23
3. GEBRUIK
A. ASSEMBLAGE VAN HET APPARAAT
Voor de eerste indienststelling of na een langdurige periode
ongebruikt blijven het reservoir vullen met koud water tot het
maximum niveau (zonder koe of lter), de koemolen deacti-
veren (de toets «Grind O» indrukken), de koekan aanbrengen
en een complete cyclus uitvoeren.
1. De waterlter inzetten
• De plastic verpakking van de lter verwijderen en de lter
15 minuten in koud water laten weken.
• De lter onder stromend water afspoelen gedurende 10
seconden. Vervolgens volledig laten uitlekken.
• Het compartiment waarin de lter moet komen situeert zich
in het linker gedeelte van het waterreservoir. Het compar-
timent openen, de lterhouder uithalen, de lter in positie
brengen, de lterhouder in het waterreservoir schuiven tot
op de bodem en weer sluiten.
• Het is aan te raden van de lter ongeveer om de 60 ge-
bruiksbeurten te vervangen.
2. De koekan uitspoelen
• Het deksel van de koekan verwijderen door het in de aan
-
duide richting te verdraaien.
3 . Een lter in de lterhouder aanbrengen
• Het ltercompartiment openen en de permanente lter
aanbrengen.
• Vervolgens het deksel aanbrengen en het compartiment
opnieuw sluiten.
OPGELET! Het apparaat kan slechts werken als de deksels van
de koemolen en de deur van de lterhouder correct gesloten
zijn. Het apparaat zendt een pieptoon uit en stopt zijn werking
als het wordt ingeschakeld terwijl één van de deksels open is of
als deze opening plaatsvindt voor het einde van de cyclus. De
pieptoon stopt onmiddellijk als het deksel weer wordt gesloten.
Om het apparaat weer aan te zetten de ON-toets indrukken.
B. PROGRAMMERING
1. Het uur instellen
• Bij de aansluiting van het apparaat geeft het scherm 12:00 aan.
• De toets “Hour” of de toets “Min” ingedrukt houden tot de
cijfers knipperen.
• Vervolgens de toetsen “Hour” en “Min” indrukken om de cij
-
fers te laten doorlopen. Als de cijfers niet langer knipperen,
is het uur opgeslagen.
OPGELET! Als u het cijfer 12 overschrijdt, verschijnen de letters
«PM» om het uur van 12u tot middernacht in te stellen. Als er
geen aanduiding is, komt dit overeen met de ochtenduren, van
0u tot de middag. Steeds zorgen dat het uur wordt ingesteld
volgens de correcte periode om te zorgen dat de programme-
ring relevant is.
2. Het startuur programmeren
• De toets “PROG” ingedrukt houden. De cijfers en het verklik
-
kerlampje knipperen.
• Om het gewenste uur van de cyclusstart te registreren
drukken op “Hour” en “Min” op dezelfde wijze als voor de
instelling van het uur. Als de cijfers niet langer knipperen, is
het geprogrammeerde uur opgeslagen.
OPGELET! De programmering van het startuur is niet mogelijk
als de koemachine in werking is.