4 WERKING EN TESTEN
W
ERKING: De rookmelder is in werking zodra hij is geactiveerd (zie hoofdstuk 3) en
het testen is afgerond. Wanneer verbrandingsproducten worden gedetecteerd, geeft
h
et apparaat een luid pulserend alarm van 85db totdat de lucht weer schoon is. Als
niet duidelijk is wat de oorzaak is van het alarm, moet ervan worden uitgegaan dat
h
et alarm het gevolg is van een daadwerkelijke brand en moet de woning
onmiddellijk worden ontruimd.
HUSH™ CONTROL: LET OP: De Hush-control- en testknop vormen één enkele knop.
De Hush™-functie heeft de mogelijkheid om tijdelijk, gedurende ongeveer 10
minuten het alarmcircuit ongevoelig te maken. Deze functie mag alleen worden
gebruikt als een duidelijk herkenbare oorzaak, zoals rook afkomstig van koken, de
rookmelder heeft geactiveerd. De rookmelder wordt ongevoelig gemaakt door op de
HUSH®-knop op het deksel van de rookmelder te drukken. De rookmelder wordt
onmiddellijk stil en het ledje knippert elke 10 seconden om aan te geven dat de
rookmelder zich in de stille Hush-modus bevindt. De rookmelder wordt na ongeveer
10 minuten automatisch gereset. De Hush™-functie kan steeds worden gebruikt
totdat de lucht weer vrij is van datgene wat het alarm heeft veroorzaakt. Het drukken
op de test/reset-knop op de rookmelder beëindigt de tijdelijk ongevoelige periode
LLEETT OOPP:: BBIIJJ DDIICCHHTTEE RROOOOKK WWOORRDDTT DDEE HHUUSSHH™™--BBEESSTTUURRIINNGGSSFFUUNNCCTTIIEE
UUIITTGGEESSCCHHAAKKEELLDD..
LLEETT OOPP:: VVOOOORRDDAATT UU DDEE HHUUSSHH™™--FFUUNNCCTTIIEE VVAANN DDEE RROOOOKKMMEELLDDEERR
GGEEBBRRUUIIKKTT,, MMOOEETT UU DDEE OOOORRZZAAAAKK VVAANN DDEE RROOOOKK OOPPSSPPOORREENN EENN EERR ZZEEKKEERR
VVAANN ZZIIJJNN DDAATT DDEE SSIITTUUAATTIIEE VVEEIILLIIGG IISS..
Knipperend ledje: deze rookmelder is uitgerust met een knipperend rood
indicatielampje met de volgende gebruiksmodi:
• Het ledje knippert iedere 60-70 seconden in de standby-modus, wat betekent dat de
rookmelder stroom krijgt.
• Het ledje knippert om de 0,5 seconden wanneer de rookmelder afgaat. Het
knipperende ledje en het pulserende alarm blijven dit doen totdat de lucht schoon is.
• Het ledje knippert om de 10 seconden wanneer de rookmelder in de Hush (stilte) -
modus staat.
• Het ledje knippert tweemaal elke 30 seconden wanneer de rookmelder binnen 30
dagen van een lage batterijspanninggaat bereiken.
• Het LED lampje zal elke 30 seconden oplichten( met een pieptoon elke 60 seconden)
als er sprake is van een lage batterijspanning(vervang uw rookmelder!).
• Als de rookmelder ouder is dan 10 jaar(einde levensduur) dan zal elke 30 seconden
het LED lampje oplichten met 2 pieptonen (vervang uw rookmelder!)
TESTEN: Test de rookmelder door de testknop op het deksel in te drukken
gedurende tenminste 1 seconden (of tot het alarm afgaat). Als het elektronische
circuit, het alarmsignaal en de batterijen werken gaat het alarm hierdoor af. Als er
geen alarm afgaat, zijn de batterijen defect of is er een andere storing. GEBRUIK GEEN
open vlam om uw rookmelder te testen, want u kunt hierdoor het alarm beschadigen
of brandbare materialen ontsteken en brand veroorzaken.
WERKING VAN ROOKDETECTIEKAMER: Deze rookmelder “tjirpt” als er een probleem
met de rookdetectiekamer gedetecteerd wordt. Het tjirpsignaal duurt ongeveer
30 seconden na het knipperen van het lampje.
OPMERKING: DE ROOKMELDER MOET WEKELIJKS GETEST WORDEN.
TEST DE ROOKMELDER WEKELIJKS OM EEN GOEDE WERKING TE VERZEKEREN. Als er
een onregelmatig, zacht of geen geluid uit uw rookmelder komt, kan dit een
aanwijzing van een defecte rookmelder.De rookmelder moet dan terug gestuurd
worden voor service.
Als er regelmatig een ongewenst alarm is (zie hoofdstuk 5) tijdens het
koken, is dit een aanwijzing dat de rookmelder mogelijk te dicht bij de bron
(bv. het fornuis) is gemonteerd. Als u echter de Hush-knop indrukt vóór
het koken, dan wordt de rookmelder gedurende ongeveer 10 minuten
ongevoeliger.