CONNECT
14
Houd tijdens het beluisteren van de
radio een voorkeuzetoets inge-
drukt, totdat u een geluidssignaal
(“biep”) hoort.
Om een nummer met twee cijfers
op te slaan, moet u eerst kor t de
toets “1” indrukken en daarna bin-
nen 2 seconden de tweede toets in-
drukken, totdat u een geluidssig-
naal (“biep”) hoort.
Stations oproepen
Selecteer de golfband (selecteer
voor de frequentiemodulatie “FM”
of “FMT”) en druk op de betreffen-
de toets.
Druk voor het oproepen van de sta-
tions van 10 tot 19, eerst op “ 1”
en daarna binnen 2 seconden kor t
op het tweede cijfer.
CD-wisselaar
U kunt de CD’ s in de CD-wisselaar
direct selecteren.
10. #/AF
Alternatieve frequentie met RDS:
Als bij ingeschakeld RDS “ AF” op
het display verschijnt, wordt auto-
matisch gezocht naar een betere
ontvangstfrequentie van het beluis-
terde programma.
Functie in-/uitschakelen
Druk ongeveer 2 seconden op de
toets #/AF (10-fig. 1), totdat u
een geluidssignaal (“biep”) hoort.
Op het display verschijnt de status
van de functie:
“REGIONAL ON ”: functie
ingeschakeld
“REGIONAL OFF”: functie
uitgeschakeld
11.
£
Overschakelen naar de telefoon-
functie, zie “Beschrijving van het
bedieningspaneel” in het hoofdstuk
“Telefoon”.
12. */MIX
Radio
Gevoeligheid selecteren voor
het automatisch zoeken naar
stations
Druk om de functie in te schakelen kor t
op de toets */MIX (12-fig. 1). Op
het display verschijnt het opschrift “ Io”
als de nor male gevoeligheid is geselec-
teerd. Er wordt alleen gezocht naar sta-
tions met een goede ontvangst.
Als “Io” niet verschijnt, is er een
hoge gevoeligheid geselecteerd en wordt
er ook naar stations gezocht met een
minder goede ontvangst.
MIX CD (willekeurige weergave
van muziekstukken op CD)
De muziekstukken op de CD worden in
willekeurige volgorde weergegeven.
De CD’s worden op nummervolgorde ge-
selecteerd.
MIX OFF
De functie MIX is uitgeschakeld.
Druk meerdere keren op de toets MIX
totdat de gewenste functie op het dis-
play verschijnt.