45
NL
LANGE PERIODE VAN INACTIVITEIT EN INDIENSTSTELLING
In geval de robot lang niet gebruikt wordt, mo-
eten enkele handelingen uitgevoerd worden
zodat de correcte werking wordt gegarande-
erd wanneer hij weer zal gebruikt worden.
1. Reinig de robot en het laadstation
zorgvuldig (raadpleeg •Reiniging van de
robot•).
2. Voer het opladen van de lithiumbatterij
minstens elke 5 maanden uit (raadpleeg
•Het opladen van de batterijen voor lange
inactiviteit•).
3. Plaats de robot op een beschermde en
droge plek, waar de omgevingstemperatuur
10-25 °C bedraagt, en die niet makkelijk
bereikbaar is voor kinderen, dieren, enz.
4. Haal de stekker van het stroomvoorzie-
ningstoestel (A) uit het stopcontact.
5. Bedek het laadstation (C) om te vermijden
dat materiaal kan inkomen (bladeren,
papier, en.) en om de contactplaten te
beschermen.
laadstation
Voordat de robot na een lange periode weer
in dienst wordt gesteld, moet het volgende
uitgevoerd worden.
1. Stop de stekker van het stroomvoorzie-
ningstoestel (A) in het stopcontact.
2. Schakel de hoofdzakelijke stroomtoevoer
weer in.
3. Plaats de robot in het laadstation.
4. Druk op de toets ON (A).
5. Voer het password in (indien gevraagd)
(raadpleeg •Invoer password•).
6. Na enkele seconden verschijnt op het display
het bericht •BEZIG MET LADEN•.
7. Nu is de robot voorzien voor het gebruik
(raadpleeg Programmeringsmodaliteit).
TOETS •ON• (A)