A - 13 APPENDIX (SPECIFICATIES, LETTERTYPEN EN STREEPJESCODES)
■ Als Codabar is geselecteerd met de parameter ‘t9’ of ‘T9’:
Tekens '0' t/m '9', '-', ' . ', '$', '/', '+', ' : ‘ kunnen worden afgedrukt. Letters ‘A’ t/m ‘D’ kunnen worden
afgedrukt als een start-stop code en kunnen als kleine letters of hoofdletters worden ingevoerd. Zonder
start-stop code zullen er fouten in de gegevens sluipen. U kunt geen controlecijfer toevoegen en als u
‘?’ gebruikt, zullen er fouten in de gegevens sluipen.
■ Als Code 128 Set A, Set B of Set C is geselecteerd met de parameter 't12' of 'T12,' 't13' of 'T13,' of
't14' of 'T14'
Code 128 sets A, B en C kunnen afzonderlijk worden geselecteerd. Set A geeft tekens Hex 00 t/m 5F
aan. Set B omvat tekens Hex 20 t/m 7F. Set C bevat numerieke paren 00 t/m 99. U kunt schakelen
tussen de codesets door %A, %B, of %C te zenden. FNC 1, 2, 3 en 4 worden geproduceerd met %1,
%2, %3 en %4. Met de SHIFT-code, %S kunt u tijdelijk schakelen (voor slechts een teken) tussen set A
en set B en omgekeerd. Het teken ‘%’ kan worden gecodeerd door het tweemaal te zenden.
■ Als ISBN (EAN) is geselecteerd met de parameter ‘t130’ of ‘T130’:
Dan gelden dezelfde regels als voor ‘t5’ of ‘T5’.
■ Als ISBN (UPC-E) is geselecteerd met de parameter ‘t131’ of ‘T131’:
Dan gelden dezelfde regels als voor ‘t6’ of ‘T6’.
■ Als EAN 128 set A, set B of set C is geselecteerd met respectievelijk de parameter ‘t132’ of ‘T132’,
‘t133’ of ‘T133’, of ‘t134’ of ‘T134’
Dan gelden dezelfde regels als voor 't12' of 'T12', 't13' of 'T13', of 't14' of 'T14'.
Vakken tekenen
ESC i ... E (of e)
‘E’ of ‘e’ is een afsluitteken.
Lijnblokken tekenen
ESC i ... V (of v)
‘V’ of ‘v’ is een afsluitteken.