45
nl
Werken met het apparaat
Attentie!
Verwerk geen bevroren fruit of groente.
Pitten (kersen, pruimen, abrikozen,...)
verwijderen.
X Afb. G
Wormaandrijving aanbrengen in de
behuizing.
Zeefinzetstuk in de zeefhouder
plaatsen. Zeefinzetstuk tot aan de
aanslag indrukken.
Zeefhouder in de schroefring plaatsen.
Schroefring met zeefhouder met de klok
mee vastschroeven. De uitsparing in
de zeefhouder moet op de neus van
de behuizing zitten. Schroefring niet te
vast aandraaien.
Pulppijpje in de zeefhouder schroeven.
Afvoertrechter tegen de zeefhouder
plaatsen en laten vastklikken.
Het compleet gemonteerde
fruitpershulpstuk iets naar rechts hellend
op de aandrijving plaatsen.
Fruitpershulpstuk naar boven draaien tot
het vastklikt.
Schroefring op het fruitpershulpstuk
vastdraaien.
Vultrechter aanbrengen.
Een geschikte opvangbak onder de
sapafvoeropening zetten.
Kom of bord onder de opening van het
pulppijpje zetten.
Stekker in wandcontactdoos doen.
De gewenste hoeveelheid
levensmiddelen in de vultrechter doen.
Apparaat inschakelen met de aan /
uit-knop.
Levensmiddelen met de stopper
aandrukken. Niet te veel druk
uitoefenen! Het zeefinzetstuk kan
beschadigd raken.
Gebruiksaanwijzing:
Pulppijpje eerst zover losdraaien dat de
pulp (vaste bestanddelen) nog vochtig
wegstroomt.
Dan het pulppijpje langzaam sluiten tot
het sap en de pulp er in de gewenste
vorm uitkomen.
Na gebruik:
Apparaat uitschakelen met de aan /
uit-knop.
Stekker uit wandcontactdoos nemen.
Stopper uittrekken.
Vultrechter verwijderen.
Fruitpershulpstuk verwijderen. Daartoe
met ingedrukte ontgrendelingsknop
het hulpstuk naar rechts draaien en
verwijderen.
Fruitpershulpstuk demonteren.
Demontage in omgekeerde volgorde.
Alle onderdelen reinigen, zie “Reiniging
en onderhoud”.
Rasp-hulpstuk
(bij sommige modellen)
Voor het raspen en snijden van kaas, fruit,
groente, noten, amandelen, gedroogde
broodjes en broodstukken, chocolade en
andere harde levensmiddelen.
W Verwondingsgevaar!
– Hulpstuk alleen aanbrengen/verwijderen
wanneer de aandrijving stilstaat en de
stekker uit het stopcontact is getrokken.
– Niet in de scherpe messen en randen
van de rasp- en snij-inzetstukken
grijpen.
– Niet in de vulschacht grijpen. Tijdens het
bijvullen altijd de stopper gebruiken.
X Afb. H
Gewenste inzetstuk in de behuizing van
het rasphulpstuk plaatsen. Het inzetstuk
wordt automatisch vergrendeld wanneer
het apparaat wordt ingeschakeld.
Het rasphulpstuk iets naar rechts
hellend op de aandrijving plaatsen.
Rasphulpstuk naar boven draaien tot
het vastklikt.
Een kom of bord onder de
uitloopopening zetten.
Stekker in wandcontactdoos doen.
De te verwerken levensmiddelen in de
vulopening doen.
Stopper aanbrengen en vasthouden.