoegen (vezelachtige groenten vereisen meer water).
De groenten moeten altijd afgedekt worden met transparante magnetronfolie
Roer minstens eenmaal om halverwege de bereiding en voeg pas aan het einde van de bereiding een weinig
zout toe.
HOOFDSTUK 2 – GEBRUIK VAN DE BEDIENINGSKNOPPEN EN INSTELLING VAN DE FUNCTIES