Kort en bondig 1-11
Ruiten ontwasemen en
ontdooien
Draai de luchtcirculatieknop naar
DEFROST (ontdooien,
5).
Zie "Voorruit ontdooien" onder
Verwarmings- en ventilatiesysteem
op pagina 8-1.
Zie "Voorruit ontwasemen" onder
Airconditioning op pagina 8-4.
Parkeerplaats
.
De auto niet op een licht
ontvlambare ondergrond
parkeren. De ondergrond kan
door de hoge temperatuur van
het uitlaatgassysteem mogelijk
vlam vatten.
.
Handrem altijd zonder indrukken
van de ontgrendelingsknop
aantrekken. Op aflopende of
oplopende hellingen zo stevig
mogelijk. Trap tegelijkertijd de
rem in om de bedieningskracht
te verminderen.
.
Motor en ontsteking uitscha-
kelen. Stuurwiel verdraaien
totdat het stuurslot vergrendelt.
.
Wanneer de auto vlak of op een
oplopende helling staat, dan
moet u voordat u het contact
uitzet de eerste versnelling of de
stand P inschakelen. Op een
oplopende helling bovendien de
voorwielen van de stoeprand
wegdraaien.
Als de auto op een dalende
helling staat, moet u de achter-
ruitversnelling inschakelen
voordat u het contact uitzet.
Bovendien de voorwielen naar
de stoeprand toedraaien.
.
Sluit de ruiten.
.
Sluit de auto af.