Installatievoorschrift
Combifort®
25
3.2 STARTEN VAN HET TOESTEL
• Cv-circuit starten
Bij het starten van het cv-gedeelte gaat u als volgt te werk:
1. Controleer de waterdruk van het cv-circuit. Deze dient circa 2 bar (=200kPa) te zijn bij het
toestel. Is de cv-waterdruk lager dan 0,5 bar (=50kPa) of hoger dan 3 bar (=300kPa), dan
wordt dit kenbaar gemaakt door de waarschuwingsmelding op het statusdisplay. De letter
C. verschijnt op het display afgewisseld met de werkstatus van het toestel. Zie hiervoor
hoofdstuk 6. Het toestel zal bij deze waarschuwingsmelding alleen nog maar op zijn
minimale vermogen draaien.
2. Open de toestelgaskraan.
3. Ontlucht, indien nodig, de gasleiding via de meetnippel voor het meten van de voordruk
(fig. 26).
4. Stel de kamerthermostaat in op de hoogste stand.
5. Steek de steker in de geaarde wandcontactdoos.
6. Schakel de boileropwarming uit door op de warm watertoets op het bedieningspaneel te
drukken. Het indicatielampje ‘aan’ zal dan uitgaan.
7. Het toestel zal nu starten (statusmelding code
2.). Indien de boilerwatertemperatuur
beneden de 10 °C is treedt de vorstbeveiliging in
werking en zal het toestel eerst de boiler-
watertemperatuur boven de 15 °C brengen (sta-
tusmelding code 3.).
Indien er nog lucht in de gasleiding is achterge-
bleven, is het mogelijk dat het toestel één of
meerdere keren vergeefs probeert te onsteken. Na
drie startpogingen wordt er vlamstoring
aangegeven (knipperende code 3.). Ontgrendel in
dat geval de regelunit (26) door de resettoets in te
drukken. Het toestel gaat nu eerst drie minuten op de laagste belasting branden en daarna op
zijn maximum belasting als het cv-water onder de 80 °C is. Tussen 80 °C en 90 °C moduleert het
toestel. Als het toestel niet ontsteekt na drie keer resetten, ontlucht dan de gasleiding door
middel van de voordrukmeetnippel (zie fig. 26). Raadpleeg anders de brochure Combifort®
‘Storingen en Blokkeringen’.
8. Verricht nu de volgende handelingen om te controleren of het toestel naar behoren
functioneert en noteer de verrichte inspecties en werkzaamheden op de servicekaart aan
de voorkant van de isolatieschalen (18):
• visuele inspectie van het vlambeeld (zie 5.1)
• meting gasvoordruk (zie volgende pagina)
• meting belasting (zie 5.1)
• meting CO2-percentage in de rookgassen, indien u over een CO2-meetapparaat beschikt
(zie 5.1).
Figuur 26: Meetnippel voordruk
07.94.12.117
LET OP!
Is er een L op het display
zichtbaar, draai dan de
lichtnetsteker om.