46
Deurgreep op de tegenoverliggende
zijde monteren. Schroefgaten met
plugjes afsluiten.
Voor ingebruikname
Het interieur van het apparaat en alle accessoires schoonmaken voor
het eerste gebruik (zie Hoofdstuk “Reiniging en Onderhoud”).
Electrische aansluiting
Voor de electrische aansluiting is een
volgens de voorschriften geïnstal-
leerde beschermkontaktdoos vereist.
De kontaktdoos moet zodanig wor-
den geïnstalleerd, dat de steker altijd
uit de kontaktdoos kan worden
getrokken.
Als het toestel onder een doorlo-
pend werkblad wordt ingebouwd,
dient de kontaktdoos volgens de
voorschriften te worden geïnstal-
leerd, bij voorkeur zoals in afb. is aangegeven.
De electrische zekering dient minsten 10 Ampère te zijn. Indien het
stopcontact bij een ingebouwd apparaat niet meer toegankelijk is,
dient een maatregel in de electrische installatie er voor te zor-gen dat
het apparaat van de stroom kan worden afgesloten (bijv. zekering,
beveiligingsschakelaar, aardlekschakelaar of dergelijke met een
contactopeningsbreedte van minimaal 3 mm).
Voor ingebruikneming op het merk– en type–aanduidingsplaatje van
het apparaat controleren of de netspanning en stroomsoort overeen-
ko-men met de waarden van het lichtnet op de plaats waar het appa-
raat komt te staan.
Bijv.: AC 220 ... 240 V 50 Hz of
220 ... 240 V~ 50 Hz
(d.w.z. 220 tot 240 Volt wisselstroom, 50 Hertz)
Het typebordje bevindt zich links aan de binnenkant van het apparaat.
☞
☞
☞