Tabel voor de afstemming van de naald, het garen en de stof
Belangrijk:
− een bij de garen- en stofdikte passende naald kiezen
Juiste naald, garen en stof kiezen
Ingebruikname
Druk van de naaivoet instellen
Met de draairegelaar aan de bovenzijde kan de druk van de naaivoet worden ingesteld.
Normaal gesproken mag de fabrieksinstelling niet worden gewijzigd. Indien toch een instelling
nodig is, kan dat met een muntstuk worden gerealiseerd: met de wijzers van de klok mee
draaien voor een hogere druk (bijv. voor dunne, lichte stoffen) resp. tegen de wijzers van de
klok in voor minder druk (voor zeer dikke, zware stoffen).
Instructies m.b.t. tweelingnaalden
1. Tweelingnaalden kunnen voor nuttige en decoratieve steken worden gebruikt
2. Bij het naaien met tweelingnaalden de steekbreedte op maximaal "3.5" instellen
3. Naalden regelmatig verwisselen (na elk tweede kledingstuk) en bij het optreden
van de eerste foute steken of als de draad breekt
Druk van de naaivoet instellen
Naaien
Veritas9000A5
Bij sommige soorten steken kan voor meer creativiteit de tweelingnaald worden gebruikt. De steekbreedte mag bij de dubbele naalden maximaal 3.5 bedragen.
Overzicht van de voeten en hun toepassing
Costura general,
de patchwork,
decorativa, recogidos, etc.
Multifunctionele naaivoet
NaaivoetToepassingNaaldNaaivoetToepassingNaald
Biezennaad
Koordvoet
Rits inzetten
Ritsvoet
Smalle zomen
Zoomvoet
Knoopsgat
Knoopsgatvoet
Stoppen,
stikken uit de vrije hand,
monogrammen
Stop-/stikvoet
Knopen aanzetten
Knoopsgatvoet
Quilten
Quiltvoet
Randen afwerken
Afwerkvoet
Rimpelen
Rimpelvoet
Blindzomen
Blindzoomvoet
Voor een regelmatig stoftransport
bij moeilijke stoffen
(chiffon, meerlaagse jeans
enz.)
Bovenste transportvoet
(wordt niet bijgeleverd)
Satijn stiksels
Biezenvoet
19
Veritas9000A5
Keuzemogelijkheid voor steken:
door herhaaldelijk op de functietoets te drukken, kan tussen de drie keuzemogelijkheden ,
en worden gekozen (deze worden steeds weergegeven op het LCD-display):
1. : In deze stand kunnen de tien belangrijkste steken direct worden gekozen door op de toetsen «1»
tot «0» te drukken (de steken zijn naast de toetsen 1 tot 0 afgebeeld)
2. : In deze stand kunnen de steken 01 – 60 worden geselecteerd. Het steeknummer met de toetsen
1 tot 0 invoeren (bijv. voor steeknummer «32» de toetscombinatie 32 indrukken)
3. : In deze stand kunnen letters en cijfers worden geselecteerd. Voor de letter «A» moet bijv. op de
toetscombinatie 11 worden gedrukt.
Voorbeeld:
U wilt de letter «D» selecteren.
– Na het inschakelen van de machine wordt automatisch de directe steekkeuze ingesteld
(op het di splay verschijnt )
– -toets net zo vaak indrukken, tot op het display verschijnt. Vervolgens de
toetscombinatie 14 voor de letter «D» indrukken
Naaien
Steek selecteren
Bij het inschakelen van de naaimachine (hoofdschakelaar op «I» zetten), wordt automatisch de rechte
steek ingesteld en steeknummer «1» verschijnt op het LCD-display.
Na het openen van de steekkeuzeklep vindt u de opdruk van alle beschikbare steken.
LCD-display
Steekkeuzetoetsen
Functietoets
Steekkeuzeklep
Steeknummer, bijv. «32»
FunctietoetsDirect steekkeuze
Veritas9000A5
Naaien
30
3132
29
17
181920
2122
23
24
2526
2827
02
03
04050607080910
1112
13
14
1501
16
3334353637383940414243
4445
46
47
48
49
50
51
52
5354555657585960
Stekenoverzicht
Onderstaand staan alle steken van de drie keuzemogelijkheden , en afgebeeld.
Het groen gemarkeerde deel heeft betrekking op een rapport, resp. eenheid van iedere soort steek.
13
4
5678902
0102
03
04050607080910
1112
13
14
1516
17
181920
2122
23
24
2526
27
2829
30313233343536
373839
40
41
21
Veritas9000A5
Naaien
Steeklengte instellen
Bij de keuze van een steek wordt de aanbevolen steeklengte automatisch ingesteld en weergegevenin cijfers
op het LCD-display.
De steeklengte kan worden ingesteld door op de versteltoets voor de steeklengte te drukken.
Op de toets «+» drukken om de steeklengte te verlengen.
De steeklengte kan tussen «0.0» en «4.5» worden ingesteld. Van sommige steeksoorten is de lengte begrensd.
Op de toets «–» drukken om de steeklengte te verkorten.
Let op:
– In de stand kan de steeklengte niet worden gewijzigd
Steekbreedte en naaldpositie instellen
Bij de keuze van een steek wordt de aanbevolen steekbreedte automatisch ingesteld en weergegeven in cijfers
op het LCD-display.
De steekbreedte kan worden ingesteld door op de versteltoets voor de steekbreedte te drukken.
Op de toets «+» drukken om de steek breder te maken.
De steekbreedte kan tussen «0.0» en «7.0» worden ingesteld.
Van sommige steeksoorten is de breedte begrensd.
Op de toets «–» drukken om de steek smaller te maken.
Let op:
– In de stand kan de steeklengte niet worden gewijzigd
– Bij het gebruik van de tweelingnaald mag de steekbreedte max. 3.5 bedragen
Bij de rechte steken (steken 01 – 05) wordt de naaldpositie met de versteltoets voor de steekbreedte ingesteld.
Door op de toets «+» te drukken, beweegt de naald naar links en met de toets «–» naar rechts.
Op het LCD-display verschijnt de naaldpositie als stip boven de cijfers. De cijfers veranderen van "0.0" voor
helemaal links tot "7.0" voor helemaal rechts. De middelste positie van de naald is vooraf ingesteld en wordt
als "3.5" aangeduid.
Veritas9000A5
Spiegelen
Door op de spiegelen-toets te drukken, wordt het gekozen stekenpatroon gespiegeld genaaid.
Op het LCD-display verschijnt het spiegelen-symbool. De spiegelen-functie wordt weer uitgeschakeld nadat
nogmaals op de spiegelen-toets wordt gedrukt, waarna het symbool van het display verdwijnt.
Het stekenpatroon wordt weer normaal (niet gespiegeld) genaaid. Selectie van een nieuwe steek resp. een
wijziging van het stekenpatroon schakelt de spiegelen-functie eveneens uit.
Als deze echter ingeschakeld moet blijven, gewoon weer op de spiegelen-toets drukken.
Let op:
– De spiegelen-functie kan alleen bij een stilstaande motor worden geselecteerd (pedaal niet ingedrukt)
– De spiegelen-functie werkt niet bij de stekenpatronen 17 tot 29 en bij cijfers resp. letters
– Tijdens het naaien kunnen «normale» steken met gespiegelde steken gecombineerd worden
A: normale steek
B: gespiegelde steek
Naaien
23
Veritas9000A5
– Door op de -toets te drukken, komt men in de geheugenmodus en op het display
verschijnen en
Geheugen/memory
Steken opslaan
De machine beschikt over een geheugen waarin de stekenpatronen, letters en cijfers opgeslagen kunnen
worden. Zo kunnen in een naaicyclus heel gemakkelijk complete namen met patronen worden
genaaid. Er kunnen maximaal 30 steken worden opgeslagen. De inhoud van het geheugen blijft ook na
uitschakeling van de machine behouden en kan dus op elk moment opnieuw worden gebruikt.
Het is ook mogelijk, de steeklengte/-breedte en spiegelen-functie per steek mee op te slaan
(behalve voor letters en cijfers).
Met uitzondering van de steek en knoopsgaten kunnen alle stekenpatronen ( ), letters
en cijfers ( ) in een willekeurige volgorde worden opgeslagen.
Programmeren
– Na inschakeling van de naaimachine (hoofdschakelaar op «I» zetten) verschijnt op het LCD-display
het woord en steeknummer «1»
M
– Met de –toets kan op ieder moment tussen (steken 01 - 60) en (letters/cijfers)
worden gewisseld
– De gewenste steek selecteren, bijv. «15». Deze wordt dan automatisch opgeslagen en op het display
verschijnt voor iedere opgeslagen steek een kleine steekmarkering.
Bij de steken 1 - 16 en 30 - 60 is het bovendien mogelijk, de steekbreedte/-lengte of het spiegelen
(zie pag. 23) te selecteren. Deze instellingen worden automatisch mee opgeslagen
– Procedure voor andere steken herhalen (er kunnen maximaal 30 steken worden opgeslagen)
– Met de toetsen kunt u de geprogrammeerde steken controleren
Correcties
– Onjuist geprogrammeerde steken kunnen met de toets worden gewist
– De steekbreedte/-lengte kan ook achteraf worden gewijzigd
– Er kunnen ook extra steken worden ingevoegd. Daarvoor met de toetsen naar de plaats
bladeren, WAARACHTER de steek moet worden ingevoegd.
Voorbeeld: U wilt na de geprogrammeerde steek «14» de steek «60» invoegen.
Blader dan naar steek «14» en vul dan steek «60» in
C
Opslaan
– Met de toets Programmeren opslaan. De steken blijven nu – ook bij een uitgeschakelde machine –
opgeslagen en de machine keert weer terug naar de – modus (de aanduiding gaat
daarbij uit)
M
Puntada
guardada
Número de puntada
Veritas9000A5
– Door op de -toets te drukken, komt men in de geheugenmodus (op het display verschijnen
en )
– Pulsar el botón las veces necesarias hasta que hayan desaparecido de la pantalla todas las
marcas de puntadas y todos los números
– Pulsando el botón se sale del modo memoria (en la pantalla aparecen y el número
de puntada «1»)
Geheugen/memory
Opgeslagen steken naaien
De in de machine opgeslagen steken kunnen met één druk op de knop worden geopend en genaaid.
– Door op de -toets te drukken, komt men in de geheugenmodus (op het display verschijnen
en )
M
Steken controleren
– Met de toetsen kunnen de geprogrammeerde steken gecontroleerd worden
Naaiproces starten
– Stof onder de naaivoet leggen en de naaivoet laten zakken
– Voetpedaal indrukken om het naaien te beginnen. De driehoekige wijzer boven de schaalaanduiding
geeft de stand van de naaiwerkzaamheden aan, d.w.z. dat hij na elk genaaid stekenpatroon naar de
volgende steek springt
– Het naaien beëindigen door het voetpedaal los te laten. Als de inhoud van het geheugen nogmaals
moet worden genaaid, het voetpedaal ingedrukt houden (de inhoud van het geheugen wordt net zo
lang genaaid, tot het voetpedaal wordt losgelaten).
Geheugenmodus beëindigen
– Door op de -toets te drukken, verlaat men de geheugenmodus (de inhoud in het geheugen blijft
echter behouden)
M
Inhoud van geheugen wissen
M
C
M
25
Veritas9000A5
Hoeken naaien
1. Bij het bereiken van een hoek stoppen
2. Naald in de stof steken (met de toets of met het handwiel)
3. Naaivoet omhoog zetten
4. Met de naald als draaipunt de stof draaien, de naaivoet laten zakken en weer verder naaien
Achteruit naaien
Het achteruit naaien wordt vooral aan het begin en einde van een naad gebruikt.
De toets Achteruit naaien indrukken en 4 tot 5 steken naaien. Als de toets wordt losgelaten,
naait de naaimachine weer vooruit.
Let op:
− De toets Achteruit naaien kan alleen bij de steken 1 – 6 worden gebruikt
Naaien met vrije arm
Het naaien met een vrije arm is vooral handig bij het naaien van buisvormige stukken,
zoals broekspijpen of mouwen.
Naaien/nuttige toepassingen
Veritas9000A5
Dikke stof naaien
De zwarte knop aan de rechterzijde van de naaivoet blokkeert de
naaivoet horizontaal, als deze voor het neerlaten van de naaivoet
wordt ingedrukt. Zo wordt een gelijkmatig transport van het begin
van een naad af en ook bij het naaien over meerdere stoflagen
(naden, zomen in jeans enz.) gegarandeerd.
Bij het bereiken van een dikke plaats, de naald laten zakken en de
naaivoet optillen. Het voorste deel van de voet omlaag drukken en
de zwarte knop indrukken, dan de voet laten zakken en verder naaien.
De zwarte knop komt na een paar steken weer automatisch los.
Er kan ook een ander stuk dikke stof achter de naad worden gelegd.
Of de naaivoet ondersteunen en met de hand in de richting van de
breukvouw transporteren.
Naaien/nuttige toepassingen
Karton of
dikke stof
27
Veritas9000A5
Rechte steek, zigzagsteek en naaldposities
Naaldpositie wijzigen
Deze instellingen gelden alleen voor de rechte steken 01 – 05.
De steken zijn vooraf altijd op naaldpositie «3.5» ingesteld. Door
op de toets «–» te drukken, wordt de naaldpositie naar links
verschoven. Door op de toets «+» te drukken, wordt de naaldpositie
naar rechts verschoven. Op het LCD-display verschijnt de naaldpositie
als stip boven de cijfers.
Steeklengte veranderen
Op de toets «–» drukken om de steeklengte te verkorten.
Op de toets «+» drukken om de steeklengte te verlengen.
Voor het naaien van zeer fijne stof met een lange steeklengte.
Steekbreedte instellen
De maximale steekbreedte voor zigzagsteken bedraagt «7.0».
De steekbreedte kan echter voor alle steken smaller worden ingesteld.
Steekbreedte door het indrukken van de zigzagtoets «+» verbreden
(van «0» – «7.0»).
Let op:
− Bij het naaien met tweelingnaalden de steekbreedte niet breder dan
«3.5» instellen!
Steeklengte instellen
De steekdichtheid van zigzagsteken neemt toe, naarmate de steeklengte
dichter bij «0.2» wordt ingesteld. Bij een steeklengte tussen «1.0» – «2.5»
krijgt men de mooiste zigzagbeelden. Heel dichte zigzagsteken (vlak naast
elkaar) noemt men een biezennaad.
Naaien
Veritas9000A5
Stretchsteek
Voor elastische en onverwoestbare naden, die met de stof mee rekken,
zonder te scheuren. Ideaal voor elastische en gebreide stoffen. Ook
geschikt voor onverwoestbare naden bij stevige stoffen zoals jeans.
Deze steken kunnen ook uitstekend als decoratieve randafwerking
worden gebruikt.
De rechte stretchsteek wordt ook voor een drievoudige versteviging
van elastische en onverwoestbare naden gebruikt.
De drievoudige stretchzigzagsteek is geschikt voor stevige stoffen zoals
jeans, popeline, zeildoek enz.
Naaien
Rechte stretchsteek
Rechte steek
29
Veritas9000A5
Randafwerksteek
1. Randafwerkvoet aanbrengen
2. Rand van de stof bij het naaien tegen de geleiding op de voet laten lopen
Let op:
− De randafwerkvoet alleen voor de steken 06 en 09 gebruiken en dan
een steekbreedte breder dan «5.0» instellen. Bij het gebruik van andere
steken en steekbreedtes dan aanbevolen, kan het voorkomen, dat de
naald tegen de naaivoet stoot en breekt
Universele naaivoet
1. Universele naaivoet aanbrengen
2. Bij het naaien van de randen de naaivoet zo op de rand van de
stof plaatsen, dat de rechter naaldsteken net over de rand heen
in het niets verdwijnen
Naaien
Veritas9000A5
Blindzoom- en lingeriesteek
11: Blindzoom- en lingeriesteek op vaste stoffen
12: Blindzomen op stretchstoffen
Let op:
– Voor blindzomen heeft men enige oefening nodig
– Altijd eerst een proeflapje maken
1. Stof zoals afgebeeld vouwen, zodat de goede kant van de stof boven ligt
2. Stof onder de naaivoet plaatsen. Handwiel met de hand vooruit draaien,
tot de naald helemaal naar links schuift. De naald moet de stofvouw nog
net raken. Als de stofvouw niet wordt geraakt, de steekbreedte
dienovereenkomstig aanpassen
3. Geleiding (b) door draaien aan de knop (a) zo instellen, dat de stofvouw
tegen de geleiding stoot
4. Langzaam naaien en de stof zorgvuldig langs de geleiding laten lopen
5. Stof omkeren
Naaien
Achterkant van de stof
Randafwerksteek
Achterkant van de stof
31
Veritas9000A5
Knopen aanzetten
Knoopvoet aanbrengen.
1. Hendel voor het laten zakken c.q. omhoog brengen van de transporteur
op « » (b) zetten om de transporteur te laten zakken. (Let op: de
steeklengte kan niet worden versteld, zo lang de transporteur verzonken is.)
2. Stof onder de naaivoet plaatsen. Knoop op de gewenste plaats leggen
en de naaivoet laten zakken
3. Een zigzagsteek kiezen. Steekbreedte op «2.0» – «7.0» instellen,
overeenkomstig de afstand tussen de beide ogen van de knoop
4. Handwiel met de hand draaien om te controleren of de naald daadwerkelijk
links en rechts door het oog van de knoop steekt
5. Voor het naaien op de Auto-Lock-toets (automatisch afhechten) drukken,
dan wordt aan het begin en einde automatisch afgehecht. Omdat de
knoop een "steel" of "hals" bevat, een stopnaald op de knoop leggen
en dan pas naaien
6. Bij knopen met 4 ogen, eerst de voorste twee naaien, dan naar de
andere twee verschuiven en de procedure herhalen
Naaien
Veritas9000A5
Naaien
Knoopsgaten maken
17: Voor dunne tot middelzware stoffen
18: Voor horizontale knoopsgaten op blouses en overhemden van dunne tot
middelzware stoffen
19: Voor dunne tot middelzware stoffen
20: Voor horizontale knoopsgaten op blouses en overhemden van dunne tot
middelzware stoffen
21: Voor horizontale knoopsgaten op dikke stoffen
22: Voor dunne tot middelzware stoffen
23: Voor jurken, mantels en jacks
24: Voor dikke mantels
25: Voor jeans of broeken
26: Voor jeans of elastische, grof geweven stoffen
27: Voor elastische stoffen
Let op:
– Voordat u een knoopsgat gaat maken, eerst een knoopsgat
op een proeflapje van dezelfde stof maken
1. Plaats van de knoopsgaten op de stof markeren. De maximale knoopsgatleng
te bedraagt 3 cm. (diameter van de knoop plus knoopdikte vormen samen
de knoopsgatlengte)
2. Knoopsgatvoet aanbrengen, dan de knoophouder eruit trekken en de knoop
aanbrengen. De knoopsgatlengte wordt bepaald door de in de
knoophouder geplaatste knoop.
3. Knoopsgatsteek selecteren. Steekbreedte en steeklengte instellen (afhankelijk
van de gewenste breedte en dichtheid). Draden door de opening in de
naaivoet en dan onder de voet door geleiden
Beginpunt
33
Veritas9000A5
4. Stof zo onder de naaivoet leggen, dat de middenmarkering op de naaivoet
met de ingetekende knoopsgatlijn overeenkomt.
Knoopsgathendel omlaag trekken en erop letten, dat de beugel van de
voet tegen de witte plaat (met opschrift <<PUSH>> ) ligt
Let op:
– Bij de keuze van een knoopsgatsteek verschijnt op het LCD-display het
symbool , om u eraan te herinneren, dat de knoopsgathendel omlaag
moet worden gebracht
5. Uiteinde van de bovendraad losjes vasthouden en beginnen met naaien
Let op:
– Stof rustig met de handen geleiden. Aan het einde van de procedure worden
automatisch enkele afhechtsteken genaaid
6. Knoopsgaten worden van voren naar achteren en aansluitend weer naar voren
genaaid
Naaien
Veritas9000A5
Naaien
7. Naaivoet omhoog brengen en de draden afknippen. Om via hetzelfde
knoopsgat te naaien, de naaivoet omhoog brengen (keert terug naar de
oorspronkelijke positie). Na beëindiging de knoopsgathendel omhoog
brengen tot deze blijft staan
8. Knoopsgat tussen de biezen open snijden zonder daarbij de steken
van beide biesnaden te raken en zo door te snijden. Spelden bij de beide
paspels als stopper gebruiken
Knoopsgaten in elastische stoffen
Bij knoopsgaten in elastische stoffen met vuldraad werken.
1. Knoopsgatvoet aanbrengen en vuldraad achter de naaivoet langs geleiden.
De beide draadeinden naar de voorkant brengen, in de rillen leggen en ze
tijdelijk vastknopen. Naaivoet laten zakken en met naaien beginnen.
Steekbreedte aan de dikte van de vuldraad aanpassen
2. Na beëindiging zorgvuldig aan de uiteinden van de vuldraad trekken, zodat
deze mooi strak in de biezen liggen, daarna de draaduiteinden afknippen
Let op:
– Wij adviseren, de stof aan de achterzijde met vlieseline te verstevigen
35
Veritas9000A5
Naaien
Broderiesteek
1. Steek 28 selecteren en de biezenvoet aanbrengen. Voor riemen enz.
2. De gewenste grootte met de regelaar voor de steekbreedte instellen:
A: groot/7.0 mm
B: middel/6.0 mm
C: klein/5.0 mm
3. Naald aan het begin van de steek in de stof laten zakken en dan de voet
omlaag brengen.Voetpedaal indrukken. Aan het einde van de steek stopt de
machine automatisch
4. Met een stans een gat in de stof maken
Let op:
– Als dunne stof wordt gebruikt, kan een grove steek ontstaan.
Is dat het geval, dan een nieuwe steek over de bestaande naaien
Veritas9000A5
Stoppen
1.Op steek 29 voor stoppen drukken (op het display verschijnt ).
Knoopsgatvoet aanbrengen
2. Bovenste en onderste stoflaag samen vaststeken. Naaldpositie kiezen.
Knoopsgatvoet boven het midden van de te verstellen plaats zetten en
omlaag brengen
3. Knoophouder naar achteren op de gewenste lengte uittrekken
De lengte van de naailijn is variabel en hangt ervan af, hoe ver de knoophouder
wordt uitgetrokken:
a) Lengte van de naailijn: maximale lengte 2.6 cm
b) Breedte van het te stoppen oppervlak; maximale breedte 7 mm
Naaien
37
Veritas9000A5
Naaien
4. Stof zo positioneren, dat de naald 2 mm voor de defecte plaats ligt
5. Bovendraad door de opening van de voet geleiden en naar voren brengen
6. Naaivoet laten zakken
7. Knoopsgathendel omlaag trekken en erop letten, dat de beugel van de
voet tegen de witte plaat (met opschrift <<PUSH>> ) ligt
Let op:
– De neergelaten naaivoet niet met de vingers verschuiven, omdat de
naailijnen dan niet meer de juiste grootte hebben
– Zodra een stop- of knoopsgatsteek wordt ingesteld, verschijnt op het display
het symbool , om u eraan te herinneren, dat de knoopsgathendel omlaag
wordt getrokken
8. Het uiteinde van de bovendraad losjes vasthouden en met naaien beginnen.
De stopsteek «29» wordt van voren naar achteren en dan in omgekeerde richting
genaaid. Na acht cycli stopt de machine automatisch aan de achterzijde
Let op:
– Met de steekbreedte kan de afstand tussen de steken worden gewijzigd
(instelbereik 3.5 tot 7.0 mm)
9. Als het te stoppen oppervlak te groot is, kan het ingestelde stopoppervlak
voor een beter naairesultaat meermaals worden genaaid (of overdwars
genaaid worden)
Veritas9000A5
Fagotten
1. Omgebogen randen van stofdelen met een afstand van 4 mm of een stuk
dun papier of in water oplosbaar vlies leggen en vastspelden
2. Midden van de naaivoet op het midden van beide vouwranden van de stof
uitlijnen en beginnen met naaien
3. Papier na het naaien verwijderen
Patchworksteek
1. De beide stopdelen met de goede kanten op elkaar leggen en met een rechte
steek doorstikken. Naadtoegift openen en plat strijken
2. Het midden van de naaivoet op de naadlijn plaatsen en over de naadlijnen naaien
Naaien
dun papier
vastspelden
39
Veritas9000A5
Naaien
5mm
Rits inzetten
Let op:
– Bij het naaien met de ritsvoet mag alleen de rechte steek 01 met de naaldpositie
in het midden worden gebruikt! Bij het gebruik van andere steken en andere
naaldposities kan het voorkomen, dat de naald tegende naaivoet stoot en breekt
Aan beide zijden verdekt ingezette ritssluiting
1. Ritssluitingsplit op het kledingstuk spelden
2. Naadtoegift uit elkaar strijken. Ritssluiting met de voorzijde zo op de
naadtoegift leggen, dat de tanden tegen de naadlijn stoten.
Ritssluitingband vastspelden
3. Ritsvoet aanbrengen. Bij het naaien van de linkerzijde van de rits, de voet
op het rechter verbindingsstuk bevestigen
4. Bij het naaien van de rechterzijde van de rits, de voet op het linker
verbindingsstuk bevestigen
5. Linker helft van de ritssluiting van boven naar beneden naaien
6. Onder overdwars over de rits naaien. Dan de rechterzijde naaien.
Rijgdraad verwijderen en strijken
Veritas9000A5
Enkelzijdig verdekt ingezette ritssluiting
1. Ritssluitingsplit op het kledingstuk spelden
2. De naadtoegift aan de linkerzijde omvouwen. Rechter naadtoegift
ca. 3 mm omvouwen
3. Ritsvoet aanbrengen. Bij het naaien van de linkerzijde van de rits, de voet
op de rechter naaivoetverbinding bevestigen. Bij het naaien van de rechterzijde
van de rits, de voet op de linker naaivoetverbinding bevestigen.
4. Linker helft van de ritssluiting van beneden naar boven naaien
5. Kledingstuk omkeren met de goede kant van de stof boven. Onder overdwars
over de rits naaien. Aansluitend de rechterzijde van de rits naaien
6. Ca. 5 cm voor de bovenkant van de ritssluiting stoppen. Rijgdraad eruit
trekken en de ritssluiting openen. Naad verder afmaken
Naaien
5mm
41
Veritas9000A5
Naaien
Smalle zomen
Let op:
Bij het naaien met de zoomvoet mag alleen de rechte steek 01 met de
naaldpositie «3.5» in het midden worden gebruikt! Bij het gebruik van
andere steken en andere naaldposities kan het voorkomen, dat de naald
tegen de naaivoet stoot en breekt
1. Rand van de stof ca. 3 mm omvouwen en nogmaals 3 mm over
een lengte van ca. 5 cm langs de rand van de stof omvouwen
2. Handwiel van u af draaien tot de naald in de zoom verdwijnt. Naaivoet
laten zakken. Meerdere steken naaien en de naaivoet weer omhoog zetten.
Zoom in de spiraalvormige opening van de zoomvoet geleiden. Stof daarbij
vooruiten achteruit bewegen, tot de zoom inrolt
3. Naaivoet laten zakken en langzaam naaien. Daarbij de verkeerde kant
van de stof al van voren in de spiraal van de zoom geleiden
Veritas9000A5
Koord aanzetten
Eén of drie koorden aanbrengen voor grappige structuren op jacks, vesten of
boorden. Hiervoor kan parelgaren, breiwol, stikgaren, koord, haakgaren enz.
worden gebruikt.
Enkel koord aanzetten
Patroon op de stof tekenen. Koord van rechts in de middelste groef van de
koordnaaivoet leggen. Koord ca. 5 cm achter de naaivoet naar voren trekken.
De groeven onder de naaivoet houden het koord op de juiste plaats, terwijl er
overheen wordt genaaid.
Steek selecteren en steekbreedte zo instellen, dat de steek precies over het
koord past. Naaivoet omlaag brengen en langzaam naaien, daarbij het koord l
angs het patroon geleiden.
Drievoudig koord aanzetten
Naaidraad naar links schuiven en drie koorden in de groeven onder de
naaivoet leggen. Ca. 5 cm van elk koord achter de naaivoet naar voren
trekken. De gewenste steek selecteren en steekbreedte zo instellen, dat
de steek precies over de koorden past. Naaivoet omlaag brengen en l
angzaam naaien, daarbij de koorden langs het patroon geleiden.
Naaien
43
Veritas9000A5
Biesnaden
Biesnaden en decoratieve steken met de biesvoet naaien. Deze naaivoet
beschikt aan de onderzijde over een uitsparing over het gehele oppervlak,
waardoor hij probleemloos over dikke steekformaties, zoals dichte zigzagsteken
kan glijden en de stof gelijkmatig kan worden getransporteerd.
De biesnaadsteek en decoratieve steken kunnen zelf worden gecreëerd door
de steeklengte en –breedte aan te passen. Het beste kunt u de verschillende
steken en instellingen op een proeflapje uitproberen.
Let op:
Bij het naaien op zeer lichte en dunne stoffen wordt geadviseerd, de stof aan
de achterzijde met vlieseline te verstevigen.
Naaien
Veritas9000A5
Naaien
Quilten
Let op:
– Bij het naaien met de quiltvoet mag alleen de rechte steek 03 met de
naaldpositie «3.5» in het midden worden gebruikt! Bij het gebruik van
andere steken en andere naaldposities kan het voorkomen, dat de
naald tegen de naaivoet stoot en breekt
De quiltliniaal zoals afgebeeld in de naaivoethouder geleiden en op de
gewenste breedte instellen.
De eerste rij naaien en dan de stof verschuiven. Alle andere rijen zo
naaien, dat de liniaal steeds langs de vorige naadlijn verloopt.
45
Veritas9000A5
Naaien
Rimpelen
Let op
– Bij het naaien met de rimpelvoet mag alleen de rechte steek 01 met de
naaldpositie «3.5» in het midden worden gebruikt! Bij het gebruik van
andere steken en andere naaldposities kan het voorkomen, dat de naald
tegen de naaivoet stoot en breekt
1. Naaivoethouder verwijderen en de rimpelvoet aanbrengen
2. Eén of meerdere rijen met rechte steken naaien
3. Als veel moet worden gerimpeld, de bovendraadspanning
verminderen en daarom op minder dan «2» instellen, zodat de
onderdraad aan de achterzijde van de stof ligt
4. Onderdraad zo stevig aantrekken tot het gewenste aantal c.q. dichtheid
van de rimpels is bereik. Daarna de draden aan elkaar knopen
5. Plooitjes daarna strijken
Let op:
– Hiervoor kan ook de universele naaivoet worden gebruikt, waarna
met de hand wordt gerimpeld. Daarbij de draadspanning lager dan
«2» instellen en aansluitend de stof rimpelen door de onderdraad
aan te trekken
– Na het rimpelen, de draadspanning weer op de normale stand «4» zetten
Veritas9000A5
Naaien
Plooien/smokken
1. Met de rimpelvoet rechte lijnen in afstanden van 1 cm over het
gehele te smokken oppervlak naaien (zie ook de gebruiksaanwijzing
voor «rimpelen» op pagina 46)
2. Draden aan een zijde aan elkaar knopen. Aan de onderdraad trekken en
de plooitjes gelijkmatig verdelen. Draden aan de andere zijde vastzetten
3. Draadspanning verminderen en altijd met een decoratieve steek
tussen de rechte steken naaien
4. Draden van de rimpelsteeklijnen eruit trekken
47
Veritas9000A5
Naaien
Stoppen uit de vrije hand, stikken en monogrammen
Let op
– Bij het naaien met de stop- en stikvoet mag alleen de rechte steek 01 met
de naaldpositie «3.5» in het midden worden gebruikt! Bij het gebruik van
andere steken en andere naaldposities kan het voorkomen, dat de naald
tegen de naaivoet stoot en breekt
Hendel voor het laten zakken c.q. omhoog brengen van de transporteur
op « » (b) zetten om de transporteur te laten zakken.
Naaivoethouder verwijderen en de stopvoet aanbrengen. De hendel (a)
moet achter de naaldbevestigingsschroef (b) liggen. Stopvoet vanaf de
achterkant met de wijsvinger stevig tegen de houder drukken en de
schroef (c) vastdraaien.
Eerst eenmaal om de scheur heen naaien (om de rafels te fixeren): Van
links naar rechts met een vaste snelheid en heel regelmatig over de scheur
naaien. Kledingstuk een kwartslag draaien en over de eerste stekenlaag
naaien. Het kledingstuk ditmaal langzamer bewegen, zodat tussen de
draden geen grote openingen ontstaan.
Let op:
− Stoppen uit de vrije hand wordt zonder transporteur uitgevoerd. Deze
is verzonken. Het kledingstuk wordt met de handen getransporteerd.
Daarom moet men de naaisnelheid en transport van de stof op elkaar
afstemmen
– Na het stoppen uit de vrije hand de transporteur weer omhoog brengen
(schakelaar op stand «b» schuiven)
Veritas9000A5
Naaien
Stikken
Zigzagsteek selecteren en de steekbreedte naar keuze instellen. Langs de
omtrek van het patroon naaien, waarbij het stikframe (optie) dienovereenkomstig
wordt bewogen. Met een gelijkmatige snelheid werken.
Patroonvlakken van buiten naar binnen vullen. De steken dicht naast elkaar naaien.
Door het stikframe sneller te bewegen, ontstaan langere steken; door langzamer
bewegen ontstaan kortere steken.
Aan het einde vastzetten met afhechtsteken door op de toets Auto-Lock te drukken.
Monogrammen
Zigzagsteek selecteren en de steekbreedte naar keuze instellen. De letters
met een gelijkmatige snelheid naaien. Aan het einde van een letter afhechten
met afhechtsteken (door op de toets Auto-Lock te drukken).
49
Veritas9000A5
Naaien
Festonafkanten
1. Langs de zoomlijn naaien
2. De stof dicht langs de naailijn afknippen. Zorg
dat u de naaidraden daarbij niet doorknipt
Veritas9000A5
Toebehoren (apart verkrijgbaar)
Tweelingnaald
Let op:
− Bij het gebruik van een tweelingnaald met zigzagsteek moet de steekbreedte
tussen «1» en «3.0» liggen. De maximale steekbreedte bedraagt «3.5». In
combinatie met een tweelingnaald mag geen grotere steekbreedte worden
ingesteld!
Bij het gebruik van tweelingnaalden, de naaivoet «T» gebruiken, ongeacht voor
welke naaimethode u kiest.
1. Tweelingnaald aanbrengen
(De tweelingnaald wordt niet bijgeleverd. Deze is apart verkrijgbaar)
2. Tweede garenpen (verkrijgbaar als toebehoren) in de daarvoor
bestemde opening boven op de naaimachine plaatsen. Garenspoel
met het tweede garen opzetten.
3. Bovendraad en tweede draad gelijktijdig (!) en zoals gebruikelijk inrijgen:
Let op:
– Bij het naaien met een tweelingnaald moeten beide draden even dik zijn.
Wel kunnen twee verschillende kleuren worden gebruikt
4. Beide draden met de hand door de naaldbuis steken (de automatische
draadinsteker werkt niet in combinatie met een tweelingnaald)
5. Steek uit de stekenpatronen «01 – 16» of «30 – 60» kiezen.
Een steekbreedte tussen 1.0 en maximaal 3.0 selecteren
Let op:
− Voor het naaien eerst de steekbreedte instellen. Het handwiel voorzichtig
met de hand draaien om te controleren of de naald in het gat komt, zonder
langs de steekplaat of de naaivoet te schuren of zelfs te raken
– Bij het naaien met een tweelingnaald altijd langzaam werken en langzaam
naaien, om een fraai naairesultaat te verkrijgen
51
Veritas9000A5
Toebehoren (apart verkrijgbaar)
Bovenste transportvoet
De bovenste transportvoet is een extra toebehoren en dus apart verkrijgbaar.
Hij wordt niet bij de naaimachine geleverd.
Wij adviseren, om altijd eerst zonder bovenste transportvoet te naaien.
Met de gebruikelijke naaivoeten wordt de stof gemakkelijker geleid en heeft
men beter zicht op het naaigebied. Deze naaimachine levert een uitstekende
steekkwaliteit bij heel veel stoffen, van tere chiffon tot meerlaagse jeansstoffen
Met de bovenste transportvoet wordt het transport van de bovenste en
onderste stoflagen aangepast, waardoor hij geschikt is voor het nauwkeurig
vastnaaien van ruiten, stroken en applicaties. Hij is bedoeld voor een
regelmatig stoftransport van zeer dikke stoffen.
1. Persvoetlichter omhoog om de naaivoetstang omhoog te zetten
2. Schroeven uit de naaivoetstang verwijderen (tegen de wijzers van de klok
in draaien) en de naaivoethouder verwijderen
3. Bovenste transportvoet als volgt bevestigen:
– arm (a) ligt boven de naaldbevestigingsschroef en de naaldstang (b)
– houder van links aan de naaivoetstang bevestigen
– naaivoetstang laten zakken
– schroef weer in de naaivoetstang schroeven (met de wijzers van de
klok mee draaien)
– controleren of beide schroeven (van de naald- en naaivoetstang) weer
stevig vastgedraaid zijn
4. Onderdraad naar boven halen en onder- en bovendraad tot achter
de bovenste transportvoet trekken
Veritas9000A5
Onderhoud
Spoelgedeelte reinigen
Remarque :
− Om ongelukken door het per ongeluk starten van de machine te voorkomen,
de naaimachine voor het inzetten of uitnemen van de spoel uitschakelen
(hoofdschakelaar op «O» zetten)
Draad- en stofresten in het spoelgedeelte kunnen er de oorzaak van zijn, dat de
naaimachine niet meer correct werkt. Regelmatig controleren en het spoelgedeelte
eventueel reinigen
Spoelhouder
1. Spoelhuisdeksel verwijderen en spoelhuis eruit nemen
2. Spoelhouder met een kwastje reinigen en zo nu en dan met olie insmeren.
Spoelhuisbaan en transporteur
1. Naald, naaivoet en naaivoethouder verwijderen. Spoelhuisdeksel
verwijderen en spoelhuis eruit nemen. Schroef uit de steekplaat
verwijderen en de steekplaat eruit nemen
2. Spoelhuis optillen en verwijderen
3. Spoelhuisbaan, transporteur en spoelhuis met een kwastje reinigen.
Hiervoor kan men ook een zachte droge doek gebruiken
4. Spoelhuis weer in de spoelhuisbaan leggen, zodat de spoelhuispunt (a)
op de stopper (b) zoals afgebeeld is geplaatst
53
Veritas9000A5
Onderhoud
PUSH
LCD-display reinigen
Let op:
− Voor het reinigen van het LCD-display en het oppervlak van
de naaimachine altijd eerst het apparaat uitschakelen en de
stekker uit het stopcontact trekken om letsel door een elektrische
schok te vermijden
Voorzijde zorgvuldig met een zachte, droge doek schoonvegen.
Geen was- of afwasmiddel of een ander oplosmiddel gebruiken.
Naaimachine aan buitenkant reinigen
Als de buitenkant van de naaimachine vuil is, een zachte doek in water
met een beetje neutraal afwasmiddel dompelen, stevig uitknijpen en dan
het oppervlak reinigen. Het oppervlak aansluitend met een schone doek
droogvegen.
Gloeilamp vervangen
Let op:
– Stekker uit het stopcontact trekken en wachten tot de gloeilamp
(12V 5W) is afgekoeld, voordat u deze mag vastpakken
1. Kunststof afdekking (a) aan de kopse kant losmaken.
Schroef (b) losdraaien en dan de afdekking (c) verwijderen
2. Gloeilamp omlaag trekken (let op: na gebruik is de lamp heet!).
Een nieuwe gloeilamp van hetzelfde type gebruiken (12V 5W).
Afdekking weer aanbrengen en de schroef vastdraaien
SCRATCH
Veritas9000A5
Storingen
StoringMogelijke oorzaakVerhelpen van de storingPagina
Bovendraad scheurt
– draad is onjuist ingeregen– draad opnieuw inrijgen12, 13
– draadspanning te hoog – draadspanning verminderen (lagere waarde instellen)15
– de draad is te dik – naalddikte verhogen18
– naald niet correct gemonteerd – naald opnieuw monteren (platte zijde achter)
10
– draad is om de spoelhouder gewikkeld
– spoel uitnemen en draad afwikkelen 13
– de naald is beschadigd – naald aanbrengen10
Onderdraad scheurt
– spoelhuis is onjuist geplaatst – spoelhuis verwijderen, weer aanbrengen en de draad
aantrekken. Draad moet probleemloos en licht afspoelen
12
– spoelhuis is onjuist ingeregen – spoel en spoelhuis controleren12
– onderdraadspanning te hoog – onderdraadspanning zoals beschreven verminderen 15
Mislukte steken
– de naald is onjuist gemonteerd– naald opnieuw monteren (platte zijde achter) 10
– de naald is beschadigd – nieuwe naald monteren 10
– onjuiste naaldmaat – de juiste naald kiezen 18
– de naaivoet is niet correct geplaatst – naaivoet correct plaatsen10
– draad is onjuist ingeregen – draad opnieuw inrijgen 12, 13
– de persdruk van de naaivoet is te laag
– persdruk verhogen 18
Naald breekt
– de naald is beschadigd– naald vervangen10
– de naald is onjuist gemonteerd
– naald opnieuw monteren (platte zijde achter)
10
– naaldmaat ongeschikt voor de stof– juiste naaldmaat kiezen 18
– verkeerde naaivoet aangebracht
– juiste naaivoet kiezen (zie naaivoorbeelden vanaf pagina 28)
28 ff
– de naaldbevestigings-schroef zit los – naald opnieuw aanbrengen en schroef weer vastdraaien10
– ongeschikte naaivoet aangebracht
– aanbevolen naaivoet gebruiken (zie naaivoorbeelden vanaf
pagina 28)
6, 19,
28 ff
– bovendraadspanning te hoog – draadspanning verlagen 15
– steekbreedte te hoog ingesteld– steekbreedte zoals aanbevolen instellen
(zie naaivoorbeelden vanaf pagina 28)
28 ff
– tijdens het naaien werd aan de stof getrokken – tijdens het naaien niet aan de stof trekken,
maar deze slechts geleiden
– bij het naaien van dikke stoffen zoals jeans enz.
niets onder naaivoet gelegd
– iets onder de naaivoet leggen
27
Losse steken
– draad is niet correct ingeregen – inrijgtraject controleren 12,13
– spoelhuis is onjuist ingeregen – spoel opnieuw inrijgen (zoals afgebeeld)12
– naald-/stof-/ draadcombinatie is onjuist – combinatie aanpassen 18
– draadspanning is onjuist – draadspanning corrigeren 15
Steken trekken
samen
– er werd een onjuiste naaivoet gebruikt – de juiste voet kiezen 6, 19,
28 ff
– draadspanning is onjuist – draadspanning corrigeren 15
Wanneer een storing niet aan de hand van het onderstaande overzicht
kan worden verholpen, dient u contact op te nemen met het volgende
servicenummer: +31202008320
Belangrijk:Bij storingen, een defect apparaat of bij vermoeden van een
defect na een stop de stekker direct uit het stopcontact trekken.
vervolg ...
55
Veritas9000A5
Storingen
StoringMogelijke oorzaakVerhelpen van de storingPagina
Naadvoud/
plooivorming
– er werd een onjuiste naaivoet gebruikt– de juiste voet kiezen 6, 9, 28 ff
– draadspanning te hoog– draadspanning verminderen 15
– naald is te dik voor de stof– juiste naaldmaat kiezen 18
– de steeklengte is te lang voor de stof– steeklengte opnieuw instellen
22
– de persdruk van de naaivoet is te laag – persdruk verhogen 18
De machine
blokkeert
– draad in naaldstang geklemd – bovendraad uitrijgen en onderste draadspoel verwijderen.
Dan het handwiel achter- en vooruit draaien. Draadresten
erwijderen. Als de motor meerdere seconden geblokkeerd
was kan de veiligheidsschakeling geactiveerd zijn. Machine
uit en na een paar seconden weer inschakelen
12, 13
– transport verstopt met pluizen – pluizen uit het transportbereik en spoelgedeelte verwijderen
53
De machine maakt
lawaaii
– stof of olie in spoelhuisgedeelte of bij de
naaldstang
– spoelhuisgedeelte reinigen
53
– onjuiste of slechte oliekwaliteit– alleen naaimachineolie van goede kwaliteit gebruiken
– de naald is beschadigd– naald aanbrengen10
– licht bromgeluid van de motor – normaal
– draad in naaldstang geklemd – bovendraad uitrijgen en onderste draadspoel verwijderen.
Dan het handwiel achter- en vooruit draaien. Draadresten
verwijderen. Als de motor meerdere seconden geblokkeerd
was kan de veiligheidsschakeling geactiveerd zijn. Machine
en na een paar seconden weer inschakelen
12, 13
– transport verstopt met pluizen – pluizen uit het transportbereik en spoelgedeelte verwijderen
53
De steken en het
transport zijn
ongelijkmatig
– draadkwaliteit is te slecht– betere draadkwaliteit kiezen
– spoelhuis is onjuist ingeregen– spoelhuis met draadspoel verwijderen en correct aanbrengen
– tijdens het naaien werd aan de stof getrokken– tijdens het naaien niet aan de stof trekken, maar deze slechts
geleiden
– bovendraadspanning is te hoog– draadspanning verlagen 15
– naald-/stof-/ draadcombinatie is onjuist – combinatie aanpassen 18
De machine draait
niet
– de machine is niet ingeschakeld– hoofdschakelaar op «I» (=aan) zetten
– pen van spoelgedeelte staat op de stand «spoelen»
– pen van spoelgedeelte naar links op de stand
«naaien» zwenken
11
– naaivoet niet omlaag gebracht– naaivoet omlaag brengen17
– de machine is niet aangesloten – stekker in stopcontact steken
7
53
18
12
7
Veritas9000A5
− Voor een correcte afvalverwerking kunnen oude apparaten gratis bij de verkooppunten worden ingeleverd
− Apparaten met een gevaarlijk defect direct inleveren en ervoor zorgen dat ze niet meer gebruikt kunnen
worden.
− Apparaten niet bij het huishoudelijk afval deponeren (milieubescherming!)
Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.
Product:
Spelregels forum
Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:
lees eerst de handleiding door;
controleer of uw vraag al eerder door iemand anders is gesteld;
probeer uw vraag zo duidelijk mogelijk te stellen;
heeft u een probleem en al geprobeerd om dit op te lossen, vermeld dit erbij aub;
heeft u een oplossing gekregen van een bezoeker dan horen wij dat graag in dit forum;
wilt u een reactie geven op een vraag of antwoord, gebruik dan niet dit formulier maar klik op de knop 'reageer op deze vraag';
uw vraag wordt direct op de website gezet; vermijd daarom persoonlijke gegevens in te vullen;
Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.
Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.
Abonneren
Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Crown Veritas 9000A5 bij:
nieuwe vragen en antwoorden
nieuwe handleidingen
U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.
Ontvang uw handleiding per email
Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Crown Veritas 9000A5 in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.
De handleiding is 2,31 mb groot.
U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.
Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email
Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.
Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.
Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken
U heeft geen emailadres opgegeven
Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.
Uw vraag is op deze pagina toegevoegd
Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.