Navigatie (DX units)
19
Routepreferenties
Druk in de navigatiemodus op de
MENU toets en ga met de ENTER
draaiknop de beeldschermpagina
routepreferenties binnen.
• ROUTE – Selecteer de kortste
(SHORT) of snelste (FAST)
routes, of selecteer de
dynamische (DYN) optie. Er zijn
ook opties voor het gebruik of
vermijden van snelwegen,
veerdiensten en tolwegen.
N.B.: Waar TMC verkeersberichten
beschikbaar zijn, moet voor de
routebegeleiding DYN worden
geselecteerd om u te laten
beïnvloeden door de laatste
verkeersinformatie.
Selecteer DYN niet wanneer geen
TMC signalen beschikbaar zijn.
Hierdoor zou de radio-ontvangst en
het afspelen van CD’s onmogelijk
zijn.
• TOCHTENLIJST – Om alle
details van een geselecteerde
route te zien.
• SYMBOLEN – Voor het
selecteren van alternatieve
displaysymbolen.
• TAAL – Voor het in- of
uitschakelen van de gesproken
aanwijzingen.
• LAATSTE TIEN – Selecteer of de
laatste bestemmingen in het
geheugen moeten worden
opgeslagen of niet.
• TIJD – Selecteer de
beeldschermpagina met tijden
gedurende de routebegeleiding –
geschatte aankomsttijd,
resterende tijd tot de
bestemming of huidige tijd.
• HANDM. POSITIE – Voer uw
locatie handmatig in wanneer
GPS signalen niet beschikbaar
zijn.
• NAV. SIMULAT. – Alleen voor
demonstraties.
Vergeet niet de demonstratie
functie uit te schakelen voordat u
een actuele route programmeert.