3 Installatie
Geschikte installatieplaats
• Installeer uw machine in een ruimte waar het
niet kan vriezen en op een stabiel en wa-
terpas oppervlak.
• Plaats de machine niet op een tapijt met
lange haren of op gelijkaardige oppervlak-
ken.
• Laat de machine werken in een goed geven-
tileerde, stofvrije omgeving.
• Blokkeer de luchtafvoer vooraan en onder-
aan de machine niet met materialen zoals
tapijten met lange haren en houten strips.
B Zorg ervoor dat de machine niet op de
stroomkabel geplaatst wordt.
B Houd minstens 1,5 cm afstand van de rand
van ander meubilair.
Installatie onder het werkblad
• Een speciaal onderdeel (Onderdeel nr.: 295
950 0100) dat de bovenste strip vervangt,
moet worden geleverd en geïnstalleerd
door een erkende servicedienst om de
machine onder een werkblad of in een
kast te installeren. De machine mag nooit
in werking worden gesteld zonder de bo-
venste strip.
• Laat minstens 3 cm ruimte tussen de zij- en
achterwanden van de machine en de
wanden van het werkblad/kast wanneer u
uw machine onder een werkblad of in een
kast plaatst.
Gebruik bovenop een wasmachine
• Er moet een bevestigingsstuk gebruikt wor-
den tussen de twee machines bij gebruik
bovenop een wasmachine. Het bevesti-
gingsonderdeel (Deel nr.. 295 560 0100)
moet worden geïnstalleerd door een er-
kend servicebedrijf.
• Plaats de machine op een goede vloer. Indien
het toestel bovenop een wasmachine
moet worden geplaatst, mag het geza-
menlijke gewicht 180 kg zijn wanneer ze
vol zijn. De vloer moet het gewicht kun-
nen dragen!
Poten afstellen
Ten einde ervoor te zorgen
dat uw machine stiller en zon-
der trillingen werkt, moet deze
waterpas en in evenwicht
op zijn poten staan. Zet de
machine in evenwicht door de
poten aan te passen.
Draai de voeten om ze aan te passen tot de
machine waterpas en stevig staat.
C Draai de verstelbare poten nooit uit hun be-
huizing.
Ventilatieslang en aansluiting
(voor producten uitgerust met een
luchtopening)
De ventilatieslang zorgt voor de afvoer van
lucht uit de machine.
Er zijn drie luchtafvoeren achteraan, en aan de
linker- en rechterachterkant van een droogau-
tomaat met ventilatie. De zijkanten zijn bedekt
met een verwijderbare plastic deksel.
Men kan ook buizen in roestvrij staal of alumi-
nium gebruiken i.p.v. de slang. De diameter
van de te gebruiken buis moet minstens 10
cm zijn.
De maximum lengte van de slang en buis wor-
den in de onderstaande tabel gegeven.
Slang Buis
Maximum lengte 8 m 10 m
1 elleboog 45° -1,0 m -0,3 m
1 elleboog 90° -1,8 m -0,6 m
1 elleboog 90° kort -2,7 m
1 muurdoorgang -2,0 m -2,0 m
C Elke elleboog en andere doorgangen moe-
ten worden afgetrokken van de maximum
lengte hierboven.
Om een ventilatieslang te bevestigen;
1. Bevestig de slangadapter (90° of platte
adapter) door deze op de luchtafvoer te
drukken aan de achterkant van de ma-
chine. Sluit de resterende 2 luchtafvoeren
af met plastic afdekkingen.
2. Sluit de luchtafvoerslang aan op het slang-
tussenstuk (90° of platte adapter) door
deze tegen de klok in te draaien.
3. Maak de slangdoorgangen zoals getoond
hieronder.
C De afvoer van vochtige lucht van de droog-
automaat in de kamer is storend. Deze
kan de wanden en de meubelen in de