wijziging 1998 67
Artikel 2
Toepassing van dit reglement
1. Dit reglement is als aanvulling op de Spr van toepassing op alle door het BB, een
DB of een GL georganiseerde en/of overeenkomstig artikel 34 HR goedgekeurde
wedstrijden.
2. Een GL is bevoegd voor door dit GL georganiseerde wedstrijden andere
strafbepalingen vast te stellen voor te laat komen en/of te langzaam spelen of te
bepalen dat daarvoor geen straffen worden opgelegd.
Artikel 3
Roken
1. Tenzij op basis van het tweede, derde of vierde lid van dit artikel een andere
regeling toepassing vindt, is tijdens bridgewedstrijden het navolgende voor de
spelers van toepassing:
a) vanaf een half uur voor het vastgestelde begin van iedere zitting is het
verboden te roken in de speelzaal;
b) aan een tafel mag alleen worden gerookt indien ieder der spelers daar
uitdrukkelijk toestemming voor geeft;
c) indien een wedstrijd wordt gespeeld in de accommodatie van een GL dat
huisregels heeft vastgesteld met daarin eigen rookbeperkingen, dan gelden
deze aanvullend;
d) de WL is bevoegd het roken te verbieden gedurende door hem te bepalen
perioden en op door hem aan te wijzen plaatsen.
Het is toeschouwers in alle gevallen verboeden vanaf een half uur voor het
vastgestelde begin van iedere zitting te roken. Toeschouwers die roken en hierin
volharden na door de WL te zijn gewezen op deze overtreding, wordt de toegang
tot de speelzaal ontzegd.
2. Tijdens bridgewedstrijden, waarvoor het BB als RB optreedt, is roken verboden in
de speelzaal vanaf een half uur voor aanvang van iedere zitting. In afwijking van
het in dit lid bepaalde kan het BB wedstrijden aanwijzen ten aanzien waarvan het
eerste lid of het vierde lid van dit artikel van toepasing is.
3. De algemene vergadering van een district kan voor districtswedstrijden eigen
rookregels voor spelers vaststellen. Bij gebreke daarvan geldt het eerste lid van dit
artikel. Indien de algemene vergadering van een district van deze bevoegdheid
gebruik maakt, blijft het navolgende van toepassing:
a) indien een wedstrijd wordt gespeeld in de accommodatie van een GL dat
husregels heeft vastgesteld met daarin eigen rookbeperkingen, dan gelden
deze aanvullend;
b) de WL is bevoegd het roken te verbieden gedurende door hem te bepalen
perioden en op door hem aan te wijzen plaatsen.