4. Bedienen en testen van de rookmelder
a. Bediening en LED-status
• Wanneer uw rookmelder correct op het lichtnet is aangesloten, brandt het
groene LED-lampje. De rode LED knippert om de 30 à 40 seconden om aan
te geven dat de sensor correct functioneert. Als de rookmelder verbranding-
sproducten detecteert, wordt het alarm van 85dB geactiveerd. De rode LED
gaat snel knipperen bij de melder die rook detecteert.
(De andere ermee verbonden rookmelders gaan ook af om personen in andere
delen van het pand te waarschuwen.) Dit gaat door totdat de sensorkamer
leeg is.
Als bij optische rookmelders de rode LED om de 30 à 40 seconden knippert en
het alarm tussendoor piept, duidt dit op een niet goed werkende sen-
sorkamer.
Controleer regelmatig of de groene LED brandt; brandt deze niet, controleer
dan de verbinding tussen de rookmelder en de aardlekschakelaar.
b. Testen
• Gebruik de testknop voor het testen van de rookmelder. Gebruik geen open
vuur, kaarsen of een sigaret, aangezien dit geen rook produceert en fysieke
schade kan toebrengen aan de rookmelder.
Test alle rookmelders wekelijks: vergeet niet dat het levensreddende appa-
raten zijn, die de veiligheid van uw gezin en huis dienen. Test uw rookmelder
in ieder geval na enige weken van afwezigheid. Houd de testknop ingedrukt
totdat het alarm afgaat. Een pulserende pieptoon zal dan klinken. Alle aan de
rookmelder gekoppelde rookmelders moeten ook afgaan.
c. "Hush" knop
• Met deze knop onderdrukt u tijdelijk de gevoeligheid van het alarmcircuit
gedurende ongeveer 7 minuten.
U mag deze knop alleen gebruiken wanneer het alarm wordt geactiveerd
door een bekende situatie, bijv. kookdampen. U onderdrukt het alarm door
de hush-knop op de kap van de melder in te drukken. Als de rook niet te
dicht is, verstomt het alarm meteen en ‘piept’ het gedurende ongeveer 7
minuten om de 30 à 40 seconden.
Dit geeft aan dat het alarm tijdelijk onderdrukt is. De melder wordt na
ongeveer 7 minuten automatisch gereset, en zal weer afgaan als er nog
steeds rookdeeltjes aanwezig zijn. U kunt de hush-knop blijven gebruiken tot-
dat de lucht vrij is van datgene wat het alarm veroorzaakte.
NB: Bij dichte rook werkt de hush-knop niet en blijft het alarm continu klinken.
Pas op: Alvorens de hush-knop in te drukken, dient u de bron van de rook te
identificeren en dient u zich ervan te verzekeren dat er sprake is van een
veilige situatie.
d. Ongewenst alarm
Waarschuwing: Aanhoudend ongewenst alarm duidt op een onjuiste soort en/of
plaats van de rookmelder. Neem hierover contact op met uw installateur of
verhuurder, nadat reiniging van de melder, zoals beschreven in Hoofdstuk 6
(Onderhoud), het probleem niet heeft verholpen
3