5
AARDINGSINSTRUCTIES
Dit apparaat moet worden geaard. In geval van
elektrische kortsluiting verkleint de aarding het risico
van elektrische schok door een ontsnappingsdraad
voor de elektrische stroom te bieden. Dit apparaat is
voorzien van een kabel met een aardingsdraad en
aardingsstekker. De stekker moet in een juist
geïnstalleerd en geaard stopcontact worden gestoken.
WAARSCHUWING : Onjuist gebruik van de
aardingsstekker kan tot elektrische schok leiden.
Raadpleeg een bekwame elektromonteur of vakman
als u de aardingsinstructies niet volledig begrijpt of als
er twijfel bestaat of het apparaat juist is geaard. Als
gebruik van een verlengkabel noodzakelijk is, gebruik
alleen een 3-dradige verlengkabel die een 3-bladige
aardingsstekker heeft en een contactdoos met 3 geulen
waar de stekker van het apparaat in past. Het
aangegeven maximumvermogen van de verlengkabel
moet gelijk zijn aan of groter dan dat van het apparaat.
BELANGRIJK
De elektrische draden hebben een kleurencode :
Geel-groen : aarding
Blauw : neutre
Bruin : fase
Aangezien de kleuren misschien niet met de kleuren
van de draden in uw stopcontact overeen komen, ga
als volgt te werk : geel-groen draad moet aangesloten
worden aan "E" / blauwe draad aan "N" / bruine draad
aan "L".
Opgelet : dit toestel moet met een aarding aangesloten
worden
INSTALLATIE
1. Ventilatie
Blokkeer de ventilatiesleuven niet. Als ze tijdens de
bediening worden geblokkeerd, kan de magnetron
oververhit raken en uiteindelijk een storing veroorzaken.
Voor een goede ventilatie laat meer dan 7,62 cm ruimte vrij
tussen de kanten en de achterzijde van de magnetron. De
minimale vrije ruimte boven het ovenoppervlak is 100mm.
2. Vaste en gelijke ondergrond
Deze magnetron moet op een vaste, gelijke ondergrond
worden geplaatst. Deze magnetronoven is niet bestemd
om ingebouwd te worden.
3. Laat ruimte aan de kanten en achterzijde vrij
Alle ventilatiesleuven moeten vrij blijven. Als alle sleuven
tijdens de bediening afgedekt raken, kan de magnetron
oververhit worden en uiteindelijk zal het een storing
veroorzaken.
4. Uit de buurt van radio en televisie
Slechte televisieontvangst en radiostoringen kunnen
optreden als de magnetron dicht bij televisie, radioantenne,
voedingskabel enz. staat. Plaats de magnetron er zo ver
mogelijk van.
5. Uit de buurt van verwarmingstoestellen en
waterkranen
Houd de magnetron uit de buurt van hete lucht, stoom of
spatten wanneer u de plaats ervoor kiest. Anders kan het
isolatiemateriaal worden aangetast en treden er storingen
op.
6. Stroomtoevoer
• Controleer uw lokale stroombron. Deze magnetronoven
werkt op een stroom van ongeveer 11.5 ampère, 230V
50Hz.
• De stroomtoevoerkabel is ongeveer 0.8 meter lang.
• De gebruikte voltage moet overeenkomen met die
aangegeven op deze magnetron. Het gebruik van hogere
voltage kan tot een brand of ander ongeval leiden
waardoor de magnetron beschadigd raakt. Het gebruik
van lagere voltage verhoogt de kooktijd. Wij stellen ons
niet verantwoordelijk voor schade die uit het gebruik van
deze oven met een andere voltage of ampèrezekering
dan de aangegeven voortvloeit.
• Indien de toevoerkabel is beschadigd moet die worden
vervangen door de producent of zijn serviestechnicus of
een gelijk bekwame vakman om een gevaar te
voorkomen.
7. Nadat u de magnetronoven hebt uitgepakt, controleer
die op beschadigingen zoals:
Een misgerichte deur, Gebroken deur, Een deuk in de
binnenruimte. Als u iets van het bovengenoemde ziet,
INSTALLEER DE OVEN NIET en breng het verkooppunt
onmiddellijk op de hoogte.
8. Neem de magnetron niet in gebruik als die kouder is
dan de kamertemperatuur.
(Dit kan in geval van levering bij koud weer voorkomen.)
Laat de magnetron de kamertemperatuur bereiken
alvorens die te bedienen.
9. VÓÓR UW EERSTE GEBRUIK
De gril wordt door een beschermlaag beschermt. Bij eerste
gebruik kan dit een onaangename reuk en enige rook
veroorzaken. Wij raden u dus aan 200 cc water te laten
koken door gebruik van de grill (10 minuten) ten einde
deze beschermlaag te verbranden alvorens u uw oven
normaal zou gebruiken.