2. Selecteer het faxdocument dat u wilt afdrukken → druk op [Afdrukken].
3. Druk op [Start afdrukken].
U kunt ook faxdocumenten verzenden die zijn opgeslagen in de Geheugen RX postbus.
Voor meer informatie raadpleegt u de e-Handleiding > Fax/I-fax postbus.
●
29
Druk op [Scannen en verzenden].
Het scherm met basisfuncties voor [Scannen en verzenden]
verschijnt.
Dit gedeelte beschrijft de basishandelingen voor scannen en verzenden.
Voor het gebruik van de verzendfunctie is een optioneel product nodig.
Gescande documenten verzenden naar een e-mail, I-fax en le server
Wat u met de functie Scannen en verzenden kunt doen
12
Selecteren van functie
Selecteer [Scannen en verzenden] op het scherm Hoofdmenu.
Plaatsen van originelen
Plaats het origineel in de aanvoer of op de glasplaat.
Originelen in de aanvoer plaatsen
Stel de geleiders in op het formaat van uw originelen. Plaats uw
originelen met de te kopiëren zijde naar boven.
Originelen op de glasplaat plaatsen
Open de aanvoer/het kopieerdeksel.
Plaats uw originelen met de tekstzijde naar beneden.
Sluit voorzichtig de aanvoer/het kopieerdeksel.
Als er een aanmeldscherm voor Afdelings-ID
beheer of SSO-H verschijnt, dient u de betreende
authenticatiegegevens (ID, wachtwoord/PIN) in
te voeren. Als de Kaartlezer-C1 is geïnstalleerd,
plaatst u eerst een controlekaart.
U kunt diverse verzendfuncties instellen. Voor
meer informatie raadpleegt u pag. 31 tot pag. 36
van deze handleiding.
30
Wat u met de functie Scannen en verzenden kunt doen
Druk op [Adresboek].
Als u slechts naar één bestemming verzendt, selecteer dan de
bestemming.
Als u naar meerdere bestemmingen verzendt, selecteert u de
bestemmingen → druk op [OK].
Gescande documenten verzenden naar een e-mail, I-fax en le server
34
Geef de bestemming aan
Druk op [Adresboek] → selecteer bestemming → druk op [OK].
Starten van de verzending
Na het selecteren van de instellingen, drukt u op .
Druk op .
Voor meer informatie over het opslaan van de
bestemming in het adresboek, raadpleegt u de
e-Handleiding > Scannen en verzenden.
Als het volgende scherm verschijnt, drukt u
op om het volgende origineel te scannen.
Nadat alle originelen zijn gescand, drukt u op
[Start verzenden].
Als een login service zoals Afdelings-ID
beheer of SSO-H is ingesteld, drukt u op
(Aanmelden/Afmelden) om u af te melden.
U kunt de bestemming aangeven met de
snelkeuzetoetsen of met veelgebruikte
instellingen. Als u wilt verzenden naar een
bestemming die nog niet is opgeslagen,
drukt u op [Nieuwe bestemming] → voer de
bestemming in.
Wanneer het scannen is voltooid, verwijdert u uw originelen.
31
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Om de verzendfuncties te kunnen gebruiken, drukt u op het scherm Hoofdmenu op [Scannen en verzenden]. In dit gedeelte worden
de hoofdfuncties beschreven van het scherm met basisfuncties voor scannen en verzenden. Voor meer informatie over de functies
raadpleegt u de e-Handleiding > Scannen en verzenden.
Voor het gebruik van de verzendfunctie is een optioneel product nodig.
Handige verzendfuncties
[Adresboek]
Gemakkelijk veelgebruikte bestemmingen instellen
U kunt veelgebruikte e-mail, I-fax of le server bestemmingen
opslaan in het adresboek.
[Nieuwe bestemming]
Invoeren van nieuwe bestemmingen
Deze mode stelt u in staat een nieuwe bestemming aan te geven die
niet in het adresboek of onder snelkeuzetoetsen is opgeslagen.
[Vorige instellingen]
Oproepen van eerdere instellingen en verzendinstellingen
U kunt de drie meest recente bestemmingen of verzendinstellingen
oproepen en vervolgens verzenden met behulp van de opgeroepen
bestemming of instellingen.
[Snelkeuze]
Snel instellen van bestemmingen
Als een veelgebruikte bestemming onder een snelkeuzetoets is
opgeslagen, kunt u de bestemming snel aangeven.
32
Wat u met de functie Scannen en verzenden kunt doen
Handige verzendfuncties
[Favoriete instellingen]
Gemakkelijk meerdere verzendfuncties instellen
U kunt veelgebruikte bestemmingen en instellingen registreren.
U kunt de geregistreerde instellingen op een later tijdstip oproepen.
[Selecteer kleur]
Selecteer kleur
U kunt de Full Colour-, Grijstint- of Zwart/wit-modus selecteren.
U kunt de machine ook instellen om automatisch een Kleur-modus te
selecteren op basis van het origineel.
[Resolutie]
Duidelijk scannen en verzenden van tekst en afbeeldingen in
documenten
Als de resolutie hoog is, kunt u kleine letters en afbeeldingen duidelijk
verzenden. Als de resolutie laag is, worden de bestanden kleiner en
kunt u ze sneller verzenden.
[Selecteer scanformaat]
Selecteer het papierformaat
U kunt het scanformaat van het origineel selecteren. Als u drukt op
[Auto], herkent de machine automatisch het formaat van het origineel
bij het scannen.
[Bestandsindeling]
Selecteren van bestandsindeling en verzenden
Als u naar een e-mailadres of le server verzendt, kunt u de
bestandsindeling aangeven. U hebt de keuze uit PDF, XPS, JPEG of
TIFF.
33
Handige verzendfuncties
1
2
4
3
[Cc/Bcc]
Geef de e-mailadressen van de Cc en Bcc adressen, en de
bestemming voor de documenten aan.
Naast de bestemming van de documenten, kunt u ook
e-mailadressen aangeven bij de Cc en Bcc adressen.
[Details]
Controleer de gedetailleerde informatie voor de bestemming.
U kunt gedetailleerde informatie controleren van de bestemming
die is geselecteerd in de lijst met bestemmingen. U kunt de nieuwe
bestemming ook wijzigen.
[Verzenden naar mijzelf]
Documenten verzenden naar uw eigen e-mailadres
U kunt uw e-mailadres aangeven als de bestemming.
[Verzenden naar mijzelf] verschijnt als SSO-H is ingesteld als de login
service.
*
[Verwijder best.]
Verwijderen van aangegeven bestemming
U kunt een geselecteerde bestemming verwijderen uit de lijst met
bestemmingen.
Om de verzendfuncties te kunnen gebruiken, drukt u op het scherm Hoofdmenu op [Scannen en verzenden]. In dit gedeelte worden
de hoofdfuncties beschreven van het scherm met basisfuncties voor scannen en verzenden. Voor meer informatie over de functies
raadpleegt u de e-Handleiding > Scannen en verzenden.
Voor het gebruik van de verzendfunctie is een optioneel product nodig.
34
Wat u met de functie Scannen en verzenden kunt doen
Handige verzendfuncties
1
3
2
[Overtrekken & Gladmaken]
Verzenden van bestanden die zijn bewerkt met
illustratiesoftware
Deze modus stelt u in staat tekst en afbeeldingen te converteren
naar schaalbare contourgegevens. De contourgegevens
(Overtrekken) kunnen worden uitgenomen en gebruikt in specieke
illustratiesoftware.
[Encryptie]
Gescande documenten encrypten (coderen) voor verzending
U kunt een gescande origineel converteren in een PDF bestand
en er een wachtwoord voor instellen. U kunt ook de afdruk- en
bewerkingsfuncties beperken.
<Verdeel gegevens>
Grote bestanden verdelen en verzenden
De gegevens zullen in meerdere delen worden verdeeld voordat
verzending plaatsvindt als de grootte van de te verzenden gegevens
de ingestelde waarde voor de max. grootte overschrijdt. Controleer
of de andere partij de verdeelde gegevens kan combineren voordat u
deze instelling gebruikt.
Om de instellingen voor <Verdeel gegevens> aan te geven, drukt u op
[Nieuwe bestemming] → [E-mail].
*
[OCR (Doorzoekbare tekst)]:
Doorzoekbare tekstbestanden verzenden
Deze modus stelt u in staat OCR uit te voeren op een gescand
origineel om een bestand met doorzoekbare tekst te maken en het
bestand vervolgens te verzenden. U kunt de tekst gebruiken als
tekstgegevens.
Voor functies met deze marketing zijn een of meerdere optionele producten nodig.
35
Handige verzendfuncties
1
5
2
3
4
[2-Zijdig origineel]
Automatisch scannen van voor- en achterzijden van documenten
Voor het verzenden van dubbelzijdige originelen. U kunt [Type boek]
of [Type kalender] selecteren.
[Verschillende origineelformaten]
Documenten met verschillende formaten tegelijk verzenden
U kunt originelen met verschillende formaten als één groep scannen
en verzenden.
[Wis rand]
Wissen van schaduwen en inbindgaten op documenten
Deze modus stelt u in staat de schaduwen te wissen die verschijnen
wanneer u diverse typen originelen scant. U kunt ook de schaduwen
van inbindgaten wissen.
[Densiteit]
Wijzigen van densiteit en verzenden
Belichting wijzigen. Druk op voor een donkerdere belichting
of voor een lichtere belichting. U kunt de machine instellen
om automatisch de belichting aan te passen.
[Boekje 2 Pagina’s]
Een open boek op 2 vellen papier verzenden
U kunt naast elkaar liggende pagina’s in een boek op afzonderlijke
vellen papier verzenden.
In dit gedeelte worden de hoofdfuncties beschreven van het scherm met basisfuncties voor scannen en verzenden. Voor meer
informatie over de functies raadpleegt u de e-Handleiding > Scannen en verzenden.
Het scherm [Opties] bestaat uit twee schermen. Als u drukt op of onderin het scherm wordt het vorige of volgende scherm weergegeven.
Voor het gebruik van de verzendfunctie is een optioneel product nodig.
36
Wat u met de functie Scannen en verzenden kunt doen
Handige verzendfuncties
1
[Voorbeeld]
Gescande documenten controleren voordat u ze verzendt
Deze modus stelt u in staat de gescande gegevens van uw originelen
te bekijken en om het aantal pagina’s te controleren voordat u uw
document verzendt. U kunt ook een aangegeven pagina verwijderen.
1
Handige verzendfuncties (Laatste pagina)
[Auto(OCR)]
Bestandsnaam automatisch op te verzenden document plaatsen
Wanneer [PDF (OCR)] is ingesteld als de bestandsindeling, kunt u de
machine instellen om automatisch het eerste tekstblok te gebruiken
als naam voor het bestand.
Voor functies met deze marketing zijn een of meerdere optionele producten nodig.
37
Wat u met de functie Scannen en opslaan kunt doen
2
Selecteren van functie
Selecteer [Scannen en opslaan] op het scherm Hoofdmenu.
Druk op [Scannen en opslaan].
Selecteer [Geheugenmedia] op het scherm waarin u het type opslag
kunt selecteren.
1
Plaatsen van originelen
Plaats het origineel in de aanvoer of op de glasplaat.
Originelen in de aanvoer plaatsen
Stel de geleiders in op het formaat van uw originelen. Plaats uw
originelen met de te kopiëren zijde naar boven.
Originelen op de glasplaat plaatsen
Open de aanvoer/het kopieerdeksel.
Plaats uw originelen met de tekstzijde naar beneden.
Sluit voorzichtig de aanvoer/het kopieerdeksel.
Om geheugenmedia te gebruiken, dient u de volgende instellingen vooraf aan te geven.
1. Druk op .
2. Druk op → [Voorkeuren] → [Weergave-instellingen] → [Opslaglocatie weergave-instellingen].
3. Selecteer [Aan] voor <Geheugenmedia>.
4. Druk op [OK].
Om de gescande gegevens op te slaan in geheugenmedia, sluit u een USB-geheugen aan op de USB-poort.
Voor informatie over de ondersteunde geheugenmedia raadpleegt u de e-Handleiding > Scannen en opslaan.
Voor toegang tot het netwerk (Geavanceerde ruimte) raadpleegt u “Een geavanceerde ruimte instellen op het netwerk” in de Setup-gids.
•
•
•
•
Als er een aanmeldscherm voor Afdelings-ID
beheer of SSO-H verschijnt, dient u de betreende
authenticatiegegevens (ID, wachtwoord/PIN) in
te voeren. Als de Kaartlezer-C1 is geïnstalleerd,
plaatst u eerst een controlekaart.
In dit onderdeel worden de basisprocedures beschreven voor het scannen van originelen en het vervolgens opslaan hiervan als een
bestand. In dit gedeelte wordt beschreven hoe gescande gegevens worden opgeslagen in geheugenmedia.
Voor het gebruik van de scanfunctie is een optioneel product nodig. Als u de imageRUNNER ADVANCE C2030L/C2020L gebruikt. is een
optioneel product nodig om de geavanceerde ruimte van machines van de andere imageRUNNER ADVANCE serie op het netwerk te gebruiken.
Opslaan van gescande gegevens
38
Wat u met de functie Scannen en opslaan kunt doen
Druk op .
Wanneer het scannen is voltooid, verwijdert u uw originelen.
Wanneer het scannen is voltooid, verwijdert u uw originelen.
3
Selecteer opslaan
Geef het geheugenmedium aan waarin u het bestand wilt opslaan.
Selecteer het geheugenmedium.
Druk op [Scannen].
Nu verschijnt het Scanscherm.
4
Start het scannen
Na het selecteren van de instellingen, drukt u op .
U kunt diverse scanfuncties instellen. Voor meer
informatie raadpleegt u pag. 39 tot pag. 42 van
deze handleiding.
Als een login service zoals Afdelings-ID
beheer of SSO-H is ingesteld, drukt u op
(Aanmelden/Afmelden) om u af te melden.
Opslaan van gescande gegevens
Als het volgende scherm verschijnt, drukt u
op om het volgende origineel te scannen.
Nadat alle originelen zijn gescand, drukt u op
[Start opslaan].
39
10
9
1
2
4
7
8
5
3
6
[Selecteer kleur]
Selecteer kleur
U kunt de Full Colour- of Zwartmodus selecteren. U kunt de machine
ook instellen om automatisch een Kleur-modus te selecteren op basis
van het origineel.
[Favoriete instellingen]
Gemakkelijk meerdere scanfuncties instellen
U kunt veelgebruikte scaninstellingen registreren. U kunt de
geregistreerde instellingen op een later tijdstip oproepen.
[Scanformaat]
Selecteer het scanformaat
U kunt het scanformaat van het origineel selecteren. Als u drukt op
[Auto], herkent de machine automatisch het formaat van het origineel
bij het scannen.
[Resolutie]
Kleine letters en gedetailleerde afbeeldingen scannen
Als de resolutie hoog is, kunt u kleine letters en gedetailleerde
afbeeldingen duidelijk scannen. Als de resolutie laag is, zal het
bestand met scangegevens kleiner zijn.
Om het origineel te scannen en op te slaan, drukt u op het scherm Hoofdmenu op [Scannen en opslaan]. In dit gedeelte worden
de basishandelingen beschreven die u kunt uitvoeren met de functie Scannen en opslaan. Voor meer informatie over de functies
raadpleegt u de e-Handleiding > Scannen en opslaan.
Als u drukt op [Scan] na het selecteren van de opslaglocatie, verschijnt het onderstaande scherm.
Voor het gebruik van de scanfunctie is een optioneel product nodig. Als u de imageRUNNER ADVANCE C2030L/C2020L gebruikt, is een
optioneel product nodig om de geavanceerde ruimte van machines van de andere imageRUNNER ADVANCE serie op het netwerk te gebruiken.
Handige scanfuncties
40
Wat u met de functie Scannen en opslaan kunt doen
[Bestandsindeling]
Aangeven van de bestandsindeling en scannen
U kunt voor het gescande document een bestandsindeling zoals PDF
selecteren, zodat het bestand toegankelijk is vanaf uw computer.
[Bestandsnaam]
Aangeven van de bestandsnaam en scannen
U kunt een bestandsnaam aangeven voor de gegevens die dienen te
worden gescand.
[Type origineel]
Foto’s duidelijk scannen
De beeldkwaliteit voor het scannen wordt aangepast aan het type
origineel, zoals [Tekst], [Tekst/Foto/Landkaart] of [Fotoafdruk].
[Terug naar standaard instellingen]
Instellingen wissen
Deze modus is handig wanneer u alle instellingen wilt wissen en de
instellingen wilt herstellen. Alle instellingen worden gewist.
[2-Zijdig origineel]
Automatisch scannen van voor- en achterzijden van documenten
Voor het scannen van dubbelzijdige originelen. U kunt [Type boek] of
[Type kalender] selecteren.
[Zoompercentage]
Wijzigen van de scanverhouding (Zoompercentage)
U kunt het scan (zoom) percentage wijzigen door een gescand
document te vergroten of verkleinen tot een vast papierformaat,
of door een waarde in te voeren om een gewenst scanpercentage aan
te geven.
Handige scanfuncties
41
Handige scanfuncties
1
4
3
6
2
5
[Boekje 2 Pagina’s]
Een open boek op 2 vellen papier scannen
U kunt naast elkaar liggende pagina’s in een boek in één keer
scannen.
[Verschillende origineelformaten]
Documenten met verschillende formaten tegelijk scannen
U kunt originelen met verschillende formaten als één groep scannen.
[Opdrachtsamenstelling]
Meerdere documenten scannen en opslaan als een bestand
U kunt originelen scannen die niet in één keer kunnen worden
geplaatst, door ze in meerdere batches te verdelen. U kunt opslaan
nadat alle originelen zijn gescand.
[Wis rand]
Wissen van schaduwen en inbindgaten op documenten
Deze modus stelt u in staat de schaduwen te wissen die verschijnen
wanneer u diverse typen originelen scant. U kunt ook de schaduwen
van inbindgaten wissen.
In dit gedeelte wordt beschreven wat u kunt doen met [Opties] voor Scannen en opslaan.
Voor het gebruik van de scanfunctie is een optioneel product nodig. Als u de imageRUNNER ADVANCE C2030L/C2020L gebruikt, is een
optioneel product nodig om de geavanceerde ruimte van machines van de andere imageRUNNER ADVANCE serie op het netwerk te gebruiken.
42
Wat u met de functie Scannen en opslaan kunt doen
Handige scanfuncties
[Densiteit]
Wijzigen van de belichting en scannen (Densiteit)
Belichting wijzigen. Druk op voor een donkerdere belichting
of voor een lichtere belichting. U kunt de machine instellen
om automatisch de belichting aan te passen.
Handige scanfuncties (Laatste pagina)
[Beeldscherpte]
Scan met duidelijke tekst en illustraties
Deze modus stelt u in staat de beeldkwaliteit voor het scannen aan te
passen. U kunt deze modus gebruiken om tekst, lijnen of contouren
van een afbeelding scherper of minder scherp te maken.
43
Wat u met de functie Toegang opgeslagen bestanden kunt doen
1
Selecteren van functie
Selecteer [Toegang opgeslagen bestanden] op het scherm
Hoofdmenu.
Druk op [Toegang opgeslagen bestanden].
2
Selecteer opslaan
Geef de opslaglocatie voor het bestand aan.
Selecteer [Geheugenmedia] op het scherm Opslagselectie.
Selecteer de gewenste geheugenmedia.
Dit gedeelte beschrijft de basishandelingen voor het afdrukken van opgeslagen gegevens. De procedure voor het opslaan op
geheugenmedia wordt hier als voorbeeld gebruikt.
Als u de imageRUNNER ADVANCE C2030L/C2020L gebruikt, is een optioneel product nodig om de geavanceerde ruimte van machines
van de andere imageRUNNER ADVANCE serie op het netwerk te gebruiken.
Toegang opgeslagen bestanden
Als er een aanmeldscherm voor Afdelings-ID
beheer of SSO-H verschijnt, dient u de betreende
authenticatiegegevens (ID, wachtwoord/PIN) in
te voeren. Als de Kaartlezer-C1 is geïnstalleerd,
plaatst u eerst een controlekaart.
44
Wat u met de functie Toegang opgeslagen bestanden kunt doen
3
Selecteer bestand
Selecteer het af te drukken bestand → druk op [Afdrukken].
Selecteer het af te drukken bestand.
Druk op [Afdrukken].
Het Afdrukscherm verschijnt.
4
Start afdrukken
Na het aangeven van de instellingen, drukt u op [Start afdrukken].
Druk op [Start afdrukken].
Toegang opgeslagen bestanden
U kunt diverse afdrukinstellingen aangeven op
het scherm dat verschijnt wanneer op [Wijzig
afdrukinstellingen] is gedrukt. Voor meer
informatie raadpleegt u pag. 45 tot pag. 47 van
deze handleiding.
Als een login service zoals Afdelings-ID
beheer of SSO-H is ingesteld, drukt u op
(Aanmelden/Afmelden) om u af te melden.
Wanneer het afdrukken is voltooid, gaat het
scherm terug naar het selectiescherm voor
geheugenmedia.
45
Handige afdrukfuncties
6
5
1
2
4
3
[Selecteer kleur]
Selecteer kleur
Selecteer de Full Colour/Zwart-modus. Met de Auto (Kleur/Zwart)
modus kan de machine automatisch een Kleurmodus of Zwart/
wit-modus selecteren op basis van het bestand.
[Favoriete instellingen]
Gemakkelijk meerdere afdrukfuncties instellen
Deze modus stelt u in staat veelgebruikte afdrukinstellingen te
registreren. U kunt de geregistreerde instellingen op een later tijdstip
oproepen.
[Wijzig aantal kopieën]
Wijzigen van het aantal afdrukken
Deze modus is alleen beschikbaar wanneer er meerdere bestanden
zijn geselecteerd. U kunt het aantal printopdrachten wijzigen.
Als er een document is geselecteerd, kunt u het aantal afdrukken
wijzigen door te drukken op - (numerieke toetsen).
*
[Selecteer papier]
Selecteer kleur
U kunt het papierformaat, type papier en de papierbron selecteren.
U kunt de machine ook instellen om automatisch het formaat van
het origineel en het zoompercentage te herkennen en daarna te
kopiëren.
Om opgeslagen bestanden af te drukken, drukt u op [Toegang opgeslagen bestanden] op het scherm Hoofdmenu. In dit gedeelte worden
de basishandelingen beschreven die u kunt uitvoeren met de functie Toegang opgeslagen bestanden. Voor meer informatie over de
functies raadpleegt u de e-Handleiding > Toegang opgeslagen bestanden.
Als u drukt op [Afdrukken] na het selecteren van de opslaglocatie, verschijnt het onderstaande scherm.
Als u de imageRUNNER ADVANCE C2030L/C2020L gebruikt, is een optioneel product nodig om de geavanceerde ruimte van machines van
de andere imageRUNNER ADVANCE serie op het netwerk te gebruiken.
46
Wat u met de functie Toegang opgeslagen bestanden kunt doen
Handige afdrukfuncties
[2-Zijdige afdruk]
Afdrukken op de voor- en achterzijden van het papier
Deze modus stelt u in staat opeenvolgende pagina’s van een
opgeslagen bestand af te drukken op beide zijden van een vel papier.
[Afwerking]
Afdrukken sorteren
U kunt de afdrukken in paginavolgorde sorteren of kopieën van
dezelfde pagina groeperen.
[Nieten]
Nieten van afdrukken
U kunt de afgedrukte pagina’s nieten. U kunt de nietlocatie selecteren.
Als de Inner Finisher op de machine is aangesloten, verschijnt [Nieten]
op het scherm [Afwerking].
*
Voor functies met deze marketing zijn een of meerdere optionele producten nodig.
47
Handige afdrukfuncties
1
2
[Afstemmen papierformaat]
Een afbeelding vergroten/verkleinen om het papierformaat af te
stemmen
U kunt een afbeelding van een PDF bestand vergroten/verkleinen
zodat het op het papier past.
Als u een JPEG of TIFF bestand afdrukt, verschijnt [Vergroten/
Verkleinen] op het scherm Opties.
*
In dit gedeelte worden de hoofdfuncties in [Opties] beschreven die u kunt gebruiken wanneer u een PDF bestand afdrukt dat is
opgeslagen in [Toegang opgeslagen bestanden]. Voor meer informatie over de functies raadpleegt u de e-Handleiding > Toegang
opgeslagen bestanden.
Als u de imageRUNNER ADVANCE C2030L/C2020L gebruikt, is een optioneel product nodig om de geavanceerde ruimte van machines van
de andere imageRUNNER ADVANCE serie op het netwerk te gebruiken.
Als u de imageRUNNER ADVANCE C2030i/C2020i gebruikt is een optioneel product nodig voor het afdrukken van PDF bestanden. Als u de
imageRUNNER ADVANCE C2030L/C2020L gebruikt, kunt u geen PDF bestanden afdrukken.
Toegang opgeslagen bestanden (Laatste
pagina)
[N op 1]
Meerdere pagina’s verkleinen om op een enkele pagina af te
drukken
U kunt meerdere pagina’s van een bestand verkleinen op 1 pagina.
U kunt ook de lay-out van die pagina wijzigen.
48
Wat u met de functie Toegang opgeslagen bestanden kunt doen
Handige afdrukfuncties
1
2
3
[Bestanden toevoegen (scannen en opslaan)]
Bestanden toevoegen
U kunt het origineel scannen en het nieuwe bestand opslaan op de
geselecteerde opslaglocatie.
[Verwijderen]
Opgeslagen bestanden verwijderen
U kunt opgeslagen bestanden verwijderen. U kunt overbodige
bestanden verwijderen en de opslaglocatie rangschikken.
Om bewerkingen bij opgeslagen bestanden uit te voeren, drukt u op [Toegang opgeslagen bestanden] op het scherm
Hoofdmenu. In dit gedeelte worden de functies beschreven die u kunt gebruiken om opgeslagen bestanden te bewerken.
Selecteer het bestand dat u wilt bewerken uit de lijst met opgeslagen bestanden, druk op [Bewerk bestand] en het volgende
scherm verschijnt.
Als u de imageRUNNER ADVANCE C2030L/C2020L gebruikt, is een optioneel product nodig om de geavanceerde ruimte van
machines van de andere imageRUNNER ADVANCE serie op het netwerk te gebruiken.
Handige functies voor bestandsbewerkingen
[Details]
Controleer gedetailleerde informatie van opgeslagen bestanden
U kunt gedetailleerde informatie van het opgeslagen bestand
controleren.
49
UI op afstand
De UI op afstand (gebruikersinterface) is al in de machine geïnstalleerde software waarmee u toegang krijgt tot de functies van de machine met
de webbrowser van uw computer. Zo hebt u met de UI op afstand bijvoorbeeld toegang tot de machine om de opdrachtstatus te controleren,
opdrachten uit te voeren en diverse instellingen aan te geven.
Om de UI op afstand te kunnen gebruiken, hebt u enkel een webbrowser en
een netwerkverbinding tussen uw computer en de machine nodig.
De UI op afstand is handig voor het volgende.
Het controleren van de opdrachtstatus.
Het bewerken van het adresboek van uw computer.
Controleren van de resterende hoeveelheid papier of toner vanuit uw werkplek.
●
●
●
De UI op afstand inschakelen:
Log in als de administrator → geef de volgende instellingen aan.
1. Druk op .
2. Druk op [Beheerinstellingen] → [Licentie/Overige] → [UI op afstand].
3. Druk op [Aan] → [OK].
4. Zet de hoofdschakelaar van de machine in de UIT-stand, wacht minimaal 10 seconden en zet dan de hoofdschakelaar van de machine
weer in de AAN-stand.
De instelling [UI op afstand] wordt pas eectief nadat de hoofdschakelaar UIT en weer AAN is gezet. Voor instructies over het uit/inschakelen
van de machine raadpleegt u “Voordat u deze machine gaat gebruiken”.
■
•
•
Bediening van de machine vanaf een computer
50
Bediening van de machine vanaf een computer
1
Toegang tot de UI op afstand via een
web browser.
Toegang tot de UI op afstand via een web browser.
Voer het IP adres van de machine in [Adres] in de web browser.
Druk op [ENTER] op het toetsenbord.
2
Controleren van de opdrachtstatus en
aangeven van de instellingen.
Controleren van de opdrachtstatus en aangeven van de instellingen.
Controleren van de opdrachtstatus:
Klik op [Status Monitor/Cancel].
De instellingen aangeven:
Klik op [Settings/Registration].
UI op afstand
Om u aan te melden als de administrator, voert
u het [System Manager ID] en [System PIN] in →
klik op [Administrator Login].
Om u aan te melden als algemene gebruiker, klik
op [General User Login].
Als het aanmeldscherm verschijnt, voert u de
gebruikersnaam en het wachtwoord in → klik
op [Log In].
Als een login service zoals Afdelings-ID beheer
of SSO-H is ingesteld, voert u de betreende
aanmeldinformatie in.
UI op afstand (Laatste pagina)
51
1
Scherm voor afdrukinstellingen
weergeven
Selecteer [Afdrukken] in het menu [Bestand].
Vanuit het menu [Bestand] van de toepassingssoftware die u
gebruikt voor het af te drukken document → selecteer [Afdrukken].
Het afdrukdialoogvenster wordt weergegeven.
2
Eigenschappenscherm van
printerstuurprogramma weergeven
Selecteer de te gebruiken printer.
Selecteer de te gebruiken printer in [Printer].
Klik op [Eigenschappen].
Het eigenschappenscherm van het printerstuurprogramma
verschijnt.
Als u een printerstuurprogramma op uw computer installeert, kunt u de machine gebruiken om gegevens af te drukken die werden aangemaakt
met toepassingssoftware.
In dit gedeelte worden de de basishandelingen beschreven voor het afdrukken van gegevens vanaf uw computer.
Een printerstuurprogramma is software die nodig is voor het afdrukken van toepassingssoftware.*
Afdrukken vanaf een computer
De methoden voor afdrukken zijn afhankelijk van de toepassingsprogramma’s die u gebruikt. Voor meer informatie raadpleegt u de
handleidingen die zijn meegeleverd met het toepassingsprogramma.
De weergave kan afwijken. Dit is afhankelijk van het besturingssysteem en het type en de versie van het printerstuurprogramma.
•
•
52
Bediening van de machine vanaf een computer
Klik op [OK].
Wanneer het afdrukken is voltooid, verzamelt u de uitvoer.
3
Aangeven van afdrukinstellingen
Aangeven van afdrukinstellingen
Geef de gewenste instellingen aan → klik op [OK].
4
Start afdrukken
Na het selecteren van de instellingen, klik op [OK].
Een printerstuurprogramma is software die nodig is voor het afdrukken van toepassingssoftware.*
Afdrukken vanaf een computer
Om gedetailleerde beschrijvingen voor elke
afdrukinstelling weer te geven, klikt u op [Help]
rechts onderin het scherm Eigenschappen.
De status van de afdrukopdracht kan worden
gecontroleerd vanaf de UI op afstand. Voor
meer informatie, raadpleegt u pag. 50 van deze
handleiding.
53
Bijvullen van papier
Dit gedeelte beschrijft hoe u papier kunt bijvullen in de papierladen.
OPMERKING
De volgende papierformaten kunnen in de papierladen 1, 2, 3 en 4 worden geplaatst:
Papierlade 1: A3, A4, A4R, A5R, of gebruikersformaat (148 mm x 182 mm t/m 297 mm x 420 mm)
Papierlade 2: 305 x 457 mm, A3, A4, A4R, A5R, gebruikersformaat (140 mm x 182 mm t/m 304 mm x 457 mm), of enveloppen
Papierlade 3, 4: 305 x 457 mm, A3, A4, A4R, A5R of gebruikersformaat (140 mm x 182 mm t/m 304 mm x 457 mm)
Enveloppen kunnen alleen in papierlade 2 worden geplaatst als de Enveloppenaanvoer-D1 is aangesloten.
U kunt papierladen 3 en 4 alleen gebruiken als de Cassette module-AF1 is aangesloten.
Voor meer informatie over afdrukmaterialen die in de papierladen kunnen worden geplaatst, raadpleegt u de
e-Handleiding > Basishandelingen.
•
•
•
•
•
•
•
Bijvullen van papier
Indien het geselecteerde papier op is of wanneer de geselecteerde papierlade tijdens het afdrukken leegraakt, verschijnt
er een scherm op het touch panel display waarop u wordt gevraagd papier bij te vullen.
Volg de onderstaande procedure om papier in de papierladen bij te vullen:
BELANGRIJK
Er verschijnt ook een scherm waarop u wordt gevraagd papier bij te vullen wanneer de geselecteerde papierlade niet
helemaal in de machine is geschoven. Zorg dat de papierlade correct is geplaatst.
Vul de papierladen nooit bij met de volgende typen papier. U voorkomt hiermee de kans op een papierstoring.
Erg gekruld of gekreukeld papier
Dun papier
Transparanten (alleen voor papierlade 1)
Papier waarop via een thermische printer is afgedrukt (gebruik dit papier ook niet om op de achterzijde af te drukken).
Waaier het papier voordat u het plaatst. Vooral papiersoorten als dun papier, gerecycled papier, geponst papier, dik
papier, en transparanten dienen goed te worden gewaaierd voordat ze worden geplaatst.
Plaats geen papier of andere voorwerpen in het lege deel van de lade naast de stapel papier. U voorkomt hiermee de
kans op een papierstoring.
OPMERKING
Indien tijdens het afdrukken een melding verschijnt waarin u wordt gevraagd papier bij te vullen, dan worden de
resterende afdrukken automatisch gemaakt nadat u het juiste papier heeft bijgevuld. Indien u een andere papierlade
selecteert, dan worden de resterende afdrukken gemaakt nadat u op [OK] heeft gedrukt.
Om het afdrukken te annuleren, drukt u op [Stop].
1
1
Open de papierlade.
1
2
1. Druk op de knop van de papierlade
waarin u papier wilt bijvullen.
2. Pak de greep vast en trek de
papierlade zover mogelijk naar
buiten.
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Periodiek onderhoud
VOORZICHTIG
Wanneer u papier bijvult, dient u te voorkomen dat u uw handen snijdt aan de randen van het papier.
54
Periodiek onderhoud
2
2
Houd het papier gereed.
1. Open een pak papier en verwijder
het resterende papier uit de lade.
OPMERKING
Gebruik voor afdrukken met hoge kwaliteit door Canon aanbevolen papier.
Waaier het papier altijd voordat u het in de papierlade plaatst en maak er een nette stapel van.
•
•
3
3
Plaats het papier.
3
1,2
1. Zorg dat het formaatkaartje van
de papierlade overeenkomt met
het formaat papier dat in de lade is
geplaatst.
2. Plaats de stapel papier tegen de
rechter zijkant van de papierlade.
3. Schuif de papierlade voorzichtig
terug in de machine totdat u een klik
hoort.
VOORZICHTIG
Zorg bij het terugplaatsen van de papierlade dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt
hiermee persoonlijk letsel.
55
BELANGRIJK
Gekruld papier dient te worden gladgestreken voordat u het in de papierlade plaatst.
U kunt geen kopieën of afdrukken maken als bij het plaatsen van papier de vullimiet overschrijdt (), of als de
papierlade niet helemaal in de machine is geschoven.
Controleer altijd op de papierladen goed zijn geplaatst en dat het papier niet boven de vullimiet komt ().
OPMERKING
Wanneer u voor het eerst papier in de papierlade plaatst, stel dan de formaatknop in op het papier dat u in de papierlade
bijvult. (Raadpleeg “Een papierlade aanpassen voor een ander papierformaat” op pag. 56.)
De volgende papierformaten en aantal vellen papier kunnen in papierladen 1 en 2 worden geplaatst:
Papierlade 1: 250 vel (80 g/m
2
) of 270 vel (64 g/m
2
)
Papierlade 2: 550 vel (80 g/m
2
) of 680 vel (64 g/m
2
)
Als op de verpakking van het papier instructies staan over welke zijde naar boven moet zijn gericht, volg dan die
instructies.
Wanneer papier in de papierlade is bijgevuld, wordt afgedrukt op de zijde die naar boven is gericht.
Indien zich problemen, zoals een slechte afdrukkwaliteit of papierstoringen voordoen, draai de stapel papier dan om en
probeer het opnieuw.
Voor meer informatie over de afdrukrichting van voorbedrukt papier (papier waarop al logo’s of andere informatie is
afgedrukt), raadpleegt u de e-Handleiding > Kopiëren.
Bewaar de resterende hoeveelheid papier in de oorspronkelijke verpakking op een droge plaats en uit het directe zonlicht.
Als het papier op is en het afdrukken wordt gestopt, plaatst u een nieuwe stapel papier. Het afdrukken wordt hervat nadat
de nieuwe stapel papier is geplaatst.
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
56
Periodiek onderhoud
Een papierlade aanpassen voor een ander papierformaat
Als u papier van een ander formaat plaatst in een papierlade, volg dan de hieronder beschreven procedure om de
papiergeleiders aan te passen.
1
1
Verwijder het papier.
3
2
1
1. Druk op de knop van de papierlade
waarin u papier wilt aanpassen.
2. Pak de greep vast en trek de
papierlade zover mogelijk naar
buiten.
3. Verwijder het resterende papier.
2
2
Pas de positie van de papiergeleiders aan.
1
2
2
1. Knijp de linkergeleider in en
verschuif de geleider naar de
markering voor het gewenste
papierformaat.
2. Knijp de voorste geleider in en
verschuif de geleider naar de
markering voor het gewenste
papierformaat.
BELANGRIJK
Verschuif de geleiders tot u een klik hoort. Als de linker geleider en de voorste geleider niet juist worden
ingesteld, zal het papierformaat niet juist op het touch panel display verschijnen. De geleiders dienen
tevens juist te worden ingesteld om papierstoringen, verontreinigde afdrukken en of verontreiniging van de
binnenzijde van de machine te voorkomen.
VOORZICHTIG
Wanneer u papier bijvult, dient u te voorkomen dat u uw handen snijdt aan de randen van het papier.
57
3
3
Plaats het juiste papierformaat in de papierlade.
1,2
1. Zorg dat het formaatkaartje van
een papierlade overeenkomt met
het formaat papier dat in de lade is
geplaatst.
2. Plaats de stapel papier tegen de
rechter zijkant van de papierlade.
4
4
Wijzig het formaatkaartje van de papierlade zodat het nieuwe papierformaat
wordt aangegeven.
1
3
2
1. Open het binnendeksel van de
papierlade en til het formaatkaartje
op.
2. Draai het formaatkaartje zodat het
nieuwe papierformaat rechts op het
formaatkaartje wordt aangegeven.
3. Plaatst het formaatkaartje recht naar
beneden en sluit het binnendeksel.
5
5
Schuif de papierlade voorzichtig terug in de machine totdat u een klik hoort.
VOORZICHTIG
Zorg bij het terugplaatsen van de papierlade dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt
hiermee persoonlijk letsel.
58
Periodiek onderhoud
Enveloppenaanvoer-D1
(optioneel)
Dit gedeelte beschrijft hoe u de Enveloppenaanvoer-D1 kunt gebruiken.
BELANGRIJK
De Enveloppenaanvoer-D1 kan alleen worden aangebracht in Papierlade 2
Hoe u de Enveloppenaanvoer gebruikt
De volgende typen enveloppen kunnen in de Enveloppenaanvoer worden geplaatst: COM10 No.10, Monarch, DL en ISO-C5.
De machine en de geleider zijn standaard ingesteld op COM10 No. 10.
BELANGRIJK
Wanneer u de enveloppenaanvoer op de papierlade aansluit, dient u de voorste geleider van de papierlade nooit met
kracht in de verkeerde richting te bewegen. U voorkomt hiermee dat de enveloppenaanvoer wellicht los komt van de
papierlade.
Druk nooit af op beide zijden van een envelop. U voorkomt hiermee de kans op papierstoringen, verontreinigde
afdrukken en verontreiniging van de binnenzijde van de machine.
Plaats nooit de volgende typen enveloppen in de enveloppencassette. U voorkomt hiermee de kans op papierstoringen,
verontreinigde afdrukken en verontreiniging van de binnenzijde van de machine.
Gekrulde, gekreukelde of gevouwen enveloppen
Erg dikke of dunne enveloppen
Vochtige of natte enveloppen
Gescheurde enveloppen
Enveloppen met een afwijkend formaat
Enveloppen met sluitklemmen of vensters
Enveloppen die al zijn dichtgeplakt
Enveloppen met gaten of perforaties
Enveloppen met speciaal gecoate oppervlakken
Enveloppen met een oppervlak van behandeld gekleurd papier
Enveloppen die zelfklevend zijn en inkt, lijm of andere stoen gebruiken die kunnen smelten, verbranden, verdampen of die geuren laten vrijkomen bij
de temperatuur van de xeereenheid (ca. 200 °C). (Afhankelijk van de materialen die worden gebruikt voor de sluitstrip, kan de lijm smelten en de envelop
dichtplakken.)
Wanneer de enveloppencassette is aangesloten en er Envelop als type papier is geselecteerd, dan wordt de envelop
uitgevoerd via het blad dat zich onder de scanner bevindt.
Als u afdrukt op enveloppen, maak het opvangblad dan leeg zodra zich op het blad 10 enveloppen bevinden.
Enveloppen dienen te worden bewaard op een plaats uit de buurt van hoge temperaturen en hoge luchtvochtigheid.
Als er een temperatuurverschil is tussen de ruimte waar de enveloppen werden opgeslagen en de plaats waar de
enveloppen worden bedrukt, laat de enveloppen dan wennen aan de temperatuur van de ruimte waar ze worden
bedrukt voordat u ze gaat gebruiken.
Stel de formaatknop, formaatschakelaar en de Registreer enveloplade bij Voorkeuren (Instellingen/Registratie) af op het
formaat van de enveloppen die worden geplaatst. U voorkomt hiermee de kans op papierstoringen, verontreinigde
afdrukken en verontreiniging van de binnenzijde van de machine.
Als u de breedtegeleiders wilt aanpassen om ISO-C5 enveloppen te kunnen plaatsen, neem dan contact op met uw
Canon dealer.
OPMERKING
Voor meer informatie over enveloppen die kunnen worden geplaatst in de enveloppenaanvoer, raadpleegt u
e-Handleiding > Basishandelingen.
De formaten van de enveloppen zijn als volgt:
COM10 No.10: 104,7 mm x 241,3 mm
Monarch: 98,4 mm x 190,5 mm
DL: 110 mm x 220 mm
ISO-C5: 162 mm x 229 mm
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
59
Enveloppen gereed maken voor gebruik
Dit gedeelte beschrijft hoe u de enveloppen gereed kunt maken voor gebruik voordat u ze in de papierlade plaatst.
BELANGRIJK
Gebruik van gekrulde, gekreukelde of gevouwen enveloppen kan resulteren in papierstoringen. Plaats enveloppen nadat de
onderstaande procedure is gevolgd.
1
1
Maak een nette stapel van de enveloppen.
1. Plaats de enveloppen op een
schone, vlakke ondergrond en druk
met uw hand op de enveloppen in
de richting van de pijl om ze glad te
strijken.
Herhaal deze stap vijf keer voor elke
set van vijf enveloppen.
2
2
Druk stevig op de vier hoeken van de enveloppen, zodat deze en het gelijmde
deel vlak blijven.
,MFQ
,MFQ
BELANGRIJK
Als u enveloppen gebruikt met lijm aan de sluitkleppen, dan kan deze lijm smelten als gevolg van de
warmte en druk van de xeereenheid.
Plaats de enveloppen in de richting waarin ze worden ingevoerd.
Druk nooit af op de achterzijde van de enveloppen (die zijde met de sluitklep).
Als de enveloppen zijn gevuld met lucht, strijk ze dan met uw hand glad voordat u ze in de
enveloppenaanvoer plaatst.
•
•
•
•
60
Periodiek onderhoud
Plaatsen van enveloppen
Dit gedeelte beschrijft hoe u enveloppen in Papierlade 2 kunt plaatsen.
1
1
Open de lade.
1
2
1. Druk op de ontgrendelknop van
papierlade 2.
2. Pak de greep vast en trek de
papierlade zover mogelijk naar
buiten.
2
2
Plaats de enveloppen in de lade.
1
2
1. Plaats 10 enveloppen per keer met
de zijde waar u op wilt afdrukken
naar boven gericht. Terwijl u de
enveloppen plaatst, drukt u de
linkerkant van de houder omlaag
om ze te vergrendelen.
2. Zorg dat de voorranden van de
enveloppen zijn uitgelijnd en dat
ze onder de klauwtjes worden
vastgehouden.
61
3
3
Plaats de enveloppen zoals onderstaand is aangegeven.
7PPS[JKEF
BELANGRIJK
Enveloppen die zijn opgerold of omgekruld, dienen te worden gladgestreken voordat ze worden gebruikt.
Zorg dat de stapel enveloppen niet hoger is dan de vullimiet ().
De maximale hoogte (aantal) van de stapel enveloppen die in de cassette kan worden geplaatst, is circa 30 mm.
De maximale hoogte (aantal) van de stapel enveloppen is afhankelijk van het type envelop en de
werkomgeving, maar gemiddeld zal 30 mm overeenkomen met circa 50 enveloppen.
•
•
•
•
4
4
Schuif de papierlade voorzichtig terug in de machine totdat u een klik hoort.
BELANGRIJK
Plaats geen papier of andere voorwerpen in het lege deel van de lade naast de stapel enveloppen.
U voorkomt hiermee de kans op een papierstoring.
OPMERKING
Als de uitvoer is gestopt als gevolg van onvoldoende enveloppen, plaats dan meer enveloppen en volg de
instructies op het touch panel display. Het afdrukken gaat verder.
VOORZICHTIG
Zorg bij het terugplaatsen van de papierlade dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt
hiermee persoonlijk letsel.
62
Periodiek onderhoud
Plaatsen van de envelop na het aangeven van het formaat
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de enveloppen, die u bij Instellingen/Registratie heeft aangegeven, in de
envelopcassette kunt plaatsen.
BELANGRIJK
Zorg dat u de envelopinstellingen wijzigt via het scherm Instellingen/Registratie voordat u de volgende procedure uitvoert.
(Raadpleeg e-Handleiding > Instellingen/Registratie.) Anders kan de machine de door u aangegeven wijzigingen wellicht
niet herkennen.
1
1
Open de lade.
1
2
1. Druk op de ontgrendelknop van
papierlade 2.
2. Pak de greep vast en trek de
papierlade zover mogelijk naar
buiten.
2
2
Verwijder de lade en de enveloppen.
1
2
1. Trek de papierlade naar boven
en naar buiten door deze met
beide handen aan de linker- en
rechterzijde vast te houden.
2. Verwijder de enveloppen die in de
papierlade zijn geplaatst (meerdere
enveloppen per keer).
3
3
Verschuif de linkergeleider naar de markering voor het gewenste
envelopformaat.
63
4
4
Pas de voorste geleider aan.
1
2
3
1
3
1. Draai de twee schroeven los
waarmee de voorste breedtegeleider
in de enveloppenaanvoer is
bevestigd.
2. Druk op de enveloppenhouder en
verschuif de voorste breedtegeleider
om deze in lijn te brengen met
de markering voor het gewenste
formaat envelop.
3. Bevestig de voorste breedtegeleider
met de schroeven.
5
5
Pas de achterste breedtegeleider op dezelfde manier aan als in stap 4.
1
3
1
3
2
6
6
Plaats de enveloppen.
1
1
2
1. Plaats 10 enveloppen per keer met
de zijde waar u op wilt afdrukken
naar boven gericht. Terwijl u de
enveloppen plaatst, drukt u de
linkerkant van de houder omlaag
om ze te vergrendelen.
2. Zorg dat de voorranden van de
enveloppen zijn uitgelijnd en dat
ze onder de klauwtjes worden
vastgehouden.
64
Periodiek onderhoud
7
7
Plaats de enveloppen zoals onderstaand is aangegeven.
7PPS[JKEF
BELANGRIJK
Enveloppen die zijn opgerold of omgekruld, dienen te worden gladgestreken voordat ze worden gebruikt.
Zorg dat de stapel enveloppen niet hoger is dan de vullimiet ().
De maximale hoogte (aantal) van de stapel enveloppen die in de cassette kan worden geplaatst, is circa 30 mm.
De maximale hoogte (aantal) van de stapel enveloppen is afhankelijk van het type envelop en de
werkomgeving, maar gemiddeld zal 30 mm overeenkomen met circa 50 enveloppen.
OPMERKING
Voor meer informatie over het wijzigen van de geregistreerde envelopinformatie voor de lade, raadpleegde
e-Handleiding > Instellingen/Registratie.
•
•
•
•
8
8
Plaats de lade.
1. Schuif de papierlade voorzichtig terug in de machine totdat u een klik hoort.
2. Controleer de formaatknop en registreer vervolgens het envelopformaat in Instellingen/
Registratie.
Voor meer informatie over het registreren van envelopformaten, raadpleegt u de e-Handleiding >
Instellingen/Registratie.
BELANGRIJK
Plaats geen papier of andere voorwerpen in het lege deel van de lade naast de stapel enveloppen.
U voorkomt hiermee de kans op een papierstoring.
OPMERKING
Als de uitvoer is gestopt als gevolg van onvoldoende enveloppen, plaats dan meer enveloppen en volg de
instructies op het touch panel display. Het afdrukken gaat verder.
VOORZICHTIG
Zorg bij het terugplaatsen van de papierlade dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt
hiermee persoonlijk letsel.
65
Aanvoer (Color Image Reader
Unit-D1)
Originelen die per fax of met de functie Scannen en verzenden via de aanvoer zijn verzonden, kunnen worden gestempeld om
aan te geven dat ze zijn verzonden. Vervang de stempelpatroon wanneer de stempel onduidelijk of niet langer zichtbaar is.
VOORZICHTIG
Wanneer de stempelpatroon wordt vervangen, dient u te voorkomen dat inkt in contact komt met uw
handen of uw kleding. Als u inkt op uw handen of kleding krijgt, spoel dan direct af met koud water.
OPMERKING
De aanvoer is een optioneel product.
Vervangen van de stempelpatroon
1
1
Open de deksels van de aanvoer.
1
2
1
1. Trek aan de hendel en open het
deksel van de aanvoer.
2. Open het binnendeksel door deze
bij de nok vast te houden.
66
Periodiek onderhoud
2
2
Plaats de stempelpatroon
1
2
1. Verwijder de oude stempelpatroon
met behulp van een pincet.
2. Druk de nieuwe stempelpatroon
met een pincet naar binnen tot u klik
hoort.
BELANGRIJK
Zorg dat de stempelpatroon niet uitsteekt boven het oppervlak.
Plaats de stempelpatroon op de juiste wijze om papierstoringen te voorkomen.
•
•
3
3
Sluit alle deuren.
2
1
1. Sluit het binnendeksel.
2. Sluit het deksel van de aanvoer.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de deksels dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee
persoonlijk letsel.
67
Inner Finisher-C1
In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het vervangen van de nietpatroon in de Inner Finisher-C1.
OPMERKING
De Inner Finisher-C1 is een optioneel product.
Wij raden aan nietpatronen bij uw Canon-dealer te bestellen voordat ze opraken.
Vervangen van de nietpatroon
1
1
Trek de nietpatroonhouder uit de nisher.
2
1
1. Open de voordeur van de nisher.
2. Til de nietpatroonhouder uit het
nietapparaat door het groene nokje
vast te pakken.
2
2
Trek de nietpatroon uit de nietpatroonhouder.
PUSH
2
1
1
1. Druk op de onderdelen die zijn
gemarkeerd met PUSH aan beide
zijden van de nietpatroonhouder.
2. Trek de nietpatroon eruit nadat
u de het met veer uitgevoerde
nietpatroonhouder hebt
ontgrendeld.
•
•
68
Periodiek onderhoud
3
3
Plaats een nieuw nietpatroon in de nietpatroonhouder.
2
1
3
1. Plaats de nieuwe nietpatroon.
2. Druk de met een veer uitgevoerde
nietpatroonhouder omlaag tot deze
vastklikt.
3. Verwijder de tape van de nietjes
door deze in een rechte lijn naar
buiten te trekken.
BELANGRIJK
Gebruik uitsluitend nietpatronen die geschikt zijn voor deze machine.
Verwijder de tape die de nietjes bijeen houdt niet voordat u de nietpatroon in het nietapparaat heeft
geplaatst.
Er kan slechts één nietpatroon tegelijk worden geplaatst.
Trek de afdichtingstape in een rechte lijn naar buiten. Indien u de verzegeling onder een hoek naar buiten
trekt, kan deze scheuren.
•
•
•
•
4
4
Plaats de nietpatroonhouder in de nisher.
1. Druk de nietpatroonhouder voorzichtig terug in de nisher en druk hem goed naar beneden tot
hij stevig op zijn plaats zit.
2. Sluit de voordeur van de nisher.
OPMERKING
Nadat de deur is gesloten, kan het nietapparaat automatisch een “droogniet” cyclus uitvoeren om de nietjes
te herpositioneren.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de deksels dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee
persoonlijk letsel.
Inner Finisher-C1 (optioneel)(Laatste pagina)
69
Vervangen van de tonercartridge
Wanneer nog slechts een geringe hoeveelheid toner in de machine aanwezig is, verschijnt de melding op het touch panel
display. U kunt doorgaan met afdrukken, maar dient nu wel een nieuwe tonercartridge te bestellen zodat deze tijdig
beschikbaar is.
Wanneer de toner werkelijk op is en er geen afdrukken meer kunnen worden gemaakt, dan verschijnt op het touch panel
display een scherm met instructies voor het vervangen van de tonercartridge. Volg de hieronder beschreven procedure
voor het vervangen van de tonercartridge.
Als u op [Herstel later] drukt, kunt u doorgaan met het aangeven van instellingen en scannen van originelen, ook als u de
tonercartridge niet direct vervangt.
BELANGRIJK
Gebruik alleen tonercartridges die voor deze machine bedoeld zijn.
Vervang tonercartridges pas zodra de melding verschijnt dat de tonercartridge moet worden vervangen.
Probeer nooit de tonercartridge te vervangen terwijl de machine bezig is met afdrukken.
OPMERKING
Wanneer de melding <Zwarte toner is bijna op. Vervangen nog niet nodig.> verschijnt, kunt u nog circa 1.000 pagina’s
afdrukken. Aanbevolen wordt dat u een nieuwe tonercartridge gereed heeft voordat de toner op is.
Complete instructies met betrekking tot het vervangen van de tonercartridge kunnen worden opgeroepen door op het
touch panel display op [Vorige] of [Volgende] te drukken.
Indien de toner tijdens een afdrukopdracht opraakt, worden de resterende afdrukken gemaakt nadat de tonercartridge is
vervangen.
•
•
•
•
•
•
VOORZICHTIG
Bewaar toner buiten bereik van kleine kinderen.
Als toner is ingeslikt, neem dan direct contact op met een arts.
Voorkom dat toner in contact komt het uw handen of kleding. Indien u toner op uw handen of
kleding krijgt, spoel dan onmiddellijk met koud water. Het wassen met warm water zal de toner doen
vasthechten, waardoor het niet mogelijk is de tonervlekken te verwijderen.
•
•
•
WAARSCHUWING
Verbrand geen tonercartridges en werp ze niet in open vuur. De resterende toner in de cartridges kan
vlam vatten, hetgeen brandwonden of brand tot gevolg kan hebben.
70
Periodiek onderhoud
1
1
Verwijder de tonercartridge voor de aangegeven kleur.
2
3
1
1. Open de voordeur van de
hoofdeenheid.
2. Open het deksel voor de te
vervangen tonercartridge volledig.
3. Trek de tonerpatroon naar buiten.
Trek de tonercartridge half naar buiten
en verwijder de cartridge vervolgens
terwijl u deze met uw andere hand
ondersteunt en recht houdt.
OPMERKING
Raak de bovenzijde van de cartridge niet aan en stoot de cartridge nergens tegen aan. Doet u dit wel, dan
kan de tonercartridge gaan lekken.
WAARSCHUWING
Verbrand geen tonercartridges en werp ze niet in open vuur. De resterende toner in de cartridges
kan vlam vatten, hetgeen brandwonden of brand tot gevolg kan hebben.
71
2
2
Maak de nieuwe tonercartridge gereed.
1. Open een verpakking van de
tonercartridge van de aangegeven
kleur en verwijder de tonercartridge.
2. Houd de nieuwe tonercartridge
in uw beide handen, zoals links is
aangegeven. Schud de cartridge
voorzichtig diverse keren op en neer.
3. Verwijder het beschermkapje van de
nieuwe tonercartridge.
Draai het beschermkapje van de
nieuwe tonercartridge in de richting
van de pijl om het te verwijderen.
72
Periodiek onderhoud
3
3
Plaats de nieuwe tonercartridge.
2
1
1. Plaats de pijl op de ring bij
het uiteinde van de nieuwe
tonercartridge tegen de pijl op de
tonerinlaat van de machine, zoals
staat weergegeven in de illustratie.
2. Duw de nieuwe tonercartridge zover
mogelijk naar binnen.
OPMERKING
Ondersteun de nieuwe tonercartridge aan de onderzijde met uw hand terwijl u de cartridge met uw andere
hand in de machine schuift.
4
4
Sluit alle deuren.
2
1
0
1. Sluit het deksel van de
tonercartridge die u hebt
vervangen.
2. Sluit de voordeur van de
hoofdeenheid.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de deksels dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee
persoonlijk letsel.
73
Vervangen van het
tonerafvalreservoir
Wanneer het tonerafvalreservoir bijna vol is, wordt de melding <Vervang het tonerafvalreservoir.> op het touch panel
display weergegeven. Wanneer dit gebeurt, dient u een nieuwe tonerafvalreservoir gereed te maken.
Wanneer het tonerafvalreservoir vol is, verschijnen de instructies voor het vervangen van het tonerafvalreservoir op
het touch panel display. Volg de instructies op het touch panel display en de hieronder beschreven procedure bij het
vervangen van de tonerafvalreservoir.
Zelfs als u het tonerafvalreservoir niet onmiddellijk vervangt, kunt u nog een tijdje blijven afdrukken. (Het aantal afdrukken
dat u kunt maken hangt af van de inhoud die u afdrukt.)
Als u echter blijft afdrukken, zal er een storing optreden en zal het niet meer mogelijk zijn om afdrukken te maken.
BELANGRIJK
Uw Canon dealer zal gebruikte tonerafvalreservoirs innemen. Gebruik het meegeleverde deksel om de opening van het
tonerafvalreservoir af te sluiten.
Gebruikte toner kan niet opnieuw worden gebruikt. Meng nieuwe en gebruikte toner niet door elkaar.
Gebruik alleen tonerafvalreservoirs die voor deze machine zijn bedoeld.
Vervang het tonerafvalreservoir niet voordat de melding waarin u wordt gevraagd dit te doen op het touch panel display
verschijnt.
OPMERKING
Complete instructies met betrekking tot het vervangen van de tonercartridge kunnen worden opgeroepen door op het
touch panel display op [Vorige] of [Volgende] te drukken.
Als het tonerafvalreservoir tijden een afdrukopdracht moet worden vervangen, worden de resterende afdrukken gemaakt
nadat het nieuwe tonerafvalreservoir is geïnstalleerd.
Het tonerafvalreservoir kan worden vervangen als de machine in gebruik is.
1
1
Trek het tonerafvalreservoir uit de machine via de rechterzijde van de machine.
1
2
1. Open de deksel van het
tonerafvalreservoir.
2. Trek het tonerafvalreservoir naar
buiten.
•
•
•
•
•
•
•
WAARSCHUWING
Verbrand gebruikte tonerafvalreservoirs niet en gooi ze niet in open vuur. Bewaar tonerafvalreservoirs
ook niet op plaatsen in de buurt van open vuur. De resterende toner kan ontbranden, hetgeen
brandwonden of brandschade kan veroorzaken.
74
Periodiek onderhoud
2
2
Dek de opening van het gebruikte tonerafvalreservoir af.
2
1
1. Verwijder het deksel van het
tonerafvalreservoir.
2. Gebruik het meegeleverde
deksel om de opening van het
tonerafvalreservoir af te sluiten.
3
3
Plaats het nieuwe tonerafvalreservoir.
1
2
1.
Plaats het nieuwe tonerafvalreservoir
zoals links is aangegeven.
2. Sluit het deksel van het
tonerafvalreservoir.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van het deksel van het tonerafvalreservoir dat uw vingers niet beklemd
raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel.
75
Periodieke reiniging
Als het origineel niet goed wordt gekopieerd, reinig dan de volgende onderdelen van de machine. Voor hoogwaardige
afdrukken raden wij aan deze onderdelen één- of tweemaal per maand te reinigen.
Glasplaat
Onderzijde van de aanvoer/het kopieerdeksel
Rollen van de aanvoer
●
●
●
WAARSCHUWING
Bij het reinigen van de machine dient u eerst de hoofdschakelaar in de UIT-stand te zetten en vervolgens
het netsnoer uit de wandcontactdoos te verwijderen. Met deze handelingen voorkomt u de kans op
brand of een elektrische schok.
Verwijder het netsnoer regelmatig uit de wandcontactdoos om het gebied rond de metalen pinnen van
de steker en de contactdoos met een droge doek te reinigen. Zorg dat al het stof en vuil is verwijderd.
Indien het netsnoer gedurende aan lange periode in een vochtige, stoge of rokerige omgeving is
aangesloten, dan kan zich stof rond de steker verzamelen dat vochtig kan worden. Dit kan aanleiding
zijn voor kortsluiting en resulteren in een brand.
•
•
BELANGRIJK
Maak de doek niet te nat, omdat dit het origineel of de machine kan beschadigen.
Gebruik voor het reinigen geen alcohol, benzine, verfverdunner of andere ontvlambare vloeistoen. U voorkomt hiermee
beschadiging van de kunststof delen.
OPMERKING
De aanvoer is een optioneel product.
Glasplaat en onderzijde van de aanvoer/het kopieerdeksel
Indien de glasplaat of de onderzijde van de aanvoer/het kopieerdeksel vies is, dan kan het origineel wellicht niet goed
worden gescand of wordt het formaat van het origineel wellicht niet goed gedetecteerd.
1
1
Reinig de glasplaat en de onderzijde van de aanvoer/het kopieerdeksel met
een doek die licht is bevochtigd met water en veeg vervolgens droog met een
zachte, droge doek.
1
2
1. Reinigen van de glasplaat
2. Reinig de onderzijde van de
aanvoer/het kopieerdeksel
•
•
76
Periodiek onderhoud
Handmatig reinigen van de aanvoer
Indien originelen die via de aanvoer zijn getransporteerd zwarte strepen vertonen of er vies uitzien, reinigt u de rollers van
de aanvoer.
Reinig de rollen van de aanvoer met een doek die licht met water is bevochtigd en veeg deze daarna droog met een
zachte, droge doek.
BELANGRIJK
Draai de rollen terwijl u ze reinigt.
1
1
Reinig de rollen van de aanvoer.
2
1
1
1. Trek aan de hendel en open het
deksel van de aanvoer.
2. Reinig de rollen (op drie plaatsen) in
de aanvoer.
2
2
Reinig de rollen in het binnendeksel.
2
1
1. Open het binnendeksel door deze
bij de nok vast te houden.
2. Reinig de rollen (op drie plaatsen) in
het binnendeksel.
77
3
3
Reinig het transparante kunststof gedeelte boven het binnendeksel.
2
2
1
1. Reinig het kunststof gedeelte.
2. Sluit het binnendeksel en daarna het
deksel van de aanvoer.
4
4
Reinig het scangedeelte van de aanvoer.
1
2
1. Open de aanvoer.
2. Reinig het scangedeelte van de
aanvoer.
5
5
Reinig de harsroller en het gedeelte eromheen.
3
2
1
1. Draai de harsroller terwijl u aan de
aanvoerknop draait.
2. Reinig het gedeelte terwijl u aan de
harsroller draait.
3. Sluit de aanvoer.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de aanvoer dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee
persoonlijk letsel.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de deksels dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee
persoonlijk letsel.
78
Periodiek onderhoud
Automatische reiniging van de aanvoer
Als uw originelen zwarte strepen vertonen of verontreinigd zijn nadat ze via de aanvoer zijn gescand, voer dan een
automatische reiniging uit van de rollen van de aanvoer.
1
1
Druk op .
2
2
Druk op [Aanpassen/Onderhoud] → [Onderhoud] → [Reinig aanvoer].
3
3
Plaats 10 blanco vellen papier in de aanvoer → druk op [Start].
Het reinigen van de aanvoer duurt ca. 15 seconden.
Gebruik normaal A4 papier (64 t/m 80 g/m
2
).
Wanneer het reinigen is voltooid, kunt u opnieuw proberen te scannen.
79
Reinigen van de binnenzijde van de machine
Als strepen op de afdrukken verschijnen of willekeurige delen op de afdrukken ontbreken, dan kan de binnenzijde van de
machine zijn verontreinigd. Reinig in zo’n situatie de binnenzijde van de machine zoals onderstaand is beschreven.
1
1
Druk op .
2
2
Druk op [Aanpassen/Onderhoud] → [Onderhoud] → [Reinig binnenzijde
machine].
3
3
Druk op [Start].
Het duurt ca. 170 seconden om de binnenkant van de hoofdeenheid te reinigen.
Wanneer het reinigen is voltooid, kunt u opnieuw proberen af te drukken.
80
Periodiek onderhoud
Verbruiksmaterialen
De volgende verbruiksmaterialen zijn bij Canon verkrijgbaar. Neem voor meer informatie contact op met uw Canon-dealer.
Wij raden aan papier en toner bij uw Canon-dealer te bestellen voordat dit opraakt.
Aanbevolen papier
Naast normaal papier A3, A4 en A5 kunt u voor deze machine ook gerecycled papier, gekleurd papier, transparanten
(het type dat voor deze machine is aanbevolen), calqueerpapier, etiketten en andere afdrukmaterialen gebruiken.
●
BELANGRIJK
Bewaar het resterende papier goed ingepakt in de oorspronkelijke verpakking om te voorkomen dat het vochtig wordt.
Sommige in de handel verkrijgbare typen papier zijn niet geschikt voor deze machine. Neem contact op met uw
Canon-dealer wanneer u papier wilt bestellen.
OPMERKING
Gebruik voor afdrukken met hoge kwaliteit door Canon aanbevolen papier.
Toner
Als op het touch panel display een melding verschijnt dat u de tonercartridge dient te vervangen, vervang de huidige
tonercartridge dan door een nieuwe.
$ZBBOUPOFS.BHFOUB
UPOFS(FMFUPOFS
;XBSUFUPOFS
•
•
●
BELANGRIJK
Bewaar tonercartridges op een koele plaats, uit de buurt van direct zonlicht. (De aanbevolen opslagcondities zijn:
temperaturen lager dan 30 °C, en luchtvochtigheid minder dan 80 %.)
[Wees voorzichtig met namaak tonercartridges]
Houd er rekening mee dat er namaak Canon tonercartridges in omloop zijn. Het gebruik van namaak tonercartridges kan leiden tot een slechte
afdrukkwaliteit of slechte machineprestaties. Canon is niet verantwoordelijk voor storingen, ongelukken of schade als gevolg van het gebruik van namaak
toner.
Voor meer informatie raadpleegt u http://www.canon.com/counterfeit.
•
•
VOORZICHTIG
Bewaar toner buiten bereik van kleine kinderen. Als toner is ingeslikt, neem dan direct contact op met
een arts.
WAARSCHUWING
Verbrand geen tonercartridges en werp ze niet in open vuur. De resterende toner in de cartridges kan
vlam vatten, hetgeen brandwonden of brand tot gevolg kan hebben.
Bewaar geen tonercartridges in de buurt van open vuur. De cartridges kunnen ontbranden, hetgeen
brandwonden of brandschade kan veroorzaken.
•
•
VOORZICHTIG
Bewaar geen papier in de buurt van open vuur. Het papier kan ontbranden, hetgeen brandwonden of
brandschade kan veroorzaken.
81
Stempelpatroon
Dit stempelpatroon wordt gebruikt om de originelen te stempelen. Gebruik het meegeleverde pincet om de
nietpatroon te verwijderen en te vervangen.
4UBNQ*OL$BSUSJEHF$
Originele verbruiksmaterialen
Canon ontwikkelt voortdurend technologische innovaties op het gebied van toners, drums en cartridges, die speciaal
zijn ontworpen voor gebruik in Canon multifunctionele machines.
Ervaar de voordelen van optimale afdrukprestaties, afdrukvolume en afdrukkwaliteit dankzij Canons geavanceerde
technologieën. Daarom adviseren wij u voor uw Canon MFP originele Canon verbruiksmaterialen te gebruiken.
Ga naar http://www.canon-europe.com/consumables/ voor meer informatie over het geheim achter de Canon
verbruiksmaterialen.
●
●
82
Periodiek onderhoud
.&.0
83
Verhelpen van papierstoringen
Als een papierstoring optreedt, verschijnt op het touch panel display het scherm dat de storingsplaats aangeeft en de
instructies bevat om het vastgelopen papier te verwijderen. Volg de instructies op het touch panel display. Het scherm
dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch panel display totdat het
vastgelopen papier volledig is verwijderd.
Scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen
aangeeft
U kunt de plaats waar het papier is vastgelopen op het touch panel display controleren. Als u op [Herstel later] drukt, kunt
u de machine blijven gebruiken voor het aangeven van instellingen en scannen van originelen, zelfs als u het vastgelopen
papier niet direct verwijdert.
BELANGRIJK
Als in de aanvoer een papierstoring optreedt, kunt u de machine niet blijven gebruiken. Volg de instructies op het touch
panel display om de papierstoring te verhelpen. (raadpleegt u “Aanvoer (Color Image Reader Unit-D1),” op pag. 65.)
Als het scherm MEAP wordt weergegeven, verschijnt er een melding op de onderste regel van het touch panel display.
Druk op → volg de procedures die op het touch panel display verschijnen om u te helpen het vastgelopen papier
te verwijderen.
Het is mogelijk dat zich in sommige aangegeven delen geen vastgelopen papier bevindt. Controleer echter alle op het
touch panel display aangegeven plaatsen in de gegeven volgorde.
OPMERKING
Indien op meerdere plaatsen papier is vastgelopen, verwijder het vastgelopen papier dan volgens de instructies die op het
touch panel display worden aangegeven.
•
•
•
VOORZICHTIG
Wanneer u het vastgelopen papier verwijdert dat in de machine is vastgelopen, wees dan voorzichtig
dat u uw handen niet snijdt aan het papier of aan de randen van de originelen. Als u het papier niet kunt
verwijderen, neem dan contact op met uw Canon-dealer.
Wanneer u het vastgelopen papier uit de machine verwijdert, wees dan voorzichtig dat er geen toner op
het vastgelopen papier in contact komt met uw handen of kleding. Als u inkt op uw handen of kleding
krijgt, spoel dan direct af met koud water. Het wassen met warm water zal de toner doen vasthechten,
waardoor het niet mogelijk is de tonervlekken te verwijderen.
Wanneer u papier verwijdert dat in de machine is vastgelopen, verwijder het dan voorzichtig om te
voorkomen dat tonerpoeder op het papier in uw ogen of mond komt. Indien er toner in uw ogen of
mond terechtkomt, was dan onmiddellijk met koud water en raadpleeg een arts.
De xeereenheid en de omliggende onderdelen worden tijdens gebruik erg heet. Bij het verwijderen
van vastgelopen papier of bij het controleren van de binnenzijde van de machine, dient u de
xeereenheid en de omliggende onderdelen niet aan te raken. Anders kan dit brandwonden of een
elektrische schok tot gevolg hebben.
Na het verwijderen van het vastgelopen papier dient u direct uw handen uit de machine te halen. Zelfs
als de machine niet wordt gebruikt, kunnen uw handen, haar of kleding in de rollen bekneld raken. Dit
kan resulteren in persoonlijk letsel en beschadiging van de machine als de machine plotseling begint
met afdrukken.
•
•
•
•
•
WAARSCHUWING
Sommige onderdelen in de machine staan onder hoge elektrische spanning. Bij het verwijderen van
vastgelopen papier of bij het controleren van de binnenzijde van de machine, dient u geen halskettingen,
armbanden of andere metalen voorwerpen te dragen die in contact kunnen komen met de onderdelen in
de machine. U voorkomt hiermee de kans op brandwonden of een elektrische schok.
Oplossen van problemen
84
Oplossen van problemen
Machine
Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch
panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
Wanneer er geen optioneel blad of nisher is aangesloten
Als de optionele Binnenste 2-weg blad-F1, Kopieerblad-J1, of Inner Finisher-C1 niet zijn aangesloten, volgt u de
onderstaande instructie voor het verwijderen van vastgelopen papier.
OPMERKING
Als er papier is geplaatst in de papiertafel, verwijder dan eerst het papier van de papiertafel.
1
1
Open de rechter boven- en onderdeur van de papierlade → controleer of er
papier is vastgelopen.
2
1
1. Open de rechter onderdeur van de
papierlade.
2. Open de rechter bovendeur van de
papierlade.
Als er papier is vastgelopen, verwijder
dit dan → sluit de deuren.
OPMERKING
Sluit voorzichtig de rechter boven- en onderdeur van de machine tot deze vastklikken.
2
2
Verwijder het vastgelopen papier in de rechter onderdeur van de machine.
1
2
1. Pak de greep vast en open de
rechter onderdeur van de machine.
2. Verwijder het vastgelopen papier
in de rechter onderdeur van de
machine.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de deksels dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee
persoonlijk letsel.
85
3
3
Verwijder het vastgelopen papier dat uitsteekt bij het eerste opvangblad.
1
2
1. Verwijder het vastgelopen papier
uit het bovenste deel van het eerste
opvangblad.
2. Verwijder het vastgelopen papier
uit het onderste deel van het eerste
opvangblad.
4
4
Verwijder al het papier dat bij de papiertafel is vastgelopen via de rechter
onderdeur van de machine.
OPMERKING
Als u het vastgelopen papier niet kunt verwijderen vanuit de onderzijde van de papiertafel, verwijder het
dan van de zijde van de papiertafel.
5
5
Verwijder vastgelopen papier in de duplexeenheid.
86
Oplossen van problemen
6
6
Sluit de rechter onderdeur van de machine.
OPMERKING
Sluit voorzichtig de rechter onderdeur tot deze vastklikt.
7
7
Volg de instructies op het touch panel display.
OPMERKING
Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch
panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de deksels dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee
persoonlijk letsel.
87
Wanneer er een optioneel blad of nisher is aangesloten
Als de optionele Binnenste 2-weg blad-F1, Kopieerblad-J1, of Inner Finisher-C1 niet zijn aangesloten, volgt u de
onderstaande instructie voor het verwijderen van vastgelopen papier.
OPMERKING
Als er papier is geplaatst in de papiertafel, verwijder dan eerst het papier van de papiertafel.
1
1
Open de rechter boven- en onderdeur van de papierlade → controleer of er
papier is vastgelopen.
2
1
1. Open de rechter onderdeur van de
papierlade.
2. Open de rechter bovendeur van de
papierlade.
Als er papier is vastgelopen, verwijder
dit dan → sluit de deuren.
OPMERKING
Sluit voorzichtig de rechter boven- en onderdeur van de machine tot deze vastklikken.
2
2
Verwijder het vastgelopen papier in de rechter onder- en bovendeur van de
machine.
1
2
3
1. Pak de greep vast en open de
rechter onderdeur van de machine.
2. Pak de groene greep vast en open
de rechter bovendeur van de
machine.
3. Verwijder het vastgelopen papier
in de rechter onderdeur van de
machine.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de deksels dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee
persoonlijk letsel.
88
Oplossen van problemen
3
3
Verwijder het vastgelopen papier dat uitsteekt bij het eerste opvangblad.
1
2
1. Verwijder papier dat bovenin de
xeereenheid is vastgelopen.
2. Als u het papier niet omhoog kunt
trekken, trek het dan van onder af
uit de machine.
4
4
Verwijder al het papier dat bij de papiertafel is vastgelopen via de rechter
onderdeur van de machine.
OPMERKING
Als u het vastgelopen papier niet kunt verwijderen vanuit de onderzijde van de papiertafel, verwijder het
dan vanaf de zijde van de papiertafel.
5
5
Verwijder al het vastgelopen papier uit het tweede uitvoerblad, de
omwisseleenheid en het derde uitvoerblad.
1
2
3
1. Verwijder het vastgelopen papier uit
het tweede opvangblad.
2. Verwijder het vastgelopen papier
terwijl u de geleider van de groene
omwisseleenheid omlaag houdt.
3. Verwijder het vastgelopen papier uit
het derde opvangblad.
89
6
6
Verwijder het vastgelopen papier uit de bovenste en/of onderste delen van de
duplex.
1
2
1. Verwijder het vastgelopen papier uit
het bovenste deel van de duplex.
2. Verwijder het vastgelopen papier uit
het onderste deel van de duplex.
7
7
Verwijder het vastgelopen papier in de duplexeenheid.
3
1
2
1. Til de duplexeenheid op.
2. Verwijder het vastgelopen papier.
3. Druk de duplexeenheid terug in de
oorspronkelijke stand.
90
Oplossen van problemen
8
8
Sluit de rechter boven- en onderdeur van de machine.
1
2
1. Sluit de rechter bovendeur van de
machine.
2. Sluit de rechter onderdeur van de
machine.
BELANGRIJK
De rechter bovendeur van de machine dient te worden gesloten voordat u de rechter onderdeur van de
machine kunt sluiten.
OPMERKING
Sluit voorzichtig de rechter boven- en onderdeur van de machine tot deze vastklikken.
9
9
Volg de instructies op het touch panel display.
OPMERKING
Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch
panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de rechter onderdeur van de machine dat uw vingers niet bekneld raken.
U voorkomt hiermee persoonlijk letsel.
91
Papierladen
Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch
panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
OPMERKING
Voor meer informatie over de procedure voor het het verwijderen van vastgelopen papier van papierlade 1, volgt u de
procedure vanaf stap 3.
1
1
Verwijder al het vastgelopen papier in de rechter bovendeur.
2
1
3
1. Pak de greep vast en open de rechter
bovendeur van de papierlade.
2. Verwijder het vastgelopen papier.
3. Sluit de rechter bovendeur van de
papierlade.
OPMERKING
Sluit voorzichtig de rechterdeur van de papierlade tot deze vastklikt.
2
2
Verwijder het vastgelopen papier in de rechter onderdeur van de machine.
2
1
3
1. Pak de greep vast en open de
rechter onderdeur van de machine.
2. Verwijder het vastgelopen papier.
3. Sluit de rechter onderdeur van de
machine.
OPMERKING
Sluit voorzichtig de rechter onderdeur tot deze vastklikt.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de rechter onderdeur van de machine dat uw vingers niet bekneld raken.
U voorkomt hiermee persoonlijk letsel.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de bovenste rechterdeur van de papierlade dat uw vingers niet bekneld
raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel.
92
Oplossen van problemen
3
3
Verwijder het papier dat in de papierlade is vastgelopen.
2
1
3
1. Druk op de knop op de papierlade
en laat deze weer los.
2. Pak de greep vast en trek de
papierlade zover mogelijk naar
buiten.
3. Verwijder het vastgelopen papier.
4
4
Schuif de papierlade voorzichtig terug in de machine totdat u een klik hoort.
5
5
Volg de instructies op het touch panel display.
OPMERKING
Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch
panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd.
Cassette module-AF1
Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch
panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
OPMERKING
De cassette module-AF1 is een optioneel product.
1
1
Open de rechter boven- en onderdeur van de papierlade.
2
1
1. Open de rechter onderdeur van de
papierlade.
2. Open de rechter bovendeur van de
papierlade.
VOORZICHTIG
Zorg bij het terugplaatsen van de papierlade dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt
hiermee persoonlijk letsel.
93
2
2
Verwijder het vastgelopen papier in de rechter onder- en bovendeur van de
papierlade.
1
2
1. Verwijder het vastgelopen papier
in de rechter onderdeur van de
papierlade.
2. Verwijder het vastgelopen papier
in de rechter bovendeur van de
papierlade.
3
3
Verwijder het vastgelopen papier in de rechter onderdeur van de machine.
2
1
3
1. Open de rechter onderdeur van de
machine.
2. Verwijder het vastgelopen papier.
3. Sluit de rechter onderdeur van de
machine.
OPMERKING
Sluit voorzichtig de rechter onderdeur tot deze vastklikt.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de deksels dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee
persoonlijk letsel.
94
Oplossen van problemen
4
4
Sluit alle deuren.
1
2
1. Sluit de rechter bovendeur van de
papierlade.
2. Sluit de rechter onderdeur van de
papierlade.
OPMERKING
Sluit voorzichtig de rechter boven- en onderdeur van de machine tot deze vastklikken.
5
5
Verwijder het papier dat in de papierlade is vastgelopen.
2
3
1
1. Druk op de knop op de papierlade
en laat deze weer los.
2. Pak de greep vast en trek de
papierlade zover mogelijk naar
buiten.
3. Verwijder het vastgelopen papier.
6
6
Schuif de papierlade voorzichtig terug in de machine totdat u een klik hoort.
7
7
Volg de instructies op het touch panel display.
OPMERKING
Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch
panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd.
VOORZICHTIG
Zorg bij het terugplaatsen van de papierlade dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt
hiermee persoonlijk letsel.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de deksels dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee
persoonlijk letsel.
95
Aanvoer (Color Image Reader Unit-D1)
Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch
panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
OPMERKING
De aanvoer is een optioneel product.
1
1
Verwijder het papier dat achter het deksel van de aanvoer is vastgelopen.
2
1
1
1. Trek aan de hendel en open het
deksel van de aanvoer.
2. Verwijder het vastgelopen papier.
2
2
Open het binnendeksel en verwijder het vastgelopen papier.
1
2
2
1. Open het binnendeksel door het bij
de nok vast te houden.
2. Draai de aanvoerknop aan de
binnenzijde van de deksel van
de aanvoer en verwijder het
vastgelopen papier.
96
Oplossen van problemen
3
3
Sluit de deksels van de aanvoer.
1
2
1. Sluit het binnendeksel.
2. Sluit het deksel van de aanvoer.
4
4
Verwijder het papier dat in de aanvoer is vastgelopen.
2
1
3
1. Til de aanvoer op.
2. Verwijder het vastgelopen papier.
3. Sluit de aanvoer.
5
5
Volg de instructies op het touch panel display.
OPMERKING
Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch
panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de aanvoer dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee
persoonlijk letsel.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de deksels van de aanvoer dat uw vingers niet bekneld raken.
U voorkomt hiermee persoonlijk letsel.
97
Inner Finisher-C1
Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch
panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
OPMERKING
De Inner Finisher-C1 is een optioneel product.
1
1
Open de deuren van de machine.
1
2
1. Pak de greep vast en open de
rechter onderdeur van de machine.
2. Pak de groene greep vast en open
de rechter bovendeur van de
machine.
2
2
Houd de binnengeleider omlaag en verwijder het vastgelopen papier.
1
2
Als er papier is vastgelopen op een
andere locatie dan de binnengeleider,
volgt u de instructies bij “Wanneer
er een optionele lade of nisher is
aangesloten” in “Hoofdeenheid” om
het vastgelopen papier te verwijderen
(zie pag. 87.)
98
Oplossen van problemen
3
3
Verwijder vastgelopen papier dat uitsteekt bij het opvangblad.
OPMERKING
Als een papierstoring optreedt terwijl u afdrukt in de Nieten mode, verwijder dan niet de uitgevoerde
vellen papier die wachten om te worden geniet. Het afdrukken en nieten zal worden hervat nadat u het
vastgelopen papier hebt verwijderd.
4
4
Sluit de rechter boven- en onderdeur van de machine.
1
2
1. Sluit de rechter bovendeur van de
machine.
2. Sluit de rechter onderdeur van de
machine.
BELANGRIJK
De rechter bovendeur van de machine dient te worden gesloten voordat u de rechter onderdeur van de
machine kunt sluiten.
OPMERKING
Sluit voorzichtig de rechter onder- en bovendeur van de machine tot deze vastklikken.
5
5
Volg de instructies op het touch panel display.
OPMERKING
Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch
panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de aanvoer dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee
persoonlijk letsel.
99
Binnenste 2-weg blad-F1
Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch
panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
OPMERKING
Het Binnenste 2-weg blad-F1 is een optioneel product.
1
1
Volg de instructies in “Wanneer er een optioneel blad of nisher is aangesloten,”
op pag. 87 om het vastgelopen papier te verwijderen.
2
2
Verwijder het vastgelopen papier dat uitsteekt bij het Binnenste 2-weg blad.
3
3
Volg de instructies op het touch panel display.
OPMERKING
Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch
panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd.
100
Oplossen van problemen
Kopieerblad-J1
Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch panel
display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
OPMERKING
Het opvangblad-C1 is een optioneel product.
1
1
Volg de instructies in “Wanneer er een optioneel blad of nisher is aangesloten,”
op pag. 87 om het vastgelopen papier te verwijderen.
2
2
Verwijder het vastgelopen papier dat uitsteekt bij het opvangblad.
3
3
Volg de instructies op het touch panel display.
OPMERKING
Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch
panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd.
101
1
1
Pak de greep vast en open de rechter onderdeur van de machine.
2
2
Verwijder de xeereenheid.
2
1
1
1. Houd de xeereenheid vast aan de
onderdelen die worden aangegeven
door de pijlen.
2. Verwijder de xeereenheid
voorzichtig.
In de xeereenheid
Indien er een melding verschijnt dat er in de xeereenheid papier is vastgelopen, volg dan de hieronder beschreven
procedure om het vastgelopen papier te verwijderen.
VOORZICHTIG
De xeereenheid en de omliggende onderdelen in de printer worden tijdens gebruik erg heet.
Zorg ervoor dat de xeereenheid volledig afkoelt voordat u het vastgelopen papier verwijdert.
Het aanraken van de xeereenheid wanneer deze nog heet is, kan brandwonden veroorzaken.
VOORZICHTIG
De xeereenheid en de omliggende onderdelen in de printer worden tijdens gebruik erg heet. Zorg
ervoor dat de xeereenheid volledig afkoelt voordat u het vastgelopen papier verwijdert. Het aanraken
van de xeereenheid wanneer deze nog heet is, kan brandwonden veroorzaken.
102
Oplossen van problemen
3
3
Verwijder het vastgelopen papier.
1. Plaats de xeereenheid op een vlak
oppervlak.
2. Open het deksel van de
xeereenheid en verwijder het
vastgelopen papier.
4
4
Installeer de xeereenheid.
1
1
2
1. Houd de xeereenheid vast aan de
onderdelen die worden aangegeven
door de pijlen.
2. Schuif de xeereenheid voorzichtig
terug op zijn plaats.
OPMERKING
Schuif de xeereenheid voorzichtig terug in de machine totdat u een klik hoort.
103
5
5
Sluit de rechter onderdeur van de machine.
OPMERKING
Sluit voorzichtig de rechter onderdeur tot deze vastklikt.
Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch
panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd.
•
•
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de deksels dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee
persoonlijk letsel.
Verwijderen van vastgelopen papier (Laatste pagina)
104
Oplossen van problemen
Verkleinen van de kans op
papierstoringen
Als regelmatig papier vastloopt, ook als er schijnbaar geen aanleiding voor is, dan kan dit de volgende oorzaken hebben.
Volg de hieronder beschreven instructies om de frequentie van papierstoringen te verminderen.
Er bevinden zich nog snippers papier in de machine.
Als u het vastgelopen papier met kracht naar buiten trekt, dan kunnen papiersnippers in de machine achterblijven en
aanleiding geven tot papierstoringen. Indien vastgelopen papier scheurt terwijl u het verwijdert, zorg dan dat u alle
achtergebleven snippers uit de machine verwijdert.
Het papier op niet juist in de papierlade geplaatst.
Zorg dat het formaatkaartje van een papierlade overeenkomt met het formaat papier dat in de lade is geplaatst.
●
●
105
Verwijderen van vastgelopen
nietjes
Indien er nietjes zijn vastgelopen, volg dan de hieronder beschreven procedure om de vastgelopen nietjes te verwijderen.
BELANGRIJK
Zorg dat alle deuren, deksels en papierladen van de machine zijn gesloten voordat u vastgelopen nietjes gaat verwijderen.
Inner Finisher-C1
Controleer de plaats waar de nietjes zijn vastgelopen, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het
touch panel display verschijnt om de vastgelopen nietjes te verwijderen.
OPMERKING
De Inner Finisher-C1 is een optioneel product.
1
1
Verwijder vastgelopen papier dat uitsteekt bij het opvangblad.
OPMERKING
Als een papierstoring optreedt terwijl u afdrukt in de Nieten mode, verwijder dan niet de uitgevoerde
vellen papier die wachten om te worden geniet. Het afdrukken en nieten zal worden hervat nadat u het
vastgelopen papier hebt verwijderd.
2
2
Trek de nietjeshouder naar buiten.
2
1
1. Open de voordeur van de nisher.
2. Trek de nietpatroonhouder aan de
groene nok naar buiten.
106
Oplossen van problemen
3
3
Verwijder de vastgelopen nietjes uit de nietpatroonhouder.
1
3
2
1. Duw de nok op de
nietpatroonhouder omlaag.
2. Verwijder alle nietjes die uit de
nietpatroonhouder glijden.
3. Plaats de nok op de
nietpatroonhouder in de
oorspronkelijke positie terug.
4
4
Plaats de nietpatroonhouder in de nisher.
2
1
1. Druk de nietpatroonhouder
voorzichtig terug in de nisher en
druk hem goed naar beneden tot hij
stevig op zijn plaats zit.
2. Sluit de voordeur van de nisher.
OPMERKING
Nadat de deur is gesloten, kan de nietmachine automatisch een “droogniet” cyclus uitvoeren om de nietjes
te herpositioneren.
VOORZICHTIG
Zorg bij het sluiten van de deksels dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee
persoonlijk letsel.
107
Als tijdens het scannen het
geheugen volraakt
Het aantal pagina’s dat kan worden opgeslagen in het geheugen van de machine is als volgt: Het geheugen dat
beschikbaar is voor beeldgegevens hangt af van het model van uw machine.
Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.
Product:
Spelregels forum
Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:
lees eerst de handleiding door;
controleer of uw vraag al eerder door iemand anders is gesteld;
probeer uw vraag zo duidelijk mogelijk te stellen;
heeft u een probleem en al geprobeerd om dit op te lossen, vermeld dit erbij aub;
heeft u een oplossing gekregen van een bezoeker dan horen wij dat graag in dit forum;
wilt u een reactie geven op een vraag of antwoord, gebruik dan niet dit formulier maar klik op de knop 'reageer op deze vraag';
uw vraag wordt direct op de website gezet; vermijd daarom persoonlijke gegevens in te vullen;
Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.
Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.
Abonneren
Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Canon C2020L bij:
nieuwe vragen en antwoorden
nieuwe handleidingen
U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.
Ontvang uw handleiding per email
Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Canon C2020L in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.
De handleiding is 63,07 mb groot.
U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.
Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email
Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.
Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.
Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken
U heeft geen emailadres opgegeven
Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.
Uw vraag is op deze pagina toegevoegd
Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.