8
Elke keer dat op een van deze twee toetsen wordt gedrukt, wordt de
GEWENSTE temperatuur met 1°C aangepast.
Als op geen van de toetsen wordt gedrukt, schakelt het
temperatuurdisplay automatisch terug na een korte tijd (ong. 5 sec.) naar
het tonen van de ACTUELE temperatuur.
GEWENSTE temperatuur betekent:
De temperatuur die vereist is in de koelkast. Deze kan worden bijgesteld tot
de temperaturen die op het display worden getoond. De GEWENSTE
temperatuur wordt aangeduid met knipperende getallen.
ACTUELE temperatuur betekent:
Het temperatuurdisplay toont de temperatuur die momenteel in de koelkast
heerst. De ACTUELE temperatuur wordt getoond met continu brandende
getallen.
Temperatuurdisplay
Het temperatuurdisplay kan verschillende informatie tonen.
Tijdens de normale werking wordt de temperatuur die op dat moment
heerst in de koelkast (ACTUELE temperatuur) weergegeven.
Als de temperatuur wordt bijgesteld, knippert de temperatuur die op dat
moment is ingesteld (GEWENSTE temperatuur).
Voor het eerste gebruik
Maak voor het eerste gebruik de binnenkant van het apparaat en alle
toebehoren schoon (zie hoofdstuk: "Reiniging en onderhoud").
Opstarten en temperatuurregeling
1.Steek de stekker in het stopcontact. Als de deur van het
koelkastcompartiment wordt geopend, gaat de binnenverlichting aan.
2.Druk op de AAN-/UIT-toets. Het groene hoofdindicatielampje gaat branden.
3.Druk op de "+" (WARMER) of "-" (KOUDER) toets. Het temperatuurdisplay
schakelt om en de GEWENSTE temperatuur die momenteel is ingesteld
knippert op het temperatuurdisplay.
4.Stel de vereiste temperatuur in door op de "+" (WARMER) of "-" (KOUDER)
toetsen te drukken (zie hoofdstuk "Toetsen temperatuurinstelling"). Het
temperatuurdisplay zal direct de gewijzigde instelling tonen. Elke keer dat op
een van deze twee toetsen wordt gedrukt, wordt de GEWENSTE temperatuur
met 1°C aangepast. Instelbaar temperatuurbereik: +2°C tot +8°C.