Bevestig de keuze van het melderkanaal door op de toets SET
te drukken. De LED van het gekozen melderkanaal knippert of
brandt.
Om de eigenschap van het melderkanaal te veranderen, drukt
u op de toets SELECT. Een permanent brandende LED betekent
dat deze uitgang als doorlopend contact geprogrammeerd is.
Een knipperende LED betekent dat deze uitgang als
impulscontact geprogrammeerd is.
Heeft u de eigenschap van het melderkanaal ingesteld, dan
bevestigt u de keuze met de toets SET. U bevindt zich weer in
het menu voor de keuze van de melderkanalen.
Heeft u de instellingen voor de melderkanalen verricht, dan
verlaat u de programmeermodus door op de toets ESC/DEL te
drukken.
De LED voor spanning brandt/knippert en de LED voor storing
brandt. De universele module piept met korte tussenpozen.
Sluit beide sabotagecontacten van de UVM en wacht tot deze
een dubbel signaal heeft afgegeven.
Werd het kanaal als doorlopend kanaal geprogrammeerd, dan
activeert u de uitgang door indrukken van toets 4 (vierkantje)
en deactiveer deze door indrukken van toets 3 (ruitje). Hebt u
meer dan één afstandsbediening ingelezen, dan moet van elke
afstandsbediening het bevel om te deactiveren komen, zodat
de uitgang opnieuw gedeactiveerd wordt.
6.3.7 Draadloze cilinderontvanger
Functie 7 / LED 7
Als draadloze cilinderontvanger kan via de universele module een
bedrade installatie ook met de draadloze cilinder
geactiveerd/gedeactiveerd worden. De universele module werkt
hierbij als blokslot. Hierbij zijn er twee modi. In modus een sturen
telkens twee cilinders een relais. In modus twee sturen vier
cilinders een relais.
Ga bij het gebruik van de universele module als draadloze
cilinderontvanger als volgt te werk:
1. Kies als schakelaarstand voor dipschakelaar 1 ON, voor alle
andere dipschakelaars OFF. Meer aanwijzingen voor de
schakelaarstand van de dipschakelaar 8 krijgt u hierna.
In het hoofdmenu van de programmeermodus kiest u punt 7
„Functie” (LED 7 brandt).
Bevestig dit punt met de toets SET.
In het submenu van het menpunt 7 „Functie” kiest u de functie
7 met de toets SELECT. LED 7 brandt.
Bevestig dit punt met de toets SET.
LED 7 brandt weer.