44 Gebruikssteken: knoopsgaten
Proeflapje
•
naai het knoopsgat altijd op een proeflapje met de originele stof
•
gebruik hetzelfde verstevigingsmateriaal als bij het uiteindelijke
knoopsgat (bijv. vlieseline)
•
kies hetzelfde soort knoopsgat
•
naai het knoopsgat in dezelfde richting (in de lengte of dwars)
•
snijd het knoopsgat open
•
schuif de knoop door het knoopsgat
•
corrigeer de lengte van het knoopsgat indien nodig
Correcties
Kordonbreedte veranderen:
•
steekbreedte veranderen
•
de gewijzigde steekbreedte kan met «clr/del» worden uitgewist
Steeklengte veranderen:
•
een verandering van de steeklengte heeft invloed op beide
kordons (de steken liggen dichter op of verder uit elkaar)
•
de gewijzigde steeklengte kan met «clr/del» worden uitgewist
Balans bij automatische en manuele knoopsgaten
Bij het manuele 6-fase knoopsgat en het knoopsgat met lengte-
meting heeft de balans gelijktijdig invloed op beide kordons,
omdat beide kordons in dezelfde richting worden genaaid.
Wanneer een knoopsgat dwars
t.o.v. de rand van het naaiwerk
moet worden genaaid, raden
wij aan een speciaal nivelleer-
plaatje te gebruiken.
Dit is als speciaal toebehoren
tegen meerprijs verkrijgbaar.
Het nivelleerplaatje van
achteren tussen de stof en de
naaivoetzool schuiven tot het
tegen het dikkere gedeelte van
het naaiwerk ligt, nivelleer-
plaatje naar voren schuiven.
TIP
Let op:
Zet de balans na beëindiging
van de knoopsgaten weer
terug naar de normale stand!