37
CENTRALE
PORTIERVERGRENDE-
LING MET AFSTANDS-
BEDIENING
Het systeem bestaat uit een in de sleu-
tel ingebouwde zender (afstandsbedie-
ning) (B-fig. 11) en een ontvanger in
het plafondlampje(A-fig. 10).
Richt de zender naar de auto voor het
ver-/ontgrendelen van de sloten en druk
kort op de toets (C-fig. 11).
Elke zender is voorzien van een plaatje
waarop het unieke codenummer van de
bijbehorende zender staat.
Dit plaatje moet (bij aflevering van de
auto) in het vakje op de achterzijde van
de CODE-card worden geplakt.
START-/CONTACTSLOT
CONTACTSLOT
De sleutel kan in een van de volgende
vier standen worden gezet (fig. 12):
– STOP: motor uit, startblokkering en
stuurslot ingeschakeld, alle verbruikers
met voeding via het contactslot uitgescha-
keld behalve enkele (bijv. ontgrendeling
kofferdeksel en tankluikje), sleutel uit-
neembaar.
– MAR: contact aan. Startblokkering
uitgeschakeld en alle elektrische verbrui-
kers zijn inschakelbaar met uitzondering
van enkele om veiligheidsredenen (bijv.
ontgrendeling kofferdeksel en tankluikje).
P4Z00004
fig. 10
P4Z00005
fig. 11
P4Z00009
fig. 12