nl Apparaat bedienen
20
ingestelde functies. Hiervoor na de start
van het programma de
kinderbeveiliging activeren.
Om te Activeren/Deactiveren ca. 5
seconden lang op Start/Pauze drukken.
Op het display verschijnt het symbool
E.
■ E is verlicht: de kinderbeveiliging is
actief.
■ E knippert: de kinderbeveiliging is
actief en er is aan de
programmakiezer gedraaid. Om
afbreken van het programma te
voorkomen, draait u de
programmakiezer terug naar het
beginprogramma. Het symbool is
weer verlicht.
Aanwijzing: De kinderbeveiliging kan
tot de volgende programmastart
geactiveerd blijven, ook na het
uitschakelen van de machine.
Dan moet u vóór het starten van het
programma de kinderbeveiliging
deactiveren en eventueel na de
programmastart weer activeren.
Wasgoed bijvullen
Na het starten van het programma kunt
u indien gewenst wasgoed bijvullen of
uitnemen.
Kies hiervoor de toets Start/Pauze.
Het indicatielampje voor Start/bijvullen
knippert en de machine controleert of
bijvullen mogelijk is.
Aanwijzing: Laat bij het bijvulllen de
vuldeur niet langere tijd open staan - er
kan water uit het wasgoed naar buiten
lopen.
Wanneer op het display:
■ de beide symbolen YES en ¼
verlicht zijn, kan er worden bijgevuld.
■ NO knippert, wacht tot YES en ¼
verlicht zijn.
Vuldeur pas openen wanneer beide
symbolen YES en ¼ verlicht zijn.
■ NO is verlicht, dan is bijvullen niet
mogelijk.
Bij een hoge waterstand, een hoge
temperatuur of een draaiende
trommel blijft de vuldeur om
veiligheidsredenen vergrendeld en
kan er geen was bij worden gedaan.
Om verder te gaan met het
programma kiest u de toets Start/
Pauze. Het programma wordt
automatisch hervat.
Programma wijzigen
Wanneer u per ongeluk een verkeerd
programma heeft gestart, kunt u dit als
volgt wijzigen:
1. Kies Start/bijvullen.
2. Een ander programma kiezen.
3. Start/bijvullen kiezen. Het nieuwe
programma begint van voren af aan.
Afbreken van het programma
Bij programma’s met hoge temperatuur:
1. Kies Start/bijvullen.
2. Wasgoed afkoelen: Spoelen kiezen.
3. Start/bijvullen kiezen.
Bij programma’s met lage temperatuur:
1. Kies Start/bijvullen.
2. Centrifugeren of Afpompen kiezen.
3. Start/bijvullen kiezen.
Programma-einde met
instelling Spoelstop
Op het het display verschijnt – – – 0 en
het indicatielampje van de toets Start/
bijvullen knippert.
Om het programma te beëindigen zet u
de programmakiezer op Centrifugeren/
Afpompen of kiest u een
centrifugetoerental. Vervolgens de toets
Start/bijvullen kiezen.