138
HOOFDSTUK 1 - ALGEMEEN
1.1 BELANGRIJKE AANWIJZINGEN VOOR DE VEILIGHEID
Alvorens te beginnen met het gebruiken van de oven, eerst zorgvuldig deze gebruiksaanwijzingen doorlezen.
Hierdoor kunnen fouten vermeden en de beste resultaten bereikt worden.
1) Deze oven is ontworpen voor het ontdooien, verwarmen en bereiden van etenswaren binnen de huishoudelijke sfeer. De oven dient
niet voor andere doeleinden gebruikt te worden, noch dienen er veranderingen op aangebracht te worden.
2) Alvorens de oven op het net aan te sluiten, controleren dat de ovendeur perfect sluit, dat het metalen raamwerk niet vervormd is
en dat de scharnieren en haken goed vast zitten. Indien één van deze onderdelen beschadigd is, mag de magnetron niet gebruikt
worden totdat een gekwalificeerd technicus de reparatie heeft verricht.
3) Niet proberen om de oven te laten functioneren met de ovendeur open, door het beveili-
gingssysteem te ontwrichten.
4) De oven niet aanzetten indien voorwerpen van welke aard dan ook vastzitten tussen de
voorkant van de oven en de ovendeur.
De binnenkant van de ovendeur (E) altijd goed schoonhouden, door een vochtige doek te
gebruiken en niet-schurende schoonmaakmiddelen. Voorkomen dat er vuil of etensresten vast
gaan zitten tussen de voorkant van de oven en de ovendeur (fig. 1)
5) Geen zware voorwerpen op de geopende ovendeur zetten (fig. 2). De ovendeur niet forceren
bij het openen. Geen warme pannen/schalen (die net uit de oven komen) op de geopende
ovendeur zetten.
6) De oven niet aanzetten indien het elektriciteitssnoer of de stekker beschadigd zijn (gevaar voor elektrische schokken).
7) Regulering, reparatie en vervanging van het elektriciteitssnoer dienen uitsluitend door door de fabrikant opgeleid personeel uitge-
voerd te worden of rechtstreeks door de Technische Service (fig. 3). Eventuele reparaties uitgevoerd door niet vakbekwaam perso-
neel kunnen gevaar opleveren.
8) Indien er rook uit de oven komt, veroorzaakt door voedsel dat in de oven vlam gevat heeft, DE DEUR NIET OPENEN: het apparaat
onmiddellijk afzetten of de stekker uit het stopcontact halen.
9) Deze oven dient uitsluitend door volwassenen gebruikt te worden.
Laat geen kinderen in de nabijheid van de oven komen als deze aanstaat (gevaar voor ver-
brandingen).
10) Om oververhitting te voorkomen, met het daaruit voortvloeiende gevaar voor vlamvatten, is
het raadzaam de oven in de gaten te houden indien deze functioneert met voedingswaren in
hun "wegwerp" verpakking van plastic, papier of ander brandbaar materiaal, of gedurende
het verwarmen van kleine hoeveelheden voedsel.
11) Tijdens het gebruik wordt de oven warm. De elektrische weerstand die zich in de oven bevindt
niet aanraken.
12) Tijdens het opwarmen van vloeistoffen (water, koffie, melk, enz.) is het mogelijk dat door het
effect van het verlaat bereiken van het kookpunt, de inhoud onverwachts begint te koken en
overstroomt, waardoor brandwonden kunnen worden veroorzaakt. Om dit te voorkomen, is
het noodzakelijk een plastic lepeltje, dat tegen hoge temperaturen bestand is, of een glazen
staafje (fig. 4) in de vloeistof te plaatsen voordat de vloeistof verwarmd wordt.
afb. 1
afb. 2
afb. 3
afb. 4