xBevestig het apparaat zeker op een droge plaats in
het huis.
xZorg voor voldoende ventilatie van de installatie.
xStel de centrale niet aan temperaturen van onder
0 °C of boven 50 °C bloot.
xDe centrale werd uitsluitend voor het gebruik
binnenshuis geconstrueerd.
xDe maximale luchtvochtigheid mag niet meer dan
90 % (niet condenserend) bedragen.
xZorg ervoor dat van buiten geen metalen
voorwerpen in de installatie gestoken kunnen
worden.
xVoer alle werkzaamheden aan de installatie in
spanningsloze toestand uit.
!Opgelet!
Neem a.u.b. de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht, zodat uw apparaat altijd goed functioneert:
xDe centrale wordt via de reeds ingebouwde voeding
van elektriciteit voorzien.
xDe netvoeding wordt via een apart beveiligde leiding
met het 230 V AC huisnet verbonden.
xDe aansluitwerkzaamheden aan het huisnet vallen
onder de nationale bepalingen.
xDe noodstroomvoorziening wordt door een interne
accu gegarandeerd.
xVervang zekeringen altijd door zekeringen van
hetzelfde type, in geen geval hoger.
BELANGRIJKE INFO
Algemeen over de inbraakalarminstallatie
Door ondeskundige of slordige
installatiewerkzaamheden kunnen signalen verkeerd
geïnterpreteerd worden en kan er daardoor vals alarm
worden gegeven. De kosten voor het eventueel
uitrukken van reddingsbrigades, zoals bijv.: brandweer
of politie, moet de exploitant van de installatie betalen.
Lees daarom deze handleiding aandachtig door en let
tijdens de installatie van het systeem op de precieze
benaming van de gebruikte leidingen en componenten.
5
4. Overzicht van de installatie en het bedieningspaneel
1 -Chipsleutel leesbereik
2 - Grafisch display
Display met meerdere regels
3 -Geïntegreerde sirene
4 -Toets om te activeren
5 -Toets om te deactiveren
6 –Controletoetsen
7 - Alarmtoetsen van het
bedieningspaneel voor overval,
vuur, med. noodoproep en
bejaardennoodoproep
8 - Bedieningspaneel voor het
programmeren en bedienen van de
draadloze centrale
9 -Geïntegreerde luidspreker
10- Geïntegreerde microfoon
6
5. Grafische weergave
De grafische weergave informeert u over alle gebeurtenissen op de draadloze alarmcentrale. Hieronder krijgt u een overzicht van de verschillende weergaven op het
display en hun betekenis:
Dit teken wordt weergegeven als de
activiteitsbewaking actief is. Zorg er ook
voor om de periode van de bewaking te
definiëren. De activiteitsbewaking werkt ook
als de draadloze alarminstallatie
gedeactiveerd is.
Dit teken wordt weergegeven als een
spraakbericht voorhanden is die beluisterd
moet worden. Tegelijkertijd wordt telkens bij het
deactiveren van de draadloze alarminstallatie
een akoestische melding afgegeven. Deze
luidt: „U hebt een bericht.”
Menu
Druk op de toets onder het menu. De
draadloze alarminstallatie verzoekt u om uw
toegangscode (gebruikscode) in te voeren.
Werd de code aanvaard, dan bevindt u zich
in het gebruikersmenu. Daar kunt u alle
gebruikersfuncties uitvoeren die door de
installateur vrijgegeven werden. Houd er
eveneens rekening mee dat sommige
functies in het gebruikersmenu een
gebruikerscode met hoofdgebruikerrechten
(mastercode) vereisen.
De vier zwarte balken symboliseren
de vier individuele partities van de
draadloze alarminstallatie. Al
naargelang in welke toestand de
betreffende partitie (1-4) zich
bevindt, wordt binnen de zwarte balk
een letter weergegeven. Hierbij
staat:
U: Gedeactiveerd
I: Geactiveerd
D: Intern geactiveerd
Opmerking: Nu wordt alleen in de
partities (balken) een letter
weergegeven als minstens een
melder in deze partitie voorhanden
is.
Dit teken wijst u erop dat de
draadloze alarminstallatie een
storing heeft die onmiddellijk
verholpen moet worden. Een
overzicht van de verschillende
storingsmeldingen en hun betekenis
krijgt u in de tabel op het einde van
deze handleiding. Om de storing
weer te geven, drukt u op de toets
onder het display.
U wordt gevraagd uw geldige
gebruikerscode in te voeren.
21:00
01/05/2008
Geeft de actuele tijd en de actuele datum weer.
Teilbereiche 1-4
partities1-4
7
6. Activeren van de draadloze alarminstallatie
De draadloze alarmcentrale kan op verschillende manieren geactiveerd worden. De centrale geeft een akoestische melding af. Al naar gelang of gebieden of de
gehele centrale geactiveerd werd, luidt deze: „Een partitie wordt geactiveerd” of „De alarmcentrale wordt geactiveerd”.
6.1. Snelle activering
Let er a.u.b. op dat deze
functie ook gedeactiveerd
kan zijn, aangezien een per
ongeluk bedienen van de
centrale moet worden
voorkomen. De functie-
instelling bevindt zich in het
programmeermenu \
Systeeminstellingen \Gebr.
mogelijkheden \ Snel actief.
Voor het activeren van de
gehele draadloze
alarmcentrale drukt u
gewoon op de actief-toets
zoals weergegeven.
6.2. Gebruikerscode
Is de functie van de snelle
activering gedeactiveerd,
dan moet ook voor het
activeren van de centrale
een gebruikerscode
ingevoerd worden. Beschikt
de centrale maar over één
bereik, dan voert u gewoon
uw gebruikerscode in. Het
bereik waarvoor deze
gebruikerscode geldig is,
wordt nu geactiveerd. Is uw
gebruikerscode voor
meerdere bereiken geldig
dan krijgt u nu een keuze
van de bereiken die u kunt
activeren. Gelieve hiervoor
hoofdstuk 11 en 12
Deelbereiken activeren en
intern activeren te lezen.
6.3. Afstands-
bediening
Heeft u een
afstandsbediening, dan
kunt u door op de toets
„helemaal actief” te
drukken de gehele
draadloze alarmcentrale
activeren. De andere
toetsen van de
afstandsbediening kunnen
gebruikt worden om een
partitie te activeren of de
draadloze alarmcentrale
intern te activeren. Gelieve
hiervoor hoofdstuk 11 en
12 Deelbereiken activeren
en intern activeren te lezen.
6.4. Chip-sleutel
Met behulp van de chip-
sleutel kunt u de draadloze
alarmcentrale helemaal
activeren en deactiveren of
een partitie. De chip-sleutel
vervangt de invoer van een
gebruikerscode. Heeft de
gebruiker aan wie deze
chip-sleutel toegewezen is
de autorisatie om meerdere
partities te activeren, dan
moet u nadat u de chip-
sleutel tegen de centrale
heeft gehouden, beslissen
welk gebied u wilt
activeren. Gelieve hiervoor
hoofdstuk 11 en 12
Deelbereiken activeren en
intern activeren te lezen.
6.5. Draadloze
cilinder
Met behulp van de
draadloze cilinder kunt u
ook de centrale helemaal
activeren of ook maar een
partitie. Voor het activeren
van de draadloze
alarmcentrale drukt u eerst
op de knop op de cilinder
en doet u vervolgens de
deur dicht. Na het sluiten
van de deur wordt de
alarmcentrale geactiveerd.
FU8100
FU5150
FU5155
8
7. Tijdens de vertragingstijd
Voor zover er geen storing optreedt die het activeren belet (zone geopend), start de draadloze alarmcentrale de ingestelde uitgangsvertragingstijd. De centrale geeft
een akoestische melding af. Al naar gelang of gebieden of de gehele centrale geactiveerd werd, luidt deze:
„Een partitie wordt geactiveerd” of
„De alarmcentrale wordt geactiveerd”.
Verlaat binnen deze tijd het object.
Gedurende de vertragingstijd klinkt er een ononderbroken signaal. Dit signaal wordt ook door de infomodule (voor zover geïnstalleerd) afgegeven.
Er zijn zonetypen die bij het activeren en tijdens de uitgangsvertragingstijd geopend mogen zijn (in-/uitgang, ing. volgend). Deze moeten echter voor het verstrijken
van de vertragingstijd gesloten worden, anders wordt er een lokaal alarm afgegeven.
Bij geopende zones van het type in-/uitgang of ing. volgend klinkt er tijdens de uitgangsvertragingstijd een gepulst signaal, tot alle zones gesloten zijn.
8. Mislukte activering
Daarbij wordt er verschil gemaakt tussen twee toestanden:
a)de vertragingstijd werd niet gestart
b)de vertragingstijd werd gestart
8.1. Vertragingstijd werd niet gestart
De centrale start de vertragingstijd niet, aangezien er een storing in het
systeem optreedt.
Heeft u geprobeerd het systeem met behulp van:
xSnelle activering
xDraadloos bedieningselement
xAfstandsbediening
xDraadloze cilinder
te activeren, dan krijgt u het volgende te zien:
Gelijktijdig wordt er een akoestische melding afgegeven.
Deze luidt:
„De alarmcentrale kan niet geactiveerd worden.”
Voer een geldige gebruikerscode aan de installatie in en ga te werk zoals
hiernaast beschreven.
Heeft u geprobeerd het systeem met behulp van:
xGebruikerscode
xChip-sleutel
te activeren, dan wordt in het display de actuele fout weergegeven.
Kies het punt Overbrug allesom de zone(s) uit de bewaking te nemen. Heeft
u de fout geblokkeerd, dan wordt de vertragingstijd gestart. U krijgt een
akoestische melding:
„De alarmcentrale wordt geactiveerd met overbrugde zones.”
9
Kies met behulp van de controletoets het punt onder de weergave
Tonenom de fout weer te geven. U ziet de volgende grafische weergave:
De draadloze alarmcentrale geeft nu alle zones weer die geopend zijn of een
storing hebben. Belangrijk daarbij is de vermelding achter het zonenummer,
die direct voor de zonenaam wordt weergegeven. De weergave betekent:
A: Alarm
S:Sabotage
Sluit de zones tot in de weergave „0Fout”weergegeven wordt of blokkeer de
zones en haal deze uit de bewaking.
8.2. Bijzonderheden bij de activering van de installatie met
zones die gedwongen uitgeschakeld (geblokkeerd) worden
Om de bediening van de installatie nog eenvoudiger te maken, is het mogelijk
dat geopende zones bij de activering van de installatie automatisch
uitgeschakeld worden. Hiedoor is het mogelijk om uw object gedurende korte
tijd te verlaten zonder voordien hiervoor alle vensters en deuren te hoeven
sluiten. Uitgeschakelde zones blijven voor de volledige activeringsperiode
uitgeschakeld en veroorzaken geen alarm.
OPMERKING:
Alleen de zones die een kritieke toegang hebben, zoals bijv. huisdeur,
kelderdeur, achterdeur, enz., kunnen uitgeschakeld worden.
Het automatisch uitschakelen van zones kan op twee manieren gebeuren:
a) het automatisch uitschakelen met bevestiging
b) het automatisch uitschakelen zonder bevestiging
8.2.1. Automatisch uitschakelen (blokkeren) met bevestiging
Bij het activeren van de installatie met:
xSnelle activering
xAfstandsbediening
xDraadloos bedieningselement
xChip-sleutel
xDraadloze cilinder
ziet u de volgende weergave:
Gelijktijdig wordt er een akoestische melding afgegeven. Deze luidt:
„De alarmcentrale kan niet geactiveerd worden.”
Als u deze melding hoort, kunt u
xdoor het opnieuw indrukken van de toets „helemaal actief” op de
afstandsbediening
xof door het opnieuw invoeren van de gebruikerscode en het indrukken
van de toets „helemaal actief” aan het draadloze bedieningselement
alle momenteel geopende zones met het zoneattribuut „G” (geforceerd
inschakelen) automatisch uitschakelen en de alarminstallatie activeren.
8.2.2. Automatisch uitschakelen (blokkeren) zonder bevestiging
Bij het activeren van de installatie met:
xSnelle activering
xAfstandsbediening
xDraadloos bedieningselement
xDraadloze cilinder
worden alle momenteel geopende zones met het zoneattribuut „G”
(geforceerd inschakelen) automatisch uitgeschakeld en wordt de
alarminstallatie geactiveerd.
10
8.3. Vertragingstijd werd gestart
De alarmcentrale start de vertragingstijd, maar er wordt akoestisch geen
continu signaal afgegeven, maar een gepulst signaal. Dit wijst erop dat een of
meerdere zones nog geopend zijn.
Sluit deze zones binnen de uitgangsvertragingstijd, zodat weer een continu
signaal afgegeven wordt.
Worden deze zones niet binnen de vertragingstijd gesloten, dan wordt er na
het verstrijken van de vertragingstijd een lokaal alarm afgegeven.
Bevestig dit alarm door ofwel een geldige gebruikerscode in te voeren of met
de afstandsbediening (draadloze cilinder) een signaal voor de deactivering te
sturen.
De centrale bevestigt de alarmbevestiging met een akoestische melding.
Deze luidt:
„Let op! Er werd een alarm geactiveerd.
Reset nodig.”
Gelijktijdig wordt in de grafische weergave van de centrale de reden van het
alarm weergegeven. U ziet bijvoorbeeld de volgende grafische weergave:
Opmerking: De grafische weergave verdwijnt na 30 seconden.
Het resetten van het alarm kan alleen direct op de centrale gebeuren. Het
resetten van het alarm kan niet via afstandsbediening, draadloze cilinder of
draadloos bedieningselement worden verricht.
Is de grafische weergave al weer verdwenen, druk dan op de controletoets
onder de weergave van het uitroepteken (). U wordt gevraagd uw
gebruikerscode in te voeren. Werd de gebruikerscode ingevoerd, dan krijgt u
een akoestische melding.
Deze luidt:
„Let op! Er werd een alarm geactiveerd. Reset nodig.”
Na de geslaagde invoer van de gebruikerscode of direct na het
bevestigen van het alarm ziet u de volgende grafische weergave:
Voor het resetten van het alarm drukt u op de controletoets
onder de
weergave Resetten.
Is de oorzaak van het alarm verholpen, dan kan de centrale het resetten
uitvoeren. De centrale bevestigt het geslaagde resetten van het alarm met
een akoestische melding. Deze luidt:
„De alarmcentrale heeft het resetten uitgevoerd.”
Het uitroepteken (
) in de weergave verdwijnt.
Is de oorzaak van het alarm niet verholpen (bijv.: sabotagecontact van de
melder is nog altijd open, technische zone nog geactiveerd) dan kan de
centrale geen resetten uitvoeren. U krijgt geen akoestische bevestiging van
het resetten. Het uitroepteken (
) in de weergave verdwijnt niet. Verhelp
eerst de oorzaak vanhet alarm en voer vervolgens een reset van het alarm
uit.
Heeft u het alarm gereset en werd de reset van het alarm door de centrale
akoestisch bevestigd, dan dient het uitroepteken (
) in de weergave te
verdwijnen. Is dit niet het geval, dan treedt er een storing op. Lees daarvoor
de paragraaf 19.
Activeer de centrale opnieuw en sluit de zones binnen de vertragingstijd,
zodat het activeren ook met succes uitgevoerd kan worden.
11
9. Na succesvolle activering
Werd de centrale met succes geactiveerd, dan krijgt u na het verstrijken van de vertragingstijd een bevestiging. Deze bevestiging kan op verschillende manieren
plaatsvinden:
xBevestigingssignaal op de draadloze alarmcentrale
xBevestigingssignaal op de infomodule
xOntvangst van een SMS van de draadloze alarmcentrale
xBevestigingsweergave op de draadloze buitensirene
xActivering van een schakeluitgang op de universele module
9.1. Bevestigingstoon
installatie
Na het verstrijken van de
vertragingstijd wordt de
draadloze alarmcentrale
geactiveerd. Het activeren
wordt op de centrale met een
akoestisch signaal bevestigd.
9.2. Bevestigingstoon
infomodule
Na het verstrijken van de
vertragingstijd en een
geslaagde activering van de
centrale bevestigt de
infomodule de activering met
een akoestisch signaal.
Gelijktijdig geeft de module de
toestand „actief” via de rode
LED weer.
9.3. Sms-bericht
Na het verstrijken van de
vertragingstijd stuur de
centrale een SMS. Deze deelt
mee, wie en wanneer de
centrale geactiveerd heeft.
Het kan eventueel een tijd
duren voordat de SMS
doorgestuurd werd.
9.4. Bevestiging sirene
Na het verstrijken van de
vertragingstijd stuurt de
centrale een bericht naar de
buitensirene. Deze activeert
ca. 5 seconden lang de
flitslamp. Deze flitst ca. 3 à 5
keer als bevestiging.
9.5. Universele module
Via de universele module
kunnen alle soorten
bevestigingsweergaven
gestuurd worden.
Bijvoorbeeld een LED of het
buitenlicht of een extra
zoemer. De uitgang kan
daarbij continu, dat wil zeggen
voor de gehele
activeringsperiode of met
impulsen aangestuurd
worden.
Heeft u de bevestiging ontvangen, dan is het systeem geactiveerd en het betreden van een bewaakt gebied leidt tot een alarm. De geactiveerde gebieden worden
met een A op het display gemarkeerd.
Om het bewaakte gebied weer te kunnen betreden, moet de draadloze alarmcentrale gedeactiveerd worden. Er bestaan meerdere mogelijkheden om de centrale te
deactiveren.
Beep beep
Beep beep
FLITS
FLITS
FLITS
12
10. Deactiveren van de draadloze alarmcentrale
De draadloze alarmcentrale kan op verschillende manier gedeactiveerd worden:
xDeactivering van de gehele centrale of een partitie met behulp van de gebruikerscode(
Als de code 4 keer achter elkaar verkeerd wordt ingevoerd, wordt het
bedieningspaneel (behalve de alarmknoppen) voor 90 seconden geblokkeerd.)
xDeactivering van de gehele centrale of een partitie met behulp van de afstandsbediening
xDeactivering van de gehele centrale of een partitie met behulp van de chip-sleutel
xDeactivering van de gehele centrale of een partitie met behulp van de draadloze cilinder
Opmerking:De bediening van de draadloze alarmcentrale via het draadloze bedieningselement haalt u a.u.b. uit de overeenkomstige handleiding van het product.
10.1. Gebruikerscode
Voer uw gebruikerscode in. Is de
gebruikerscode alleen geautoriseerd
om een partitie te deactiveren, dan
wordt dit meteen gedeactiveerd. Is uw
gebruikerscode geautoriseerd om
meerdere partities te deactiveren, dan
worden alle partities weergegeven die
met deze gebruikerscode
gedeactiveerd kunnen worden. Kies
nu het gebied dat gedeactiveerd moet
worden.
10.2. Afstandsbediening
Heeft u een afstandsbediening, dan
kunt u de draadloze alarmcentrale
door op de niet-actief-toets te drukken
de gehele centrale deactiveren. Alle
gebieden worden gedeactiveerd die
de gebruiker van deze
afstandsbediening kan bedienen.
10.3. Chip-sleutel
Houd de chip-sleutel voor het
leesbereik van de alarmcentrale. Is
uw chip-sleutel geautoriseerd alleen
een partitie te deactiveren, dan wordt
dit nu gedeactiveerd. Is de chip-
sleutel geautoriseerd meerdere
partities te deactiveren, dan krijgt u na
het aflezen van de chip-sleutel een
overzicht van de verschillende
partities, die met deze gebruikerscode
gedeactiveerd kunnen worden. Kies
nu het gebied dat gedeactiveerd moet
worden.
10.4. Draadloze cilinder
Met behulp van de draadloze cilinder
kunt u makkellijk via het opensluiten
van de voordeur of het terugtrekken
van de dagschoot een signaal voor
het deactiveren naar de draadloze
alarmcentrale sturen. Alle gebieden
worden gedeactiveerd die de
gebruiker van deze afstandsbediening
kan bedienen.
Werd een draadloze alarmcentrale niet gedeactiveerd, voordat u een beveiligd gebied betreedt, bijvoorbeeld bij de bediening van de centrale via gebruikerscode of
chip-sleutel, dan start na het openen van de voordeur over het algemeen de ingangsvertragingstijd. Volg de door de bouwer beschreven weg naar de centrale en
deactiveer vervolgens de overeenkomstige gebieden. Let er op dat tijdens de ingangsvertragingstijd een akoestisch signaal door de draadloze alarmcentrale wordt
afgegeven. Dit wijst erop dat de bewaking nog geactiveerd is en u niet van de opgegeven weg mag afwijken, aangezien u anders zelf een alarm activeert.
Na het met succes deactiverenwordende gebieden die gedeactiveerd werden met een „D”in het display weergegeven. Gelijktijdig geeft de centrale een
akoestische mededeling af. Deze luidt:
„De alarmcentrale is gedeactiveerd.”
13
11. Partities activeren
Werd de alarmcentrale zo opgebouwd, dat via een centrale meerdere gebieden, zogenaamde partities bewaakt kunnen worden, die steeds individueel onafhankelijk
van elkaar werken, dan kunnen deze partities alleen afzonderlijk geactiveerd of gedeactiveerd worden. Al naar gelang welke autorisatie aande gebruiker werd
toegekend, is de gebruiker nu in staat, een of meerdere partities te activeren of deactiveren. Wordt de alarmcentrale helemaal geactiveerd, dan wordt ook elk partitie
geactiveerd. Werd aan de gebruiker maar één partitie toegewezen, dan kan hij gewoon via de invoer van zijn code dit gebied activeren. Beschikt de gebruiker over
de autorisatie voor meer partities, dan moet hij bij het activeren kiezen, welk gebied hij wil activeren. U kunt partities ook via de afstandsbediening en het aparte
draadloze bedieningselement activeren of deactiveren. De afstandsbediening heeft daarbij dezelfde autorisatie als de toegewezen gebruiker.
11.1. Op de centrale
Voer uw gebruikerscode in of houd uw chip-
sleutel voor de centrale. Bent u bevoegd, meer
dan één gebied te activeren, dan ziet u de
volgende grafische weergave:
Kies het punt Partities.
Kies een partitie die u wilt activeren.
Wijzig de instelling voor deze partitie.
De weergave naast de partitie betekent:
WeergaveBetekenis
UDeze partitie blijft gedeactiveerd.
U>DDeze partitie wordt intern
geactiveerd.
U>IDeze partitie wordt geactiveerd.
I>UDeze partitie wordt gedeactiveerd.
D>UDeze partitie (intern) wordt
geactiveerd.
IDeze partitie blijft geactiveerd.
DDeze partitie blijft intern
geactiveerd.
Om een of meerdere partities te activeren, kiest u
de instelling U>I naast de overeenkomstige
partitie.
Met Klaar bevestigt u uw invoer.
De centrale voert vervolgens de ingevoerde
acties (activeren/deactiveren) uit.
11.2. Met behulp van de
afstandsbediening
Het activeren van partities via de draadloze
afstandsbediening kan op twee manieren
plaatsvinden:
a) De afstandsbediening activeert alle deel-
gebieden waarvoor de haar toegewezen
gebruiker een autorisatie heeft.
b) De desbetreffende toetsen van de afstands-
bediening werden in het gebruikersmenu zo
geprogrammeerd dat daarmee afzonderlijke
gebieden geactiveerd kunnen worden.
Voorbeeld van de toetstoewijzing.
Zie ook systeeminstellingen.
Com
p
leet activeren
(
DG1 en DG3
)
DG1
activeren
DG3 activeren
Com
p
leet deactiveren
Werd de activering bevestigd, dan start de centrale de vertragingstijd voor het overeenkomstige deelgebied.
Gelijktijdig geeft de centrale een akoestische mededeling af. Deze luidt:
„Een partitie wordt geactiveerd.”
Activeert de gebruiker alle deelgebieden waarvoor hij de autorisatie heeft, dan luidt de melding:
„De alarmcentrale wordt geactiveerd.”
14
12. Intern activeren
Naast de mogelijkheid een of meerdere partities en zodoende eventueel meerdere objecten of delen van het bedrijf apart te beveiligen, beschikt de centrale over de
mogelijkheid van de interne activering. Vaak wordt deze manier van activeren gebruikt om bijvoorbeeld bij eigen aanwezigheid, de buitenhuid van het object te
beveiligen. Daarbij worden bepaalde melders in het binnenbereik (bewegingsmelder, e.d.) uit de bewaking genomen. Bij de interne activering gelden dezelfde
autorisaties als voor elke andere activering. Dat betekent dat alleen die gebruiker het bereik intern kan activeren, die dit ook helemaal mag activeren. Hetzelfde geldt
voor de afstandsbediening.
12.1. Op de centrale
Voer uw gebruikerscode in of houd uw chip-
sleutel voor de centrale. Bent u bevoegd, meer
dan één gebied te activeren, dan ziet u de
volgende grafische weergave:
Kies het punt Intern activeren en bevestig door
op Selecteer te drukken.
Alle gebieden van de alarmcentrale waarvoor de
gebruikerscode en autorisatie heeft, worden nu
intern geactiveerd. De centrale geeft de
akoestische melding af:
„De alarmcentrale wordt intern
geactiveerd.”
Om afzonderlijke partities apart intern te
activeren, gaat u naar het punt Partities, tot u
deze grafische weergave ziet:
Kies een partitie dat u wilt activeren.
Wijzigde instelling voor dit partitie.
De weergave naast de partitie betekent:
WeergaveBetekenis
UDeze partitie blijft gedeactiveerd.
U>DDeze partitie wordt intern
geactiveerd.
U>IDeze partitie wordt geactiveerd.
I>UDeze partitie wordt gedeactiveerd.
D>UDeze partitie (intern) wordt
geactiveerd.
IDeze partitie blijft geactiveerd.
DDeze partitie blijft intern
geactiveerd.
Om een of meerdere partities intern te activeren,
kiest u de instelling U>D naast de
overeenkomstige partitie.
Met Klaar bevestigt u uw invoer.
De centrale voert vervolgens de ingevoerde
acties (activeren/deactiveren) uit. Wordt er maar
één partitie intern geactiveerd, dan geeft de
centrale de melding af:
„Een partitie wordt intern
geactiveerd.”
12.2. Met behulp van de
afstandsbediening
Het activeren van partities of van de centrale via
de draadloze afstandsbediening kan op twee
manieren plaatsvinden:
a) De afstandsbediening activeert intern alle
partities waarvoor de haar toegewezen gebruiker
een autorisatie heeft.
b) De desbetreffende toetsen van de afstands-
bediening werden in het gebruikersmenu zo
geprogrammeerd dat daarmee afzonderlijke
gebieden individueel intern geactiveerd kunnen
worden.
Voorbeeld van de toetstoewijzing.
1)Compleet activeren
2)Compleet deactiveren
3)Systeemstatus
4)Compleet intern activeren
5)DG3 intern activeren
Zie ook systeeminstellingen.
21
4
3
1
4
2
5
15
13. Bij een alarm
De draadloze alarmcentrale beschikt over drie verschillende manieren van alarmeren. Al naar gelang de toestand van de centrale (gedeactiveerd, intern
geactiveerd, geactiveerd) of geactiveerde alarmzone (technisch alarm, inbraakalarm, brandalarm,…) volgt er ofwel een:
xlokaal/intern alarm
xextern alarm
xstil alarm
13.1. Lokale/interne alarmering
Bij een lokale/interne alarmering wordt:
xde sirene van de alarmcentrale
xde sirene van de infomodule(s)
xalleen bij lokale alarmering de
buitensirene (de akoestische alarmering
is daarbij 3 minuten lang actief, de
visuele tot aan het deactiveren van de
centrale),
xrelais van de universele modules, voor
zover geprogrammeerd
geactiveerd.
Een lokaal alarm wordt afgegeven bij:
xeen sabotagealarm in gedeactiveerde
toestand van de centrale
xeen alarm in de technische zones
xeen alarm van elke zone van de centrale
(met uitzondering van de zones met in-
/uitgangsvertraging) in geactiveerde
toestand van de centrale, voor zover
zodanig geprogrammeerd
xeen niet geslaagde activering door
overschrijding van de
uitgangsvertragingstijd
xoverschrijden van de eerste
ingangsvertragingstijd
13.2. Externe alarmering
Bij een externe alarmering wordt:
xde sirene van de alarmcentrale
xde sirene van de infomodule(s)
xde buitensirene (de akoestische
alarmering is daarbij 3 minuten lang
actief, de visuele tot aan het deactiveren
van de centrale)
xhet doorgeven van het alarm per telefoon
xrelais van de universele modules, voor
zover geprogrammeerd
geactiveerd.
Een extern alarm wordt afgegeven bij:
xeen sabotagealarm in geactiveerde
toestand van de centrale
xeen alarm van de 24-uur-zones en de
vuurzones in geactiveerde en
gedeactiveerde toestand van de centrale
xeen alarm van elke zone van de centrale
(met uitzondering van de zones met in-
/uitgangsvertraging) in geactiveerde
toestand van de centrale, voor zover
zodanig geprogrammeerd
xoverschrijden van de tweede
ingangsvertragingstijd
13.3. Stille alarmering
Bij een stille alarmering wordt:
xgeen akoestische of visuele alarmering
xuitsluitend het doorgeven van het alarm
per telefoon
xrelais van de universele modules, voor
zover geprogrammeerd
geactiveerd.
Een stil alarm wordt afgegeven bij:
xeen overvalalarm, voor zover zodanig
geprogrammeerd
xeen alarm van elke zone van de centrale
(met uitzondering van de zones met in-
/uitgangsvertraging) in geactiveerde
toestand van de centrale, voor zover
zodanig geprogrammeerd
Werd een alarmering, ongeacht welke soort, geactiveerd, blijf dan rustig. Het gaat niet altijd bij een alarm om een inbraak. Meestal heeft een alarm een andere
oorzaak. Vorm uzelf eerst een beeld van de situatie en handel vervolgens met overleg. Deactiveer de centrale, controleer de reden van het alarm en reset het alarm
vervolgens. Heeft u een alarm per telefoon ontvangen, volg dan de punten in paragraaf 15 op.
16
14. Resetten van een alarm
Heeft uw alarmcentrale een alarm geactiveerd (ongeacht of lokaal, extern of
stil), dan moet dit eerst bevestigd en vervolgens gereset worden. Voor het
bevestigen van het alarm is het voldoende om de centrale te deactiveren.
Volg daarbij de aanwijzingen in paragraaf 10 op.
Werd het alarm bevestigd, dan worden de sirenes van de centrale, van de
infomodule(s) en de buitensirene en de relais van de universele module
gedeactiveerd.
De centrale bevestigt de alarmbevestiging met een akoestische melding.
Deze luidt:
„Let op! Er werd een alarm geactiveerd.
Reset nodig.”
Gelijktijdig wordt in de grafische weergave van de centrale de reden van het
alarm weergegeven. U ziet bijvoorbeeld de volgende grafische weergave:
Opmerking: De grafische weergave verdwijnt na 30 seconden.
Een nieuwe activering van de centrale of van de partitie (ook intern) kan pas
plaatsvinden als het alarm gereset werd (Een uitzondering is de
automatische activering van de centrale).
Het resetten van het alarm kan alleen direct op de centrale gebeuren. Het
resetten van het alarm kan niet via afstandsbediening, draadloze cilinder
of draadloos bedieningselement worden verricht.
Is de grafische weergave al weer verdwenen, druk dan op de controletoets
onder de weergave van het uitroepteken (). U wordt gevraagd uw
gebruikerscode in te voeren. Werd de gebruikerscode ingevoerd, dan krijgt u
een akoestische melding. Deze luidt:
„Let op! Er werd een alarm geactiveerd. Reset nodig.”
Na de geslaagde invoer van de gebruikerscode of direct na het bevestigen
van het alarm ziet u de volgende grafische weergave:
Voor het resetten van het alarm drukt u op de controletoets
onder de
weergave Resetten.
Is de oorzaak van het alarm verholpen, dan kan de centrale het resetten
uitvoeren. De centrale bevestigt het geslaagde resetten van het alarm met
een akoestische melding. Deze luidt:
„De alarmcentrale heeft het resetten uitgevoerd.”
Het uitroepteken (
) in de weergave verdwijnt.
Is de oorzaak van het alarm niet verholpen (bijv.: sabotagecontactvan de
melder is nog altijd open, technische zone nog geactiveerd) dan kan de
centrale geen resetten uitvoeren. U krijgt geen akoestische bevestiging van
het resetten. Het uitroepteken (
) in de weergave verdwijnt niet en een
activering van de centrale isniet mogelijk. Verhelp eerst de oorzaak van het
alarm en voer vervolgens een reset van het alarm opnieuw uit.
Heeft u het alarm gereset en werd de reset van het alarm door de centrale
akoestisch bevestigd, dan dient het uitroepteken (
) in de weergave te
verdwijnen. Is dit niet het geval, dan treedt er een storing op. Lees daarvoor
de paragraaf 19.
17
15. Doorgeven van het alarm per telefoon
Naast de alarmering van de sirenes en signaalgevers, is uw draadloze
alarmcentrale in staat, een alarm ook via de telefoonverbinding (PSTN, ISDN,
GSM) door te geven. Daarbij wordt er principieel verschil gemaakt tussen
twee soorten van doorgeven van het alarm per telefoon:
xDoorgeven van een digitaal protocol naar een bewakingsdienst
xDoorgeven van een gesproken bericht naar een willekeurige telefoon
Werd er een doorschakeling naar een bewakingsdienst gerealiseerd, dan
zorgt de ontvangstcentrale van de bewakingsdienst voor het bevestigen van
het doorgeven van het alarm. Als het alarm aan een willekeurige telefoon
wordt doorgegeven, moet de opgebelde persoon het doorgeven van het alarm
bevestigen om de pogingen om opnieuw op te bellen te stoppen.
Daarbij wordt er als volgt te werk gegaan:
1.De oproep vindt op de telefoon plaats en wordt daar net als elke andere
oproep weergegeven.
2.Neem de oproep aan.
3.Beluister de gehele gesproken tekst. Daarbij wordt er verschil gemaakt
tussen oorzaken van het alarm.
4.De opgenomen spraaktekst wordt in het totaal 3 keer herhaald. Na de
derde weergave wordt de microfoon aan de draadloze alarmcentrale
geactiveerd en u kunt in de ruimte luisteren. Daarnaast beschikt u over de
volgende toonkiescommando's.
Telefoontoets
(DTMF)
Betekenis
1Omschakelen van luister- op spreekverbinding
2Omschakelen van spreek-op luisterverbinding
3Omschakelen op luisterverbinding op nieuw
meedelen van de alarmtekst
5Oproep voor het opgeroepen telefoonnummer
beëindigen
9Alle oproepen beëindigen
5.Denkt u dat u in staat bent te helpen, bevestig dan het doorgeven van het
alarm door op toets 5 of 9 op uw telefoon te drukken (DTMF-telefoons).
6.Als u niet in staat bent om te helpen, legt u gewoon neer of u drukt op de
toets 5. Hierdoor wordt de alarmoverdracht voortgezet en informeert
andere deelnemers.
16. Afstandsbediening via telefoon
De draadloze centrale kan u opbellen om een alarm te melden. Nadat u het
bericht beluisterd hebt, kunt u aan de installatie bevelen geven door de
toetsen aan het toetsenbord van uw telefoon in te drukken. De centrale
informeert u over de status van uw bevelen door het afspelen van korte tonen
in de hoorn. Als u klaar bent, legt u gewoon neer.
U kunt echter ook uw draadloze centrale oproepen als er geen
alarmoproep is om uw alarmcentrale te controleren:
1. Kies het telefoonnummer van de alarmcentrale:
U moet nu het volgende horen: „piep, piep, piep.”
2. Voer uw toegangscode in.
U moet nu het volgende horen: „piep, piep.”
U kunt al de volgende bevelen gebruiken. Om de oproep te beëindigen, legt u
neer.
Functie Toetsencombinatie
Beluisteren1
Spreken2
Tussen beluisteren en spreken
heen en weer schakelen
*
Berichten weergeven3
Oproep beëindigen5
Alle oproepen beëindigen9
Installatie deactiveren#0*0
Installatie activeren#0*1
Installatie intern activeren#0*2
Sirenes uitschakelen#1*0
Installatie resetten#1*1
Installatie bevragen#3*
Uitgang nn op AAN zetten#9*nn1
Uitgang nn op UIT zetten#9*nn0
Uitgang nn omschakelen#9*nn*
****
18
De draadloze centrale meldt de status van uw bevelen door het activeren van
verschillende tonen:
„Piep”= bevel aanvaard
„Pieppiep”= actie uitgevoerd
„Pup”= actie mislukt
„Ih oh” drie keer= alarm
„Pip pip pip pip pip”= resetten vereist
xDe „Gesproken instr.” van de alarmcentrale kunt u nu ook via de
telefoon horen.
xDe „Gesproken instr.” met betrekking tot speciale toetscombinaties
(zie ook hoofdstuk „Afstandsbediening via telefoon”) zijn als volgt:
o#0*0 = installatie deactiveren
„Het systeem is uitgeschakeld”
In het geval van een alarm, aanvullend: „Er is een
reset nodig”. (Voer nu de volgende toetscombinatie
„#1*1” in.)
o#0*1 = installatie activeren
„Het systeem schakelt in”
.
Opmerking:
De alarmcentrale wordt geactiveerd, ook als zones van
het type „Onmiddellijk” en „Onm. bij uitloop” nog open
zijn. Deze zones worden verborgen.
U heeft vergeten uw alarminstallatie thuis te activeren.
Met dit gedrag kunt u de alarminstallatie op afstand
activeren, ook als een aantal deuren binnen nog open
zijn.
Bij de besturing via de Real Time Monitor van de
Downloader treedt hetzelfde
gedrag op.
o#0*2 = installatie intern activeren
„Hetsysteem schakelt gedeeltelijk in”
.
Opmerking:
De alarminstallatie wordt geactiveerd, ook als geen
enkele zone de „Opties” „Deelschakeling –Ja” bezit
of als zones van het type „Onmiddellijk” en „Onm. bij
uitloop” nog open zijn. Al deze zones worden
verborgen.
Zie aanvullend ook de bovensaande opmerking.
o#1*0 = sirenes uitschakelen
In het geval van een alarm: „Er is een alarm
geweest”
o#1*1 = installatie resetten
In het geval van een geactiveerde installatie: „Het
systeem schakelt in”
In het geval van een gedeactiveerde installatie: „Het
systeem is uitgeschakeld”
In het geval van een intern geactiveerde installatie:
„Het systeem schakelt gedeeltelijk in”
Na een alarm (toetscombinatie #0*0 eerder ingevoerd):
„Het systeem is uitgeschakeld”
o#3* = installatie vragen
In het geval van een geactiveerde installatie: „Het
systeem schakelt in”
In het geval van een gedeactiveerde installatie: „Het
systeem is uitgeschakeld”
In het geval van een intern geactiveerde installatie:
„Het systeem schakelt gedeeltelijk in”
In het geval van een alarm: „Er is een alarm
geweest”
In het geval van een alarm voert u eerst de toetscombinatie
„#0*0” voor „Installatie deactiveren” en daarna de
toetscombinatie „#1*1” voor „Installatie resetten” in.
19
17. Bedienermenu
Het bedienermenu is grafisch zo opgebouwd, dat het bijna intuïtief bediend
kan worden. De besturing binnen het bedienermenu gebeurt daarbij via de
controletoetsen.
Met de pijltjestoetsen navigeert u daarbij binnen een menupunt al naar gelang
de richting van het pijltje op en neer. De toetsen aan de linker- en rechterkant
hebben daarbij betrekking op de weergave op het LCD-display en hebben
wisselende functies.
18. Instellingen in het bedienermenu
18.1. Eerste stappen in het bedienermenu
Vanuit het programmeermenu gaat u als volgt te werk:
Druk op de controletoets onder de weergave Menu.
Voer nu een geldige bedienercode of hoofdgebruikercode in. De
fabrieksinstelling van de hoofdgebruikercode is 1234: 1 2 3 4
De draadloze alarmcentrale wisselt naar het bedienermenu en u ziet de
volgende grafische weergave:
Met behulp van de controletoetsen kunt u nu door de menupunten in
het programmeermenu scrollen. Een overzicht van de menupunten vindt u op
de volgende pagina.
Om een menupunt uit te kiezen, drukt u op de controletoets onder de
weergave Selecteer.
Om een menupunt te verlaten, drukt u op de controletoets onder de
weergave Terug.
Om het bedienermenu te verlaten, drukt u op de controletoets onder de
weergave Terug.
20
18.2. Overzicht van de menupunten in het bedienermenu
Het bedienermenu biedt u de mogelijkheid, gebruikercodes te programmeren,
zones te blokkeren, gesproken berichten op te nemen, het geheugen uit te
lezen, besturingsfuncties te activeren, melders te testen, en nog veel meer.
Sommige functies kunnen voor de bediener door de bouwer geblokkeerd zijn.
De volgende tabel geeft een overzicht van alle mogelijke menupunten.
MenupuntInstellingen
Gesproken bericht Gesproken berichten afspelen, opnemen en wissen
Zones blokkerenZones blokkeren en uit de bewaking halen
Gebruiker Gebruikers instellen, bewerken en wissen
Geheugen lezenItems uit het geheugen uitlezen
Functies aan/uitExtra functies van deurbel, gesproken mededeling en
activiteitsbewaking activeren
TestCentrale functies en melders testen
SysteeminstellingenDatum & tijd invoeren, onderhoud op afstand
18.9.2. Activering/deactivering van de weekplanner
Ga met uw hoofdgebruikercode (af fabriek 1234) naar het gebruikersmenu en stel een weekplan op.
18.9.3. Keuze van de dag
Æ
Kies in het menu Systeem configuratie het menupunt Auto Actief/Niet-actief.
Æ
Ga naar het menuen voer uw toe
g
an
g
scodein.
Æ
Kies in de weekplanner de dag.
MaandagDinsdagWoensdag
Don
d
TijdDG1DG2DG3DG4DG1DG2DG3DG4DG1DG2DG3DG4DG1
00:0000:00
01:00
02:00
03:00A
04:00
Geactiveerd
Activering J
Deactivering
Activerin
g
N
X
Kies J voor de activering.
36
18.9.4. Auto activering
Kies de tijd voor de auto activeringen (00:00 uur).
Æ
Kies de datazin 1.
Æ
Kies geactiveerd J.Kies activeringstijd
Æ
Stel het uur in, ga met Volgende naar de minutenen bevestig met OK.
Æ
Kies het menupunt deelgebieden en wijzig de deelgebieden in J of N.
Æ
Ga terug en kies het menupunt Auto deactiveringen.
MaandagDins
d
TijdDG1DG2DG3DG4DG1DG2
00:0000:00
01:00
02:00
03:00A
04:00
05:00
06:00
07:0007:2007:20
08:00
09:00
10:00
11:00
12:00
13:00
14:00
15:00
16:00
17:00
18:0018:00
19:00I
20:0019:59
21:0020:00
22:00A
23:00
00
:
00
Record
Activerin
g
37
18.9.5. Auto deactiveringen
Kies de tijd voor de auto deactiveringen (07:20 uur).
U hebt nu een datazin met de activeringstijd 00:00 uur en de deactiveringstijd 07:20 uur voor de maandag geprogrammeerd.
Æ
Kies de datazin 1.
Æ
Kies geactiveerd J.Kies activeringstijd
Æ
Stel het uur in, ga met Volgende naar de minutenen bevestig met OK.
Æ
Kies het menu
p
unt deel
g
ebieden en wi
j
zi
g
de deel
g
ebieden in J of N.
Beëindig met Terug de programmering.
MaandagDins
d
TijdDG1DG2DG3DG4DG1DG2
00:0000:00
01:00
02:00
03:00A
04:00
05:00
06:00
07:0007:2007:20
08:00
09:00
10:00
11:00
12:00
13:00
14:00
15:00
16:00
17:00
18:0018:00
19:00I
20:0019:59
21:0020:00
22:00A
23:00
00
:
00
Datazin
Deactiverin
g
38
18.9.6. Intern, extern + activering
In dit voorbeeld wordt beschreven hoe de partitie 1 van de interne activering (buitenbeveiliging) naar de externe activering (volledig
geactiveerd) wisselt. U wilt een buitenbeveiliging vanaf 18:00 uur en vanaf20:00 uur een complete activering.
Het wisselen van interne naar externe activering kan niet zonder onderbreking < 1 minuut
(zoals in het voorbeeld: 19:59 Æ20:00 uur) gebeuren.
Zijn meldersmet de eigenschap Intern bewaakt(I) voor de partitie 1 geïnstalleerd, dan kunt u de Menupunt in
de weekplanner: Auto activeringen op Interne activering voor de partitie 1 gebruiken.
xStel zoals in het hoofdstuk Auto activeringenenAuto deactiveringen de datazin 2 op.
Geactiveerd J, activeringstijd 18:00 uur, Interne activering J en de partities 1 - -- .
Geactiveerd J, deactiveringstijd 19:59 uur en de partities 1 -- - .
xStel zoals in het hoofdstuk Auto activeringenenAuto deactiveringen de datazin 3 op.
ActiveringJ, activeringstijd 20:00 uur, interne activering N en de partities 1---.
De deactiveringstijd 07:20 uur de volgende dag dinsdag met de datazin 1.
Let erop om voor de deactivering de datazin 1 de volgende dag te gebruiken.
Het gevaar bestaat om hetoverzicht in de programmering te verliezen.
(Programmeermenu melder)
Melder in de partitie 1 met de eigenschap: I
(weekplanner)
Interne activerin
g
: Jvoor de partitie 1
Activering 18:00 uurDeactivering 19:59 uur
MaandagDins
d
TijdDG1DG2DG3DG4DG1DG2
00:0000:00
01:00
02:00
03:00A
04:00
05:00
06:00
07:0007:2007:20
08:00
09:00
10:00
11:00
12:00
13:00
14:00
15:00
16:00
17:00
18:0018:00
19:00I
20:0019:59
21:0020:00
22:00A
23:00
00
:
00
Datazin 1
Datazin 2
Maandag
Datazin 3
Activerin
g
Dinsdag
Datazin 1
Deactivering
Activering maandag 20:00 uurKies de volgende dag dinsdagDeactivering dinsdag 07:20 uur
39
18.9.7. Activeren/deactiveren van datazinnen
Wilt u een datazin (periode) deactiveren, wijzig dan in het menu AUTO ACTIVERINGEN
en AUTO DEACTIVERINGENhet menupunt Aanop N.
Datazin: begin gedeactiveerd Datazin: einde gedeactiveerd
MaandagDins
d
TijdDG1DG2DG3DG4DG1DG2
00:0000:00
01:00
02:00
03:00A
04:00
05:00
06:00
07:0007:2007:20
08:00
09:00
10:00
11:00
12:00
13:00
14:00
15:00
16:00
17:00
18:0018:00
19:00I
20:0019:59
21:0020:00
22:00A
23:00
00
:
00
Datazin 1
Datazin 2
Maandag
Datazin 3
Activering
Dinsdag
Datazin 1
Deactivering
X
40
18.10. Doorschakel
Dit menu dient voor de invoer van het doorschakeltelefoonnummer. Dit
telefoonnummer wordt gekozen als in geval van alarm een spraakoverdracht
naar een telefoon van uw keuze gewenst is. Er worden daarbij naast het
follow-me-telefoonnummer nog eens maximaal 3 andere telefoonnummers
gekozen, die echter alleen in de bouwermodus gewijzigd kunnen worden. Het
follow-me-telefoonnummer kan ook in het gebruikersmenu gewijzigd worden.
Kies het menupunt Doorschakelen.
Voer via het toetsenbord het nieuwe telefoonnummer in en bewaardit nieuwe
nummer met OK.
Om een telefoonnummer te wissen, drukt u op Wis.
18.11. Uitgangen aan/uit
Dit menu biedt de gebruiker de mogelijkheid om afzonderlijke uitgangen
handmatig te activeren of te deactiveren. Er kunnen alleen uitgangen
geactiveerd worden, die als handmatig geprogrammeerd werden.
Kies het menupunt Uitgangen aan/uit.
Kies de uitgang waarvan u de instelling wilt wijzigen.
Met „Wijzig” kunt u de gekozen uitgang activeren of deactiveren.
Met Klaar beëindigt u uw invoer.
41
18.12. Telefoonoproep
Dit menu dient ertoe, handmatig een telefoonoproep te starten en daarmee de
telefoonlijn of de gsm-verbinding te testen. De centrale gebruikt de geïnte-
greerde luidspreker en de microfoon om een spraakverbinding tot stand te
brengen.
Kies het menupunt „Telefoonoproep”.
Voer via het toetsenbord het nieuwe telefoonnummer in. Met OK kiest u het
telefoonnummer. Met „Wis” verwijdert u het telefoonnummer.
De centrale start het opbellen van het ingevoerde telefoonnummer en
brengt een spraakverbinding tot stand.
U kunt echter geen volledig 2-weg-gesprek voeren, wat afhankelijk is van de
soort leiding waarmee uw centrale
is verbonden. Bij de volgende aansluitingen geldt:
PSTN
U kunt omroepen en naar de persoon aan de andere kant van de lijn luisteren
en u kunt DTMF-tonen van de centrale zenden. U kunt deze dienst
voor de keuze van opties van een automatische telefonische
opdrachtendienst of voor de besturing van apparaten aan de andere kant van
de lijn gebruiken.
ISDN
U kunt omroepen en een volledig 2-weg-gesprek met een persoon aan de
andere kant van de lijn voeren. U kunt ook DTMF-tonen van
de centrale zenden.
GSM
U kunt omroepen en naar de persoon aan de andere kant van de lijn luisteren
en u kunt DTMF-tonen van de centrale zenden.
Deze soort verbinding werkt met een automatische telefonische
opdrachtendienst, bijv. een dienst die door vele aanbieders van mobiele
telefoniegebruikt wordt voor de registratie van SIM-kaarten en voor het
opladen van prepaid-kaarten. Wanneer u een 2-weg-gesprek probeert te
voeren, is het mogelijk dat de persoon aan de andere kant van de lijn u slecht
verstaat.
42
19. Storingsweergave
Er is een reeks storingen, die tijdens het regulaire gebruik van de centrale
kunnen optreden. Deze leiden niet direct tot een alarm of beletten het
activeren van de centrale. Storingen, van welke aard dan ook, dienen
onmiddellijk door de gebruiker verholpen of aan de bouwer gemeld te worden,
aangezien ze op een verkeerde werking wijzen. Storingen en het verhelpen
ervan worden in het gebeurtenisgeheugen genoteerd. Er treedt altijd een
storing op als u de volgende grafische weergave ziet (uitzondering na een
alarm):
Het uitroepteken (
) in de weergave wijst op de aanwezigheid van een
storing. Om de storing weer te geven, drukt u op de controletoets
onder
de weergave van het uitroepteken (
). U wordt gevraagd uw geldige
gebruikerscode in te voeren. Vervolgens wordt de storing weergegeven. U
ziet bijvoorbeeld de volgende grafische weergave:
Op de volgende pagina's staan de verschillende storingsweergaven, hun
betekenis en de mogelijke oorzaken vermeld.
Na het verhelpen van de storing bevestigt u met OK. De weergave van het
uitroepteken (
) verdwijnt.
43
19.1. Storingen, betekenis, oorzaken en voorstellen voor het verhelpen
StoringsweergaveBetekenisMogelijke oorzakenVoorstellen voor het verhelpen
Netsp. fout230 V AC netvoeding van de
centrale ontbreekt.
xDe primaire zekering van de netadapter
van de draadloze alarmcentrale is niet juist
geplaatst of defect.
xDe verbindingskabel tussen centrale en
bodemplaat is er niet goed ingestoken.
xDe primaire voeding naar de netadapter
van de bodemplaats is uitgevallen of het
netsnoer werd aan de primaire kant niet
goed aangesloten.
xDefect van de netadapter van de
bodemplaat.
xVervang de primaire zekering door een
nieuwe zekering van hetzelfde soort.
xControleer of de zekering juist geplaatst
werd.
xControleer de juiste installatie van de
centrale met de bodemplaat en steek de
verbindingskabel in de overeenkomstige
stekker van de bodemplaat.
xControleer of de zekering in haar
zekeringkast voor het netsnoer van de
centrale actief is. Is er 230 V aangesloten?
xControleer de juiste aansluiting van de
primaire leiding met de aansluitklem van
de netadapter.
xNeem contact op het installatiebedrijf.
UVM__ PSU fout230 V AC netvoeding n de
universele module ontbreekt.
xHet netsnoer van de 12 V voeding is niet
juist aangesloten.
xDe netadapter is niet van spanning
voorzien.
xDe netadapter voor de spanningsvoeding
van de universele module is defect.
xControleer de juiste installatie van het
12 VDC aansluitsnoer.
xControleer of de netadapter erin gestoken
werd en de rode LED op de netadapter
brandt.
xNeem contact op het installatiebedrijf.
Lage batterijUitgevallen batterijpanning in
de centrale.
xDe geplaatste batterijen zijn nog niet
volledig geladen.
xDeze fout moet na het plaatsen van
geladen batterijen verdwijnen.
xNa uiterlijk 4 uur zijn de batterijen zover
geladen, dat deze weergave verdwijnt.
UVM batt laagUitgevallen batterijspanning in
de universele module.
xDe geplaatste loodbatterij is nog niet
geladen.
xEr werd geen loodbatterij aangesloten.
xDeze fout moet na het plaatsen van een
geladen batterij verdwijnen.
xControler de correcte installatie van de 6 V,
1,2 Ah loodbatterij in de universele module.
44
StoringsweergaveBetekenisMogelijke oorzakenVoorstellen voor het verhelpen
Lage batt Z__Uitgevallen batterijspanning in
de zone __.
xDe batterijcapaciteit in de melder van de
zone __ is bijna op.
xVervang binnen de komende 14 dagen de
batterij in de melder.
UVM__ SUP foutUitgevallen supervisionsignaal
van de universele module.
xUniversele module bevindt zich buiten het
radiobereik van de centrale.
xRadio-element van de universele module
uitgevallen.
xControleer de radiocommunicatie met
behulp van de radiomeetbox tussen de
centrale en de universele module.
xInstalleer de universele module op een
betere installatieplaats.
xNeem contact op het installatiebedrijf.
Zone SUP foutUitgevallen supervisionssignaal
van de melder van de zone__.
xDe melder bevindt zich buiten het
radiobereik van de centrale.
xRadio-element van de melder uitgevallen.
xControleer de radiocommunicatie met
behulp van de radiomeetbox tussen de
centrale en de zender.
xInstalleer de melder op een betere
installatieplaats.
xNeem contact op het installatiebedrijf.
RF-storingRF-storing van de radioband
meer dan 30 seconden lang
binnen een minuut.
xOpzettelijke of natuurlijke storingen binnen
de radioband.
xNeem contact op het installatiebedrijf.
PSTN telefoon foutUitval van het analoge
transmissiekanaal.
xDe analoge telefoonaansluiting is niet juist
met de telefoonlijn verbonden.
xHet transmissiekanaal werd voor de
analoge lijn geprogrammeerd terwijl deze
niet wordt gebruikt.
xControleer de juiste aansluiting van de
analoge telefoonlijn.
xControleer of de analoge lijn gedurende
een lange periode bezet of losgekoppeld
werd.
xNeem contact op met het installatiebedrijf.
De programmering moet gewijzigd worden.
ISDN/GSM-foutUitval van het digitale
transmissiekanaal.
Uitval van de GSM-verbinding.
xDe ISDN-telefoonaansluiting is niet juist
met de telefoonlijn verbonden.
xDe GSM-aansluiting heeft geen verbinding
met het net.
xControleer de juiste aansluiting van de
ISDN-telefoonlijn.
xControleer of de SIM-kaart juist geplaatst is
en een tegoed aanwezig is.
xGebruik de „Comm-info”-weergave van het
gebruikersmenu om de signaalsterkte en
de toestand van de GSM-module af te
lezen. Bij een te geringe signaalsterkte kan
er geen transmissie plaatsvinden.
45
21. Zorgoproep met nieuwe werkwijze
xEr is geen alarmannulering met de zorgoproepzender binnen de beveiligingstijd van 30 seconden meer mogelijk. Vroeger werd een alarm geannuleerd door
binnen de beveiligingstijd een tweede maal op de knop te drukken.
xAnnulering van het alarm is alleen nog aan de centrale mogelijk binnen de beveiligingstijd van
30 seconden. Binnen deze tijd moet bovendien een gebruikerscode worden ingevoerd in de alarmcentrale. De onderstaande tekst verschijnt kort op het display.
In de 2e regel ziet u de eerste zorgoproep die werd geactiveerd. Als de zorgoproep aan de draadloze noodoproepzender, artikelnr. FU8390, werd geactiveerd,
verschijnt de bijbehorende gebruikersnaam op het display. Als de zorgoproep aan de toets van de alarmcentrale werd geactiveerd, verschijnt de tekst „Zorg
toets”. Verdere zorgoproepen die binnen de beveiligingstijd van 30 seconden en voor de alarmannulering werden geactiveerd, worden niet getoond.
Sociaal alarm van
Zorg toets (of „
Gebruiker xy”)
(andere Sociaal alarm
tijdens ingesch. toest.
niet weergegeven)
xAlarmtransmissie:
oGeactiveerde zorgoproepen binnen de beveiligingstijd (30s) worden „verzameld”. Na afloop van de beveiligingstijd (30s) worden dan alle doorgeleid.
Dit geschiedt op de actuele geactiveerde communicatiewijze (Alarmen, Zorgoproep, Spraak kiezer, SMS).
oNa afloop van de beveiligingstijd (30s) worden verdere geactiveerde zorgoproepen direct doorgeleid (zorgoproepalarm werd aan de centrale nog
niet bevestigd!).
21. Conformiteitsverklaring
Een conformiteitsverklaring m.b.t. de eisen van de richtlijnen werd door de directeur van ABUS-Security Center, Duitsland, opgesteld, ondertekend en is te vinden
Ik heb hezelfde probleem, na een alarmmelding afgelopen week 13 januari 2019. Lijkt er op dat KPN iets aan de internetplusbellen PSTN heeft veranderd.
Geantwoord op 13-1-2019 om 17:22
Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.
Product:
Spelregels forum
Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:
lees eerst de handleiding door;
controleer of uw vraag al eerder door iemand anders is gesteld;
probeer uw vraag zo duidelijk mogelijk te stellen;
heeft u een probleem en al geprobeerd om dit op te lossen, vermeld dit erbij aub;
heeft u een oplossing gekregen van een bezoeker dan horen wij dat graag in dit forum;
wilt u een reactie geven op een vraag of antwoord, gebruik dan niet dit formulier maar klik op de knop 'reageer op deze vraag';
uw vraag wordt direct op de website gezet; vermijd daarom persoonlijke gegevens in te vullen;
Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.
Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.
Abonneren
Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Abus Secvest 2Way bij:
nieuwe vragen en antwoorden
nieuwe handleidingen
U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.
Ontvang uw handleiding per email
Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Abus Secvest 2Way in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.
De handleiding is 4,24 mb groot.
U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.
Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email
Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.
Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.
Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken
U heeft geen emailadres opgegeven
Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.
Uw vraag is op deze pagina toegevoegd
Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.