17
6. Hang de radiator aan de beugels (fig. 3/4).
7. Identificeer de positie voor de bevestiging van de onderste beugel (B), door dit in het midden van de basis
van het apparaat te voeren. Gebruik een van de bijgeleverde schroeven om de precieze positie van het
gat aan te duiden (fig. 3).
Deze beugel voorkomt dat de radiator per ongeluk wordt verwijderd.
8. Haal de radiator van de beugels A en boor het gat op dezelfde manier als eerder beschreven. Breng ver-
volgens de plug aan.
Hang de radiator opnieuw aan de beugel A met de beugel B aangebracht en zet vast met behulp van
de schroef (fig. 3).
De radiator is nu bevestigd aan de muur.
Gebruik het apparaat niet in een badkamer.
3. ELEKTRISCHE AANSLUITING
- Alvorens de stekker in het stopcontact te steken, controleer aandachtig of de netspanning in huis ove-
reenkomt met de spanningswaarde aangegeven op het apparaat en of het stopcontact en de voeding-
slijn geschikt zijn voor het vermogen van het apparaat.
- SLUIT DE RADIATOR UITSLUITEND AAN OP STOPCONTACTEN VOORZIEN VAN EEN DOELTREFFEN-
DE AARDLEIDING.
- Dit apparaat is conform de EG-richtlijn 89/336 en de ministerieel besluit 476/92 houdende de elektro-
magnetische compatibiliteit.
4. WERKING EN GEBRUIK
Inschakelen
Steek de stekker in het stopcontact; zet de thermostaat in de maximale stand; schakel de radiator in met
behulp van de schakelaar(s).
Modellen met dubbele schakelaar (3 niveaus)
- druk op toets “I” = minimaal vermogen (controlelampje aan)
- druk op toets “II” = tussenvermogen (controlelampje aan)
- druk op beide toetsen “I” “II” = maximaal vermogen (controlelampjes aan)
Om het apparaat uit te schakelen, beide schakelaars in de stand “0” zetten en de stekker uit het stopcontact trekken.
Regeling van de thermostaat
Bij het bereiken van de gewenste omgevingstemperatuur, wordt de thermostaat verplaatst tot een “klik” hoor-
baar is, en niet verder. De op die manier ingestelde temperatuur wordt automatisch in stand gehouden door
de thermostaat.
Antivriesfunctie
Met de thermostaat in de stand en de schakelaars ingedrukt, handhaaft het apparaat de temperatuur
in het vertrek op ongeveer 5°C, en voorkomt zodoende vorst, met een minimaal energieverbruik.
Modellen met 24-urentimer
Om de verwarming te programmeren, als volgt te werk gaan:
- Kijk op uw horloge hoe laat het is. Stel dat het 10 uur is: draai de genummerde schijf van de timer in
wijzerzin tot het cijfer 10 overeenkomt met de referentie ▲ aangegeven op de timer zelf (fig.5).
- Stel de tijdsspanne in waarin u het apparaat wilt laten werken, door de vertandingen naar binnen te
duwen.
Elke vertanding komt overeen met een periode van 15 min. Voor elke werkingsperiode is dus een zone
zichtbaar,
- De op die manier geprogrammeerde radiator zal elke dag inschakelen op het ingestelde uur (Belangrijk:
de stekker moet altijd in het stopcontact zitten).
- Om de programmering aan te passen, worden de vertandingen in hun oorspronkelijke positie gebracht
en worden de nieuwe werkingsperiodes ingesteld.
- Indien het apparaat wilt laten werken zonder programmering, worden alle vertandingen naar het mid-
den toe geduwd.