14 ATAG
bakplaten van glanzend aluminium of staal
reflecteren de warmte en verminderen de
bruinering.
- Zet gerechten altijd in het midden van het
rooster, om een gelijkmatige bruining te garanderen.
- Plaats schalen op een bakplaat van de
juiste afmeting, om te voorkomen dat er voedsel
op de bodem van de oven wordt gemorst en ervoor
te zorgen dat de oven gemakkelijker kan worden
gereinigd.
- Plaats schalen, bakblikken of bakplaten
niet direct op de bodem van de oven, deze wordt
erg heet en er kan schade ontstaan.
Bakken:
Taart en gebak vereisen gewoonlijk een gematigde
temperatuur (150°C-200°C). Daarom is het nodig
om de oven ongeveer 10 minuten voor te
verwarmen.
Doe de ovendeur niet open voordat driekwart van
de baktijd is verstreken.
Bak kruimeldeeg in een springvorm of op een bakblik
tot tweederde van de baktijd. Vervolgens kunt u het
garneren en afbakken. De verdere baktijd hangt af
van de soort en hoeveelheid garnering of vulling.
Biscuitdeeg moet moeilijk van de lepel lopen. De
baktijd zou door te veel vloeistof onnodig langer duren.
Als er twee bakblikken met gebak tegelijkertijd in
de oven worden geschoven, dan moet er tussen
de blikken een niveau vrijgelaten worden.
Als er twee bakblikken met gebak tegelijkertijd in
de oven worden geschoven, dan moeten de blikken
na ongeveer 2/3 van de baktijd omgewisseld en
omgedraaid worden.
Braden:
Neem geen braadstukken die minder wegen dan
1 kg. Kleinere stukken kunnen tijdens het braden
uitdrogen. Donker vlees, dat van buiten goed
gebraden maar van binnen roze tot rood moet
blijven, moet bij een hogere temperatuur (200°C-
250°C) worden gebraden.
Licht vlees, gevogelte en vis hebben daarentegen