CD-functies5.3
● Zet om de CD-functie te kiezen de schakelaar FUNCTION (11) op CD.
● Een CD plaatsen:
- Druk op het CD-station (5) om het apparaat te openen.
- Plaats de CD met het label omhoog gericht.
- Sluit het CD-station (5).
De display toont het totale aantal nummers op de CD.
● Druk eenmaal op de toets PLAY/PAUSE (9) om het afspelen te starten.
Tijdens het afspelen zijn de volgende functies beschikbaar:
● Druk om een nummer te kiezen op de toets PREV (4) of op de toets
NEXT (7) tot het gewenste nummer is ingesteld.
● Houd om naar een speciek punt op de CD te gaan de toets PREV (4) of
de toets NEXT (7) ingedrukt tot het gewenste punt is bereikt en laat de
toets weer los.
● Druk eenmaal op de toets PLAY/PAUSE (9) om het afspelen tijdelijk te
onderbreken. Druk nogmaals op de toets om het afspelen te hervatten.
● Door op de toets STOP (8) te drukken, stopt u het afspelen.
De functie REPEAT
Deze functie is beschikbaar in de PLAY- en STOP-functies.
● Druk voor herhaling van het huidige nummer eenmaal op de toets
REPEAT (3) . De herhalingsindicator brandt.
● Als u tweemaal op de knop drukt, worden alle nummers op de CD
herhaald. De herhalingsindicator brandt.
● Door nog eenmaal op de toets te drukken, sluit u de functie REPEAT af.
De functie PROGRAM
Om gebruik te kunnen maken van de functie PROGRAM voor CD, moet het
afspelen zijn gestopt.
● Druk op de toets PROGRAM (2) voor het afspelen van een lijst van
nummers (max. 20) in een programma.
● Een CD programmeren:
- Selecteer het gewenste nummer met de toets PREV (4) of de toets NEXT (7).
- Bevestig de selectie door op de toets PROGRAM (2) te drukken. Herhaal
voor het kiezen van meer nummers de bovenstaande stappen en bevestig
iedere keuze met de toets PROGRAM (2).