23
FRITUREN VAN DIEPGEVROREN ETENSWAREN
Diepgevroren etenswaren hebben een heel lage temperatuur Dit houdt in dat ze de temperatuur van het fri-
tuurvocht behoorlijk doen zakken. Om een goed resultaat te bekomen, raden we aan de maximale hoe-
veelheden bij het frituren niet te overschrijden. Diepgevroren etenswaren zijn vaak bedekt met ijskristallen die
zo goed mogelijk verwijderd moeten worden voordat u gaat frituren. Laat daarna de frituurmand langzaam
in de olie zakken, zodat die niet overkookt.
De baktijden zijn bij benadering en moeten worden aangepast aan de begintemperaturen van de te frituren
etenswaren en de temperatuur aangeduid op de verpakking van de diepgevroren etenswaren.
Voedsel Max. hoeveelheid (gr.) Temperatuur (°C) Tijd (minuten)
Voorgebakken diepvriesfrietjes 500 190 9 - 11
Aardappelkroketten 700 180 9 - 11
Vis Kabeljauwsticks 500 180 7 - 8
Pladijsfilets 500 180 6 - 7
Vlees Kippenbouten (3) 300 180 5 – 6
REINIGING
Zorg ervoor dat de stekker van het stroomsnoer niet in het stopcontact zit. Dompel de friteuse nooit onder in
water en houd het nooit onder stromend kraantjeswater (zie fig. 10). Het water kan in het bedieningshuis sij-
pelen en kortsluiting veroorzaken. Controleer of de olie voldoende afgekoeld is, waarna u de bediening-
sgroep verwijderd en de olie weggiet. Verwijder etensrestjes uit de frituurpan met behulp van een sponsje of
keukenpapier. Uitgezonderd van de bedieningsgroep, het stroomsnoer en de weerstand, mogen alle onder-
delen afgewassen worden met warm water en een vloeibare afwasproduct (zie fig. 11). Vermijd het gebruik
van schurende sponsen, om de friteuse niet te beschadigen. Na deze handeling droogt u alles zorgvuldig af,
om te voorkomen dat tijdens de werking van het apparaat hete olie opspat.
OPLOSSING
Vervang de olie of het vet.
Gebruik arachideolie of plantaar-
dige olie van goede kwaliteit.
Vervang de olie of het vet.
Droog de etenswaren goed af.
Langzaam onderdompelen.
Doe minder olie in de oliepan.
Selecteer een hogere temperatuur.
Doe minder etenswaren in de fri-
tuurmand.
Wend u tot een Servicecentrum (om
de beveiliging te laten vervangen).
OORZAAK
De olie is bedorven.
De bakvloeistof is niet geschikt.
De olie is bedorven en vormt bijgevolg
te veel schuim.
U hebt niet voldoende afgedroogde
etenswaren ondergedompeld in de olie.
De frituurmand werd te snel odnerge-
dompeld.
Het niveau van de olie overschrijdt het
MAX-niveau.
De temperatuur van de olie is te laag.
De frituurmand is te vol.
De friteuse is in gebruik genomen zonder
olie in de oliepan, waardoor de thermi-
sche beveiliging defect is.
PROBLEMEN BIJ DE WERKING
PROBLEEM
Geurtjes
De olie kookt over
De etenswaren krijgen geen
bruingebakken kleurtje tijdens de
bakfase
De olie verhit niet