Naar boven of naar beneden vegen: Is afhankelijk van de instelling van de rotorbesturing. Zie “De
rotorbediening van VoiceOver gebruiken” op pagina 160.
 Met twee vingers tikken: Uitspreken van het huidige onderdeel stoppen.
 Met twee vingers omhoog vegen: Alles vanaf boven in het scherm voorlezen.
 Met twee vingers omlaag vegen: Alles vanaf de huidige positie voorlezen.
 Zigzaggen met twee vingers: Twee vingers driemaal snel heen en weer bewegen (in de vorm
van een 'z' ) om een melding te laten verdwijnen of terug te gaan naar het vorige scherm.
 Driemaal tikken met twee vingers: Open de onderdeelkiezer.
 Naar boven of naar beneden vegen met drie vingers: Eén pagina tegelijk scrollen.
 Naar links of rechts vegen met drie vingers: Naar de volgende of vorige pagina gaan
(bijvoorbeeld in het beginscherm, in Aandelen of in Safari).
 Met drie vingers tikken: Spreek extra informatie uit, zoals de positie in een lijst en of er tekst is
geselecteerd.
 Met vier vingers tikken boven in het scherm: Het eerste onderdeel op de pagina selecteren.
 Met vier vingers tikken onder in het scherm: Het laatste onderdeel op de pagina selecteren.
Activeren
 Tweemaal tikken: Het geselecteerde onderdeel activeren.
 Driemaal tikken: Tweemaal tikken op een onderdeel.
 Gesplitst tikken: Een onderdeel activeren door met één vinger op het onderdeel te tikken terwijl
u met een andere vinger op het scherm tikt (in plaats van een onderdeel te selecteren en
vervolgens tweemaal te tikken).
 Een onderdeel aanraken met één vinger en op het scherm tikken met een andere vinger ('gesplitst
tikken'): Het onderdeel activeren.
 Tweemaal tikken en vasthouden (1 seconde) + standaardbeweging: Een standaardbeweging
gebruiken.
Door tweemaal te tikken en vast te houden geeft u aan dat de iPhone achtereenvolgende
bewegingen als standaardbewegingen moet interpreteren. U kunt bijvoorbeeld tweemaal
tikken en vasthouden en vervolgens, zonder uw vinger op te tillen, met uw vinger slepen om
een schakelaar te verschuiven.
 Met twee vingers tweemaal tikken: Een telefoongesprek beantwoorden of beëindigen. Afspelen
of pauzeren in Muziek, Video's, YouTube, Dictafoon of Foto's. Een foto maken in Camera. Een
opname starten of pauzeren in Camera of Dictafoon. De stopwatch starten of stopzetten.
 Met twee vingers tweemaal tikken en de vingers op het scherm houden: De elementlabeler
openen.
 Driemaal tikken met twee vingers: Open de onderdeelkiezer.
 Met drie vingers tweemaal tikken: Het geluid van VoiceOver in- of uitschakelen.
 Driemaal met drie vingers tikken: Het schermgordijn in- of uitschakelen.
De rotorbediening van VoiceOver gebruiken
De rotorbesturing is een virtuele kiesschijf waarmee u het eect van veegbewegingen van uw
vingers omhoog of omlaag kunt wijzigen wanneer VoiceOver is ingeschakeld.
160
Hoofdstuk 31 Voorzieningen voor mensen met een beperking