30
Onderhoud C
Voer de onder Onderhoud B genoemde punten uit plus:
Koudemiddelcircuit
• Controleer het circuit op lekdichtheid en dat de
leidingen niet beschadigd zijn.
• Controleer de olie op verontreiniging. Bij aanwezig-
heid van zuur, water of metaaldeeltjes moet de olie
worden vervangen.
• Vollast bedrijfstest. Controleer, naast de onder B
genoemde punten, dat de intrede- en uittrede aanslui-
tingen goed zijn aangedraaid.
• Controleer de goede werking van de hoge en lagedruk
beveiligingen. Vervang ze zo nodig.
• Controleer de filterdroger op vervuiling (controleer
het temperatuurverschil over het filter - alleen 50AZ).
Vervang dit zo nodig.
Elektrische controles
• Controleer de status van de bekabeling en de isolatie.
• Voer een bedrijfstest uit voor de buitenbatterijver-
warming (alleen 50UZ) en de compressor carterver-
warming.
• Controleer de afscherming Fase/Aarde van de com-
pressoren en ventilatormotoren.
• Controleer de motorwikkelingen van de compressoren
en ventilatormotoren.
Mechanische controles
• Controleer de bevestiging van de binnen- en buiten-
ventilatoren, compressoren en schakelkast.
• Controleer dat de schakelkast droog is.
• Alle metalen delen van de unit (chassis, omkasting-
panelen, schakelkasten, etc.) zijn tegen corrosie
beschermd door een poedercoating of laklaag. Om de
kans op corrosie, die kan ontstaan wanneer vocht
onder de beschermende coatings komt, te verminderen
is het noodzakelijk om de toestand van de coating
(laklaag) regelmatig te controleren en bij te werken.
• Controleer, alvorens een of meer componenten van het
koudemiddelcircuit te vervangen, dat de gehele koude-
mid delvulling is verwijderd uit zowel de hoge- als lage-
drukzijde van de unit.
• De regelcomponenten van het koelsysteem zijn zeer
gevoelig. Als ze moeten worden vervangen moet er
goed op worden gelet dat ze tijdens het solderen niet
oververhit raken. Wikkel een vochtige doek om het
betreffende component en richt de vlam niet op het
component.
• Het soldeer moet altijd vervaardigd zijn uit een zilver-
legering.
• Als de totale koudemiddelvulling moet worden inge-
bracht, zie dan voor de juiste hoeveelheid de machine
kenplaat. Het systeem moet eerst worden gevacumeerd.
• Als de unit in bedrijf is moeten alle panelen zijn aan-
gebracht, ook die van de schakelkast.
• Als de koudemiddelleidingen moeten worden door-
gesne den moet daarvoor een pijpsnijder worden
gebruikt. Alle koudemiddelleidingen moeten van
koper zijn en speci aal geschikt voor toepassing in
koelsystemen.
Deze machine is in de fabriek aan stren ge kwaliteits-
controles onderworpen.
Alle componenten, inclusief de regelsystemen en elektrische
apparatuur zijn goedgekeurd door onze afdeling Kwaliteits-
controle en in onze laboratoria getest onder de meest
extreme omstandigheden. Het is echter mogelijk dat er,
nadat de machine de fabriek heeft verlaten, één of meer
van deze elementen zijn beschadigd door omstan dig heden
buiten onze macht. In een dergelijk geval mogen er geen
werkzaamheden worden uitgevoerd aan de inter ne compo-
nenten en mag de unit niet worden blootgesteld aan bedrijfs-
condities die niet in deze handleiding zijn vermeld. Gebeurt
dit wel, dan kan ernstige schade ontstaan die niet door de
garantie wordt gedekt. Reparatie- en onderhoudswerkzaam-
heden mogen alleen worden uitgevoerd door vakkundig
(STEK-erkend) personeel.
Alle aanbevelingen m.b.t. de montage van de unit zijn
bedoeld als richtlijnen. De machine moet worden geïnstal-
leerd volgens de ontwerpcondities en er moet worden
voldaan aan alle van toepassing zijnde regels voor aircon-
ditioning- en koelinstallaties.
Carrier is niet aansprakelijk voor storingen die zijn
ontstaan door oneigenlijk gebruik van de apparatuur.