nl
Beluchting
De lucht aan de achterzijde van het
apparaat wordt warm. De verwarmde
lucht moet ongehinderd afgevoerd
kunnen worden. Anders moet de
koelmachine meer presteren waardoor
het energieverbruik toeneemt.
De be- en ontluchtingsopeningen mogen
dan ook nooit worden afgedekt!
Netto-inhoud
De gegevens over de netto-inhoud vindt
u op het typeplaatje in uw apparaat.
Apparaat aansluiten
Na het opstellen van het apparaat dient
men minstens
1
/
2
uur wachten voordat
u het apparaat in gebruik neemt. Tijdens
het transport kan het gebeuren dat de
olie van de compressor in het
koelsysteem terecht komt.
Voordat u het apparaat voor het eerst
in gebruik neemt de binnenkant van
het apparaat schoonmaken
(zie Schoonmaken).
5 Dooiwatergootje
6 Plaat
7 Groentelade
8 Plint met ventilatierooster
9 Voorraadrekje
10 Flessenrek
11 Deurafdichting
22 Diepvriesschakelaar (Afb E)
A Vriesruimte
B Koelruimte
Let op de omge-
vingstemperatuur
en de beluchting
De klimaatklasse staat op het
typeplaatje (Afb. !0). Hierdoor wordt
aangegeven binnen welke
omgevingstemperaturen het apparaat
gebruikt kan worden.
klimaatklasse toegestane
kamertemperatuur
SN +10 °C tot 32 °C
N +16 °C tot 32 °C
ST
T