Videomontage
87
Ne
Voorbereidingen
1. Sluit de camcorder op de videorecorder, TV of andere videocamera aan.
2. Maak het andere apparaat gereed voor gebruik. (Bijvoorbeeld bij aansluiting op een
videorecorder)
• Zet de TV/video-keuzeschakelaar van de televisie op “Video”. Zie “Aansluitingen voor afspelen op een
TV-scherm” op blz. 81 voor nadere bijzonderheden.
• Schakel de videorecorder in. Plaats de opgenomen cassette en zet de videorecorder in de
afspeelpauzestand.
• Zie de gebruiksaanwijzing van de TV en de videorecorder voor nadere bijzonderheden.
3. Draai het POWER-instelwiel van de camcorder naar VCR.
4. Plaats een blanco cassette.
5. Schuif de INPUT SELECT-schakelaar op AUDIO 1.
6. Kies LINE bij het onderdeel AUDIO 1 IN in het VCR SET UP-submenu van het VCR
MENU.
OPNEMEN VANAF EEN VIDEORECORDER, TV OF ANALOGE VIDEOCAMERA (ANALOGE LIJNINGANG)
U kunt een TV-uitzending opnemen of een videoband die u in uw videorecorder of analoge videocamera
afspeelt (voor digitale videocamera’s, zie blz. 85), op de cassette in de XL1S, mits de TV of andere
apparatuur is voorzien van audio/video-uitgangen.
• Wanneer u 12bit ST-1,2 kiest voor de AUDIO MODE in het VCR SET UP-submenu van het VCR
MENU, kunt u een opname op 4 kanalen maken.
• Als een abnormaal signaal vanaf de TV of videorecorder wordt uitgestuurd, is het mogelijk dat de beelden
die op de band worden opgenomen ook abnormaal zijn (hoewel dit niet op het televisiescherm zo hoeft te
lijken) of in het geheel niet worden opgenomen, of dat het bericht “COPYRIGHT PROTECTED
DUBBING RESTRICTED” (auteursrechten — dubbing niet mogelijk) in de zoeker verschijnt.
• Het is niet mogelijk om cassettes te kopiëren die voorzien zijn van een auteursrechtsignaal.