11
vlammen. Draai het gas langzaam open en wrijf alle aansluitingen in met zeepsop of vloei-
bare schoonmaakproduct. Op de plaats waar een gaslek is, ontstaan bellen. Wanneer een
lek wordt opgespoord, wordt de gaskraan dichtgedraaid en wordt contact opgenomen met
gespecialiseerd personeel. De kachel wordt NIET GEBRUIKT indien niet eerst een grondige
controle werd verricht door vakbekwaam personeel.
GEBRUIK NOOIT lucifers of vlammen om een gaslek op te sporen.
INSTRUCTIES MONTAGE KACHEL
Verwijder het piepschuim van de voet van de kachel.
Haal vervolgens de voet van de kachel van de onderkant in
piepschuim.
Zet de kachel op de vloer of een horizontale ondergrond.
Haal de twee schroeven uit de gaten “A” (fig. 5).
Monteer de volledige voorkant van de kachel op de voet en let erop dat de vier lipjes “B”
aanwezig op de voet correct passen in de overeenkomstige uitsparingen “C” aan de
onderkant van de voorkant van de kachel (fig. 6).
Voer de vier lipjes in hun respectieve uitsparing en duw de
voorkant van de kachel naar voor tot de lipjes volledig in
de uitsparing zitten. Let erop dat de bevestigingsgaten “A”
op de voet overeenkomen met de overeenkomstige bevesti-
gingsgaten op de voorkant. Bevestig
het geheel met de twee eerder verwij-
derde schroeven. Plaats de gasfles in
de zitting (fig. 7).
Breng tenslotte de flexibele achterkant
aan, door de twee clips aan het uitein-
de vast te haken en de lipjes in de zes
uitsparingen aan de achterkant van de
kachel te brengen (fig. 8).
Let op: om los te haken, op de clips
drukken (fig. 8).