339135
7
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/13
Pagina verder
KD6140A / KD6140B
NL
1
2
4
3
O
1
2
4
3
O
88019132
Gebruiksaanwijzing en inbouwhandleiding
voor koelkasten, integreerbaar
2
1
1
2
2
4
4
3
3
5
A1
A
A2
...............
.
. .... .
.........
...........................................
...............
...........................................
...........................................
...........................................
.........
.........
.........
.........
.........
.........
................
................
................
................
................
................
.........................
.........................
.........................
1
2
3
l
kg/24h
R ... a: .. g
... - ... V .. Hz .. W
FAN
FAST-COOL
FAST-COOL
1
1
2
2
4
4
3
3
O
O
B1
B2
1
1
2
1
2
4
3
O
1
2
4
3
O
4
3
3
2
3
7
8
1
1
2
3
5
5
5
6
6
6
6
7
8
5
5
3
NL
1
1
2
2
4
4
3
3
5
A1
A
A2
...............
.
. .... .
.........
...........................................
...............
...........................................
...........................................
...........................................
.........
.........
.........
.........
.........
.........
................
................
................
................
................
................
.........................
.........................
.........................
1
2
3
l
kg/24h
R ... a: .. g
... - ... V .. Hz .. W
FAN
FAST-COOL
FAST-COOL
1
1
2
2
4
4
3
3
O
O
B1
B2
1
1
2
1
2
4
3
O
1
2
4
3
O
4
3
3
2
3
7
8
1
1
2
3
5
5
5
6
6
6
6
7
8
5
5
Het apparaat in één oogopslag
Bedienings- en controlepaneel, afb. A1
1 In/Uitschakeling en temperatuurregelaar
2 Deurschakelaar voor de binnenverlichting
3 Temperatuurdisplay*
4 Fast-Cool Aan/Uit-toets* en lampje (LED)*
5 Ventilator Aan/Uit-toets* en LED*
Stand van temperatuurregelaar
Afb. A1/1
1 = warm
4 = koud
W Adviesstand: "2,5"
Fast-Cool* 4
Fast-Cool Automatic voor maximale afkoelcapaciteit.
W Zo snel mogelijk afkoelen voor grote hoeveelheden
levensmiddelen en dranken.
- Automatische uitschakeling na ca. 6 uur.
Meer informatie in de paragraaf "Koelen".
Koelen met ventilator* 5
voor een gelijkmatige temperatuurverdeling in de koelruimte
- alle levensmiddelen zijn even koel.
W Altijd aan te bevelen:
- bij hoge kamertemperaturen (vanaf ca. 30 °C) of
- een hoge luchtvochtigheid.
Meer informatie in de paragraaf "Koelen".
Indelingsvoorbeeld
voor levensmiddelen bij normaal gebruik,
afb. A:
1 Boter, smeerbare kaas
2 Eieren
3 Flessen en conservenblikken
4 In het vriesvak*: diepvriesproducten, ijs,
ijsblokjes
5 Conservenblikken
6 Zuivelproducten, bakproducten
7 Vlees, vis en worst, kant-en-klare gerechten
8 Groente, sla, fruit
Overzicht van apparaat en uitrusting
Bedieningspaneel
Boter- en kaasvak
Ventilator*
In hoogte verstelbaar conservenblikkenvak*
Eierrekje*
Deel- en onderschuifbaar plateau*
Vriesvak* voor diepvriesproducten
Binnenverlichting
Verschuifbaar flessen- en conservenhouder*
Verplaats* draagplateaus
Ruimtebesparend speciaal flessenrooster*
Dooiwaterafvoer
Opbergvak voor hoge flessen en drank
Fruit-/groenteladen
Typeplaatje
Stelpoten voor
* afhankelijk van model en uitvoering
Koudste zone van de koelruimte, voor gevoelige
en snel bederfelijke levensmiddelen
4
Wij feliciteren u met uw nieuwe apparaat. Door uw aankoop heeft u gekozen voor alle voordelen van de
modernste koeltechniek die u een hoogwaardige kwaliteit, een lange levensduur en een optimale bedrijfs-
zekerheid garandeert.
De uitvoering van uw apparaat laat u dagelijks van het hoogste bedieningsgemak profiteren.
Met dit apparaat, gefabriceerd d.m.v. milieuvriendelijke procédés met gebruikmaking van recyclebare mate-
rialen, leveren u en wij gezamenlijk een actieve bijdrage aan het behoud van ons milieu.
Om alle voordelen van uw nieuwe apparaat te leren kennen, leest u a.u.b. de aanwijzingen in deze ge-
bruiksaanwijzing aandachtig door.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
Inhoud
Gebruiksaanwijzing Pag.
Het apparaat in één oogopslag ......................... 2-3
Algemene bepalingen .......................................... 4
1 Veiligheidsinstructies en waarschuwingen ............ 5
Aansluiten ............................................................ 5
2 Ingebruikneming ................................................... 6
Apparaat in- en uitschakelen ................................ 6
Temperatuur instellen ........................................... 6
Het temperatuurdisplay ........................................ 6
3 Koelen .................................................................. 6
Koelen bij normaal gebruik ................................... 6
Fast-Cool .............................................................. 6
Koelen met ventilator ............................................ 6
4 Interieur ................................................................ 7
Interieur aanpassen .............................................. 7
Binnenverlichting .................................................. 7
5 Vriesvak ................................................................ 7
Invriezen van verse levensmiddelen ..................... 7
Aanwijzingen voor het bewaren ............................ 7
IJsblokjes maken .................................................. 7
6 Ontdooien, reinigen, energiebesparing ................ 8
7 Storingen .............................................................. 9
Technische dienst en typeplaatje .......................... 9
Inbouwhandleiding
Draairichting deur veranderen ....................... 10-13
Draairichting vakdeur veranderen .................. 10-13
Inbouwaanwijzingen ...................................... 10-13
Bevestiging en montage ................................ 10-13
Algemene bepalingen
- Het apparaat is voor het koelen en vriezen* van
levensmiddelen bestemd. Het is voor huishoude-
lijk gebruik ontworpen.
- Het apparaat is afhankelijk van de klimaatklasse
voor gebruik bij begrensde omgevingstempe-
raturen ontworpen. Deze temperaturen moeten
worden aangehouden! De voor uw apparaat van
toepassing zijnde klimaatklasse is op het type-
plaatje gedrukt. Hierbij betekent:
Klimaatklasse Ontworpen voor
omge
vingstemperaturen van
SN +10 °C tot +32 °C
N +16 °C tot +32 °C
ST +18 °C tot +38 °C
T
+18 °C tot +43 °C
- Het koelmiddelcircuit is op lekkages gecontro-
leerd.
- Het apparaat voldoet in de inbouwstaat aan de
van toepassing zijnde veiligheidsbepalingen even-
als de EG-richtlijnen 73/23/EEG en
89/336/EEG.
§
5
NL
1 Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Aanwijzing m.b.t. afdanken
De verpakking als transportbescherming van het
apparaat en afzonderlijke onderdelen is van recycle-
bare materialen gefabriceerd.
- Golfkarton/karton
- Voorgevormde delen van PS (geschuimd, cfk-vrij
polystyreen)
- Folies en plastic zakken van PE (polyetheen)
- Spanbanden van PP (polypropeen)
W Verpakkingsmateriaal is geen speelgoed voor
kinderen - verstikkingsgevaar door folies!
W Breng a.u.b. het verpakkingsmateriaal naar het
dichtstbijzijnde officiële inzamelpunt zodat de ver-
schillende materialen hergebruikt resp. verwerkt
kunnen worden.
Het afgedankte apparaat
bevat nog waardevolle materialen en moet
gescheiden van het ongesorteerde afval worden
afgevoerd.
W Afgedankte apparaten onmiddellijk onbruikbaar
maken, stekker uit het stopcontact trekken en
aansluitkabel doorknippen.
Verwijder een evt. snap- of grendelslot, zodat
spelende kinderen zich niet zelf kunnen
opsluiten - ze stikken.
W Let erop dat het koelmiddelcircuit van het
afgedankte apparaat voor afhaling of afgifte bij
de door de gemeenten ingerichte depots niet
beschadigd wordt. Op deze wijze is gewaarborgd
dat het koelmiddel in het circuit of olie niet
ongecontroleerd ontsnapt.
- Nadere informatie over het gebruikte koelmiddel
vindt u op het typeplaatje. De warmte-isolatiestof
is PU met pentaan.
- Informatie over ophaaldata of inzamelpunten is
de plaatselijke stadsreiniging of bij de gemeente
verkrijgbaar.
Technische veiligheid
W Om persoonlijk letsel en materiële schade te voor-
komen, het apparaat alleen verpakt transporteren
en met twee personen neerzetten.
W Het gebruikte koelmiddel R 600a is milieuvriende-
lijk, maar brandbaar.
W Leidingen van het koelmiddelcircuit niet bescha-
digen. Eruit spuitend koelmiddel kan oogletsel
veroorzaken of ontbranden.
W Wanneer koelmiddel vrijkomt, dan open vuur
of ontstekingsbronnen in de nabijheid van het
lekpunt verwijderen, stekker uit het stopcontact
trekken en de ruimte goed ventileren.
W Bij schade aan het apparaat onmiddellijk - voor
het aansluiten - bij de leverancier reclameren.
W Om een veilig gebruik te waarborgen het appa-
raat alleen volgens de informatie in de gebruiks-
aanwijzing monteren en aansluiten.
W In geval van een storing het apparaat van het net
loskoppelen: stekker uit het stopcontact trekken
(hierbij niet aan de aansluitkabel trekken) of zeke-
ring laten aanspringen resp. eruit draaien.
W Reparaties en ingrepen aan het apparaat
alleen door de technische dienst laten uitvoe-
ren, daar anders aanzienlijke gevaren voor
de gebruiker ontstaan. Hetzelfde geldt voor het
vervangen van het netsnoer.
Veiligheid bij gebruik
W Bewaar geen explosieve stoffen of spuitbussen
met brandbare drijfgassen, zoals butaan, propaan,
pentaan enz., in het apparaat. Eventueel vrijko-
mende gassen zouden door elektrische compo-
nenten kunnen ontbranden. U herkent dergelijke
spuitbussen aan de erop gedrukte inhoudsver-
melding of aan een vlamsymbool.
W Producten met een hoog percentage alcohol al-
leen goed afgesloten en staande bewaren.
W In het inwendige van het apparaat geen open vuur
of ontstekingsbronnen gebruiken.
W Geen elektrische apparaten binnen het apparaat
gebruiken (bijv. stoomreinigingsapparatuur, ver-
warmingsapparatuur, ijsmakers enz.).
W Plint, laden, deuren enz. niet als voetensteun of
om te leunen misbruiken.
W Dit apparaat is niet bedoeld voor personen (ook
kinderen) met fysieke, sensorische of mentale
gebreken of personen, die niet over voldoende
ervaring en kennis beschikken, tenzij zij door een
persoon, die voor hun veiligheid verantwoordelijk
is, in het gebruik van het apparaat worden on-
derwezen of die aanvankelijk toezicht uitoefent.
Kinderen mogen niet zonder toezicht achterblijven
om te voorkomen dat ze met het apparaat spelen.
W Voorkom voortdurend huidcontact met koude
oppervlakken of te koelen/te bevriezen levensmid-
delen want dat kan een pijnlijk of dof gevoel en
bevriezing veroorzaken. Bij langdurig huidcontact
veiligheidsmaatregelen treffen, bijv. handschoe-
nen dragen.
W Consumptie-ijs, met name waterijs of ijsblokjes,
na het eruit nemen niet onmiddellijk en niet te
koud consumeren. Door de lage temperaturen
bestaat "Gevaar voor verbranding".
W Consumeer geen levensmiddelen die over de
datum zijn, ze kunnen een voedselvergiftiging
veroorzaken.
Inbouw- en ventilatie-aanwijzing
W Vermijd de inbouw direct in het zonlicht, naast een
fornuis, radiator en dergelijke.
W De ventilatieopeningen mogen niet afgedekt
worden. Altijd op een goede be- en ontluch-
ting letten!
W De plaatsingsruimte van uw apparaat moet vol-
gens de norm EN 378 pro 8 g koelmiddelmassa
R 600a 1 kubieke m bezitten zodat er in geval van
een lekkage in het koelmiddelcircuit geen ont-
vlambare gas-lucht-mengeling in de plaat-sings-
ruimte van het apparaat kan ontstaan. Informatie
over de hoeveelheid koelmiddel vindt u op het
typeplaatje aan de binnenkant van het apparaat.
W Neem de aanwijzingen uit de appendix van de
inbouwhandleiding in acht.
Aansluiten
Stroomsoort (wisselstroom) en spanning
op de opstellingsplaats moeten met de informatie
op het typeplaatje overeenstemmen. Het typeplaat-
je bevindt zich aan de linker binnenkant, naast de
groenteladen.
W Het apparaat alleen via een correct geïn-
stalleerd randaardestopcontact aansluiten.
W Het stopcontact moet d.m.v. een zekering van 10
A of zwaarder beveiligd zijn, buiten de achterzijde
van het apparaat liggen en goed toegankelijk zijn.
W Het apparaat niet
- op stand-alone ondulatoren aansluiten,
- in combinatie met zgn. energiebesparingsstek-
kers gebruiken - de elektronica kan beschadigd
worden.
W Bij het loshalen van het netsnoer van de achter-
zijde van het apparaat de kabelhouder verwijde-
ren, om rammelen te voorkomen!
6
Het verdient aanbeveling, het apparaat voor inge-
bruikneming te reinigen, meer hierover in de para-
graaf "Reinigen".
Schakel het apparaat met het vriesvak ongeveer
2 uur voordat u de eerste levensmiddelen erin
plaatst in.
Apparaat in- en uitschakelen
Afb. A1
W Inschakelen: Verdraai de temperatuurregelaar
1 met een muntstuk. Draai de pijl van de stand
"0" naar ca. "2,5".
- De binnenverlichting brandt.
- Op het display
3 knippert kort 8, vervolgens
brandt één segment. Pas na een langere inscha-
kelduur wordt de temperatuur in de koelruimte
weergegeven.
W Uitschakelen: Draai de temperatuurregelaar
1
naar de stand "0" - binnenverlichting en display
zijn uit.
Temperatuur instellen, afb. A1
W Verdraai de temperatuurregelaar 1 met een
muntstuk.
De standen van de pijl betekenen:
Stand "1" = kleinste koelcapaciteit,
hoogste temperatuur
Stand "4" = grootste koelcapaciteit,
laagste temperatuur
W Wij adviseren een instelling van ca. "2,5".
Bij apparaten met een vriesvak geldt:
W Worden diepvriesproducten bewaard en moeten
de lage vaktemperaturen gewaarborgd zijn, dan
verdient een instelling tussen "2,5" en "4" de aan-
beveling.
Opmerking:
Houd er a.u.b. rekening mee dat de temperaturen in
de koelruimte beïnvloed worden door het aantal ma-
len dat de apparaatdeur geopend wordt, de inhoud
van het apparaat en de temperatuur van de plaats
waar het apparaat staat. Afhankelijk van de gewens-
te temperatuur moet de regelaar worden bijgesteld.
Het temperatuurdisplay*, afb. A1
toont de gemiddelde temperatuur in de koelruimte
3.
Bij ingebruikneming van een warm apparaat brandt
een streepje, totdat de temperatuur in het apparaat
binnen het weergavebereik valt (tussen 0 en 9 °C).
Door de natuurlijke luchtcirculatie is het boven de
onderste glasplaat kouder en in het bovenste koel-
gedeelte warmer; bij evt. vergelijkingsmetingen moet
hiermee rekening worden gehouden.
Koelen bij normaal gebruik
Door de natuurlijke luchtcirculatie bij normaal gebruik
ontstaan verschillende temperatuurzones, die voor
het bewaren van de verschillende levensmiddelen
gunstig zijn.
- Direct boven de groenteladen en tegen de achter-
wand is het het koudste - gunstig voor bijv. worst-
en vleeswaren.
- In het bovenste voorste bereik en in de deur is
het het warmste - gunstig voor bijv. smeerbare
boter en kaas. Bewaar daarom de levensmiddelen
volgens het "indelingsvoorbeeld", afb. A.
Fast-Cool*, afb. A1/4
Met Fast-Cool, schakelt u de koelruimte op de maxi-
male afkoelcapaciteit.
Fast-Cool verdient met name aanbeveling wanneer
u grote hoeveelheden net erin gelegde levensmid-
delen of dranken, zo snel mogelijk wilt afkoelen. De
koeltemperatuur daalt hierbij tot de waarde van de
koudste instelling van de temperatuurregelaar.
W In-/uitschakelen: Druk de Fast-Cool-toets
4 kort
in zodat het bijbehorende lampje oplicht (donker =
uit).
Opmerking: FAST�COOL heeft een hoger energie-
verbruik. Na ca. 6 uur echter schakelt de elek-
tronica automatisch naar de energiebesparende
normale stand terug.
Koelen met ventilator*, afb. A1/5
Hiermee bereikt u over alle plateaus een relatief
gelijkmatige temperatuurverdeling; alle levensmid-
delen zijn even koel, met een instelbare temperatuur.
Door de geforceerde luchtcirculatie worden de ver-
schillende temperatuurzones van de normale stand
opgeheven.
Deze instelling verdient altijd aanbeveling:
- bij een hoge kamertemperatuur (vanaf ca. 30 °C)
en
- een hoge luchtvochtigheid, zoals op zomerdagen.
W In-/uitschakelen: Druk kort op de ventilatortoets
5 zodat het bijbehorende lampje oplicht (donker
= uit).
Opmerking: Bij een ingeschakelde "ventilator" stijgt
het energieverbruik.
Aanwijzingen m.b.t. het koelen
W Plaats levensmiddelen zodanig dat de lucht goed
kan circuleren, dus niet te dicht bij elkaar.
W Bewaar ze altijd in gesloten verpakkingen; bewaar
producten met een hoog percentage alcohol al-
leen goed afgesloten en staande.
W Als verpakkingsmateriaal zijn recyclebare kunst-
stof, metalen, aluminium, glazen verpakkingen en
vershoudfolie geschikt.
W Ethyleengasproducerende en -gevoelige levens-
middelen zoals fruit, groente en sla, altijd geschei-
den bewaren of verpakken, om de houdbaarheid
niet te reduceren; bijv. tomaten niet met kiwi's of
kool bewaren.
2 Ingebruikneming 3 Koelen
!
°C
7
NL
5 Vriesvak* 4 Interieur
* afhankelijk van model en uitvoering
Binnenverlichting
Wanneer de binnenverlichting niet brandt, kan de gloeilamp
defect zijn.
Vervangen van de gloeilamp:
W Type gloeilamp: max. 25 W, de stroomsoort en spanning
moeten met de gegevens op het typeplaatje overeenstem-
men, fitting: E 14.
W Schakel het apparaat uit.
Trek de stekker uit het stopcontact of schakel de zeke-
ring in de meterkast uit.
W Druk de boven- en
onderkant van het
afdekkapje in 1 en
wip het kapje aan de
achterkant los 2.
W Vervang de gloei-
lamp. Gebruik bij het
draaien iets meer
kracht om de wrijving van de afdichting te compenseren. Let
er bij het indraaien op dat de afdichting correct in de lampfit-
ting zit.
W Zet het afdekkapje achter terug en druk de boven- en onder-
kant vast.
Vriesvak* (vier sterren)
(* indien aanwezig, afhankelijk van model, afb. A) In het vries-
vak kunt u bij een bewaartemperatuur van -18 °C en lager
(vanaf de middelste temperatuurinstelling), diepvriesproducten
en ingevroren levensmiddelen verscheidene maanden be-
waren, ijsblokjes maken en bovendien verse levensmiddelen
invriezen.
Opmerking:
De luchttemperatuur in het vak, gemeten met een thermometer
of andere meetapparatuur, kan schommelen. Dit heeft echter
bij een gevuld vak weinig invloed op de ingevroren levensmid-
delen. De kerntemperatuur van de ingevroren levensmiddelen
bedraagt hierbij dan het gemiddelde van deze schommelingen.
Invriezen van verse levensmiddelen
Verse levensmiddelen moeten zo snel mogelijk door en door
ingevroren worden. Voedingswaarde, vitamines, uiterlijk en
smaak van de levensmiddelen blijven dan het beste bewaard.
Daarom doet u er goed aan bij het invriezen van grotere hoe-
veelheden verse levensmiddelen als volgt te werk te gaan:
W Ca. 4 uur voor het erin leggen
- De temperatuurregelaar op de middelste tot koudste
stand instellen (ca. 3).
Reeds opgeslagen diepvriesproducten krijgen een koudere-
serve.
W Vervolgens de verse levensmiddelen erin leggen. Er kan
max. 2 kg/24 uur worden ingevroren.
De verse levensmiddelen zo goed mogelijk verdeeld op de
bodem van het vak leggen en niet met reeds opgeslagen
diepvriesproducten in contact brengen; ontdooien wordt
hierdoor vermeden.
W Na nog eens 24 uur zijn de nieuwe in te vriezen levensmid-
delen bevroren. Zet de temperatuurregelaar in de normale
stand terug. Het normale koelproces wordt weer hersteld.
Het invriezen is voltooid.
Aanwijzingen voor het bewaren
W Diepvriesproducten (reeds ingevroren producten) kunnen
onmiddellijk in het vriesvak worden gelegd.
W Bij voorkeur geen flessen in het vak leggen om ze snel te
koelen; indien toch, dan uiterlijk na één uur eruit nemen, ze
barsten anders.
W Eenmaal ontdooide levensmiddelen bij voorkeur niet op-
nieuw invriezen, maar tot een gerecht verwerken. Voedings-
waarde en smaak blijven zo het beste bewaard.
W Als richtwaarden voor de houdbaarheid van verschillende
levensmiddelen in het vriesvak geldt:
Gevogelte, rundvlees, lam 6 tot 12 maanden
Vis, varkensvlees 2
tot 6 maanden
Wild, konijn, kalfsvlees 4
tot 8 maanden
Worst, ham 2
tot 4 maanden
Kant-en-klare gerechten 2
tot 4 maanden
Groente en fruit 6
tot 12 maanden
Kaas, brood, bakproducten 2 tot 6 maanden
Van gistdeeg gebakken gebak 1 tot 5 maanden
Consumptie-ijs 2
tot 3 maanden
Of de bovenste of de onderste waarde geldig is, hangt af
van de kwaliteit van de levensmiddelen, de voorbewerking
voor het invriezen en de kwaliteitseisen van de individuele
huishouding. Voor wat vettere levensmiddelen gelden steeds
de onderste waarden; vetten worden snel ranzig.
IJsblokjes maken
W IJsblokjeshouder met water vullen.
W IJsblokjeshouder in het apparaat
zetten en laten bevriezen.
W Vervorm de lade enigszins om de
ijsblokjes eruit te laten springen of
houd hem even onder stromend
water.
D
1
2
3
E
1
2
1
1
2
2
C
Interieur aanpassen
W Het conservenblikkenvak kunt u
verplaatsen en alle opbergvakken zijn
voor het reinigen uitneembaar,
afb. C: schuif het opbergvak omhoog
en neem het er naar voren uit.
W Door het verschuiven van de flessen-
en conservenhouder kunt u flessen
beveiligen tegen omvallen bij het
openen en sluiten van de deur. Neem
de houder altijd bij het fixeerdeeltje
van kunststof.
- Voor het reinigen kan de houder wor-
den weggenomen.
- De onderste rand van de houder naar
voren trekken en losmaken;
W De draagplateaus kunt u afhankelijk
van de hoogte van de producten ver-
plaatsen. Draagplateaus er volgens
afb. D uitnemen.
- Schuif de draagplateaus altijd met
de aanslagrand achter naar boven
wijzend terug, daar de levensmid-
delen anders aan de achterwand vast
kunnen vriezen.
- De glasplaten* zijn door uittrekstops
beveiligd tegen ongewild uittrekken.
W Hebt u ruimte voor grote flessen
nodig, dan kunt u
- de voorste halve glasplaat* zacht
omhoog heffen en voorzichtig onder
de achterste plaat schuiven tot de
uittrekstops* in de openingen klikken,
afb. E, of
- een half* plateau eruithalen.
8
Ontdooien
De koelruimte
ontdooit automatisch. Het vrijkomende vocht op de
achterwand van de koelruimte wordt via de dooi-
waterafvoer naar een verdampingsschaal buiten de
koelruimte afgevoerd. Het dooiwater verdampt door
de warmte van de compressor - waterdruppels tegen
de achterwand zijn een gevolg van het ontdooipro-
ces en heel normaal.
W U hoeft er slechts op te letten dat het dooiwater
door de afvoeropening in de achterwand boven
de groenteladen onbelemmerd kan wegstromen.
Het vriesvak*
moet regelmatig met de hand worden ontdooid. Dik-
kere lagen ijs en rijp verhogen het energieverbruik!
W Een dunne laag rijp kan vaak met een kunststof
schraper worden weggeschraapt.
W Een dikkere laag rijp of ijs moet ontdooid
worden, bij voorkeur bij een leeg apparaat. Anders
de ingevroren levensmiddelen in krantenpapier
wikkelen en op een koele plaats bewaren, totdat
het ijs ontdooid is.
W Zet de temperatuurregelaar op de stand "0" of trek
de stekker uit het stopcontact.
W Laat de deur open staan, zet evt. een bak met
warm, niet kokend water in het vak.
Voor het ontdooien en verwijderen van ijs
geen elektrische verwarmings- of stoom-
reinigingsapparatuur, ontdooisprays, open
vlammen of metalen voorwerpen gebruiken.
Gevaar voor verwonding en beschadiging!
W Neem het dooiwater met een spons of een doek
op, maak het vak vervolgens schoon en wrijf het
droog.
Reinigen
W Voor het reinigen altijd het apparaat uitscha-
kelen. Stekker uit het stopcontact trekken of
de voorgeschakelde zekeringen eruit schroe-
ven resp. laten aanspringen.
W Binnenruimte en delen van het interieur met lauw-
warm water en een beetje schoonmaakmiddel
met de hand reinigen. Niet met stoomreinigings-
apparatuur werken - gevaar voor verwonding en
beschadiging!
- Gebruik reinigingsmiddelen niet geconcen-
treerd en in geen geval zand- of zuurhoudende
schoonmaak- resp. chemische oplosmiddelen.
Wij adviseren een allesreiniger met een neutrale
pH-waarde.
- Het typeplaatje op de binnenkant van het ap-
paraat niet beschadigen of verwijderen - het is
belangrijk voor de technische dienst.
6 Ontdooien, reinigen, energiebesparing
W De boterdoos* kan in de vaatwasser worden ge-
reinigd; de plateaus, glasplaten en overige delen
van het interieur met de hand reinigen, ze zijn niet
geschikt voor de vaatwasser. Trek de beschermfo-
lie van de sierlijsten.
W Als u het bovenste deurvak (boter- en kaasvak)
wilt verwijderen, dan het vak altijd samen met
het deksel* verwijderen! Daarna een zijstuk van
het vak voorzichtig naar buiten duwen totdat de
dekselpen vrij komt en het deksel zijwaarts weg-
gehaald kan worden; daarbij op eventuele lager-
bussen* letten.
W Afb. A, pijl: Reinig de afvoeropening in de achter-
wand boven de rechter groentelade regelmatig.
Indien nodig met een dun hulpmiddel, bijv.
wattenstaafjes of iets dergelijks, reinigen.
W De be- en ontluchtingsopeningen regelmatig met
een kwast of stofzuiger reinigen. Stofafzettingen
verhogen het energieverbruik.
W Let erop dat er geen schoonmaakwater in de af-
voergoot, luchtroosters en elektrische onderdelen
dringt.
W Sluit het apparaat nadat het ontdooien en reinigen
voltooid is weer aan en schakel het in.
W Moet het apparaat langere tijd uitgeschakeld
blijven, maak het dan leeg, trek de stekker uit het
stopcontact of zet de temperatuurregelaar op
"0". Reinig het zoals beschreven en laat de deur
van het apparaat openstaan, om geurvorming te
voorkomen.
Tips voor energiebesparing
W Let op vrije be- en ontluchtingsopeningen.
W Bescherm het apparaat tegen de zon, daar door
hoge omgevingstemperaturen het energieverbruik
onnodig oploopt.
W Open de deur van het apparaat bij voorkeur
slechts kort.
W Zet de levensmiddelen soort bij soort (zie het
indelingsvoorbeeld). Hierdoor gebruikt u de
verschillende temperatuurzones die door de
natuurlijke luchtcirculatie ontstaan optimaal. De
aangegeven houdbaarheid niet overschrijden.
W Alle levensmiddelen goed verpakt of afgedekt
bewaren; rijpvorming wordt zo voorkomen.
W Warme gerechten eerst tot kamertemperatuur
laten afkoelen voordat ze in het apparaat worden
gezet.
W Laat ingevroren levensmiddelen in de koelruimte
ontdooien. De vrijkomende koude wordt voor het
koelen gebruikt.
W Ontdooi het vriesvak* bij een dikkere laag rijp.
Hierdoor wordt de koudeovergang verbeterd en
blijft het energieverbruik laag.
!
9
NL
7 Storingen
Apparaat werkt niet, display is donker
- Is het apparaat correct ingeschakeld?
- Zit de stekker goed in het stopcontact?
- Is de zekering voor het stopcontact in orde?
Binnenverlichting brandt niet
- Is het apparaat ingeschakeld?
- De gloeilamp is defect. Volgens paragraaf "Binnenverlich-
ting" de lamp vervangen.
Geluiden zijn te hard
- Staat het apparaat op een stevige ondergrond? Worden
meubels/voorwerpen naast het apparaat door het draai-
ende aggregaat aan het trillen gebracht?
Zet de flessen en verpakkingen eventueel van elkaar af.
- Normaal zijn: stromingsgeluiden (borrelen of ruisen) ver-
oorzaakt door het koelmiddel dat in het koelmiddelcircuit
stroomt.
Een kort klikken. Dit ontstaat altijd als de compressor (de
motor) automatisch in- of uitgeschakeld wordt.
Brommen van de motor. De motor bromt even iets harder
als het aggregaat wordt ingeschakeld.
De koeltemperatuur is niet voldoende laag
- Sluit de apparaatdeur goed?
- Werd het apparaat juist ingebouwd?
- Is er voldoende be- en ontluchting?
Ventilatierooster eventueel vrijmaken.
- Is de omgevingstemperatuur te hoog? (zie passage "Al-
gemene bepalingen")
- Werd het apparaat te vaak of te lang geopend?
- Eventueel afwachten of de gewenste temperatuur vanzelf
weer wordt bereikt.
Het apparaat is zodanig geconstrueerd en gefabriceerd dat
bedrijfszekerheid en een lange levensduur gegarandeerd
zijn.
Doet zich desondanks een storing voor controleer dan of
deze tot een bedieningsfout te herleiden is. In dat geval
moet u namelijk ook gedurende de garantieperiode de kos-
ten die ontstaan vergoeden.
De volgende storingen kunt u door controle van de moge-
lijke oorzaken zelf verhelpen:
Storing Mogelijke oorzaak en remedie
Technische dienst en typeplaatje
Hebt u geen van de bovengenoemde oorzaken
vastgesteld en kon u de storing niet zelf verhelpen
of verschijnt op het temperatuurdisplay een "
F 0 " of " F 1",
dan betekent dit: Er is een storing opgetreden. Neem in dit
geval contact op met dichtstbijzijnde technische dienst (zie
bijgevoegd overzicht). Deel het nummer van de storingsmel-
ding mee, evenals:
de typeaanduiding
1,
het servicenummer
2,
het apparaatnummer*
3
zoals vermeld op het typeplaatje, afb. A2. Dit maakt een
snelle en efficiënte service mogelijk.
Het typeplaatje bevindt zich binnenin het apparaat, links
naast de groenteladen.
10
De fabrikant werkt voortdurend aan de verdere ontwikkeling
van alle typen en modellen. Hebt u er daarom a.u.b. begrip
voor dat wij wijzigingen in vorm, uitvoering en techniek moe-
ten voorbehouden.
Inbouwhandleiding
Bevestiging en montage
Afb. C1-3: Alle bevestigingselementen zijn bij het apparaat
gevoegd.
W Afb. D: Schuif de opvulstrook
bm in de opname, schroef
hem met borstbouten
bn op het apparaat.
W Let er bij het leggen van de kabel van de elektrische
leiding op dat het apparaat na de inbouw gemakkelijk kan
worden aangesloten.
- Schuif het apparaat voor 3/4 in de nis.
W Let op de dikte van de meubelwand:
Bij 16 mm dikke meubelwanden = 568 mm brede nis:
- Afb. D: Lijm afdekprofiel
bp aan de kant van de deurgreep
vast, in één lijn met de zijwand van het apparaat: trek de
beschermfolie eraf en druk het profiel vast; snij het profiel
indien nodig overeenkomstig de hoogte van de nis af.
- Druk de afstandsdelen
bo en bq op de scharnieren.
- Afb. E: Schuif het apparaat zo ver in de nis dat de af-
standsdelen tegen de zijwand van het keukenkastje
rusten, afb. E1.
Bij 19 mm dikke meubelwanden = 562 mm brede nis:
- Afb. E2: Schuif het apparaat in de nis, totdat de voorkan-
ten van de scharnieren in één lijn met de zijwand van het
keukenkastje staan; houd bij keukenkastjes met deuraan-
slagdelen (noppen, afdichtlippen enz.) rekening met de
opbouwmaat! Laat de scharnieren met de opbouwmaat
naar voren staan. Schuif het apparaat aan de scharnier-
kant tegen de wand van het keukenkastje aan.
W Afb. E3: Lijn het apparaat via de stelpoten met de bijge-
voegde steeksleutel
cn recht staande uit. Lijn de behui-
zing parallel met de voorkanten van de meubelzijwanden
uit.
W Schroef de kunststof hoek
br met M5-schroeven bs aan
de kant van de deurgreep aan het apparaat vast.
- Lijn in de diepte de kunststof hoek
br in één lijn met de
voorkant van de bodem van het keukenkastje uit.
Houd bij deuraanslagdelen (noppen, afdichtlippen enz.)
rekening met de opbouwmaat en lijn parallel met de
scharniervoorkant uit.
W Afb. F: Schroef het apparaat in de nis vast.
- Afb. F1/2: Schroef met lange spaanplaatschroeven
bu
boven en onder door de scharnierplaten vast.
- Afb. F3: Monteer met een lange schroef
bu door het mid-
den van het sleufgat van de kunststof hoek
br voor. Klap
de afdekking van de kunststof hoek dicht en sluit de deur
van het apparaat.
Draairichting deur veranderen
Afb. A1 Indien nodig kunt u de draairichting veranderen, zie
anders de rest van deze handleiding, vanaf inbouwaanwij-
zingen en afb. B.
W Wip het afdekdeel
1 er met de hand en 2 met behulp
van een schroevendraaier naar voren af.
W Detailafb. A1.1: Draai de bevestigingsschroeven
3 in de
behuizing boven en onder alleen los.
- Schuif de deur naar buiten en til hem eruit.
W Zet de bevestigingsschroeven
3 naar de andere kant
over, draai ze handvast.
W Afb. A1: Draai de schroeven voor de bevestiging van de
deur
4 eruit en verzet de scharnieren diagonaal.
Let op, scharnieren niet dichtklappen - Gevaar voor ver-
wonding!
W Sluit met de stopjes
bl de vrijgekomen bevestigings-
gaten af.
W Hang de deur in de voorgemonteerde schroeven
3 en
draai de schroeven vast.
W Zet de afdekdelen
1 en 2 elk aan de andere kant er
weer op.
Draairichting vriesvakdeur veranderen
W Afb. A2 Schroef het scharnier 6 eraf, neem de deur met
het scharnier weg.
W Schroef het sluitstuk
7 eraf.
W Sluit met de stopjes
8 de vrijgekomen gaten af.
W Draai de deur en het sluitstuk 180° en monteer beide
aan de andere kant. Zet de deur met de bus boven in
de behuizing, schroef hem onder met het erop gezette
scharnier
6 weer vast.
Inbouwaanwijzingen
W Het apparaat is ook geschikt voor vervanging van een
inbouwapparaat.
Demonteer in dit geval het hang- en sluitwerk van de deur
van het keukenmeubel en de nis. Dat is niet meer nodig,
omdat het keukendeurtje op de deur van het apparaat
wordt gemonteerd. Alle benodigde bevestigingselemen-
ten zijn bij het apparaat gevoegd.
W Afb. B: Lijn het keukenkastje met een waterpas en win-
kelhaak uit. Leg er indien nodig opvulblokjes onder. Het
draagplateau en de zijwand van het keukenkastje moeten
haaks op elkaar staan.
W Het koel-/vriesapparaat enkel in stabiele meubelstukken
inbouwen.
W Houd de ventilatieopeningen beslist aan:
- De diepte van het ventilatiekanaal aan de achterwand
van het keukenkastje moet min. 38 mm bedragen.
- Voor de be- en ontluchtingsopeningen in de plint van het
keukenkastje en het ombouwmeubel boven is min. 200
cm
2
nodig.
Hoe groter de doorsnede van de ventilatieruimte, des te
energiezuiniger werkt het apparaat.
W Controleer de inbouwmaten aan de hand van afb. B en
de volgende tabel:
Hoogte apparaat [mm] Hoogte nis [mm]
a b
1393 1397 - 1413
11
NL
12
Keukendeurtje monteren
W
Afb. G1: Controleer de voorinstelling van 8 mm (afstand tus-
sen de deur van het apparaat en de onderkant van de strip).
W Afb. G: Schuif de montagehulpmiddelen dl tot aan de
hoogte van het keukendeurtje omhoog. Onderste aan-
slagkant van het montagehulpmiddel = bovenkant van
het te monteren keukendeurtje.
W Hang de strip
dm op het keukendeurtje:
- Schroef hiervoor de borgmoeren
dn eraf.
-
Afb. H: Hang de strip met de montagehulpmiddelen op de
binnenkant van het keukendeurtje en centreer hem. (Op de
meubeldeur een korte middellijn aftekenen. Pijlpunt van de
verbindingsstrip gelijk zetten met de middellijn. De afstan-
den tot de buitenrand moeten links en rechts gelijk zijn.)
-
Heeft het keukendeurtje gaten voor inbouwscharnieren, sluit
deze dan met de ronde zelfplakkende afdekkingen
cp af (de
gaten zijn bij deze deur op deur-bevestiging niet nodig).
- Vallen de schroeven in het gat voor inbouwscharnieren,
dan moet dit gat met het bevestigingsstopje
cq (zakje met
toebehoren, afb. C2) worden afgesloten.
Draai de bevestigingsas verticaal en draai hem met de
schroeven
bt vast, afb. H1.
W Schroef strip
dm gecentreerd vast:
- Afb. H: bij deuren van spaanplaat met minimaal
6 schroeven,
- bij deuren met panelen met 4 schroeven aan de rand.
- Trek de montagehulpmiddelen
dl naar boven eruit en
schuif ze gedraaid in de ernaast gelegen opnameopenin-
gen.
W Afb. J: Hang het keukendeurtje op de deur van het appa-
raat/de stelschroeven
do. Draai de borgmoeren dn losjes
op de stelschroeven. Sluit de deur.
W Afb. J1: Controleer de afstand van de deur t.o.v. de aan-
grenzende keukendeurtjes.
- Afb. J2: Breng het keukendeurtje in de horizontale en
ver-ticale richting in één lijn met de voorkanten van de
aan-grenzende keukenkastjes: zijdelingse verstelling X
door verschuiven, hoogteverstelling Y en zijdelingse hoek
m.b.v. de stelschroeven
do - met een schroevendraaier.
- Draai de borgmoeren
dn vast.
W Afb. K: Bevestigingshoek
cr met behulp van de zeskant-
schroef
cs op de voorgeboorde gaten van de deur van
het apparaat schroeven.
W Schroef de deur van het apparaat door de bevestigings-
hoeken
cr aan het keukendeurtje vast:
- Let erop dat de beide metalen kanten uitgelijnd zijn, sym-
bool //. Boor vervolgens de bevestigingsgaten voor (evt.
met een kraspen markeren) en schroef de deur vast.
W Lijn het keukendeurtje in de diepte
Z uit:
- Afb. J2: boven: Draai de kruiskopschroeven
dp los.
- Afb. K: onder: Draai de zeskantschroeven
cs met de
bijgevoegde ringsleutel
co los en verschuif de deur.
- Afb. J1: Stel tussen het keukendeurtje en de ombouwkast
een luchtspleet van ca. 2 mm in. Houd de noppen en
afdichtlippen vrij - belangrijk voor een correcte werking!
W Afb. L: Monteer bij grote of meerdelige keukendeurtjes
een 2
e
paar bevestigingshoeken cr (zakje met toebe-
horen, afb. C3). Gebruik hiervoor in de buurt van de
handgreep de voorgeboorde gaten in de deur van het
apparaat.
W Controleer de uitlijning van de deur, corrigeer indien
nodig. Draai alle schroeven vast.
- Afb. L1: Draai de borgmoeren
dn met de ringsleutel co
vast, houd hierbij de stelschroeven
do met een schroe-
vendraaier tegen.
W Afb. L2: Lijn indien nodig de opvulstrook
bm door ver-
schuiven parallel met de bodem van het keukenkastje uit.
De strook mag niet naar voren uitsteken.
W Afb. L3: Zet het apparaat onder met een tweede schroef
bu door de kunststof hoek in het ronde gat vast.
W Afb. M: Zet de bovenste afdekking
cl er op en druk hem
vast. Schuif de zijdelingse afdekkingen
cm en ct erop en
druk ze vast.
W Afb. N: De eindaanslagvering van de deur kan worden
bijgesteld. Naar wens met bijgevoegde inbussleutel 5
bijregelen:
- draaien in de richting van de wijzers van de klok =
sterkere veerkracht,
- draaien tegen de richting van de wijzers van de klok =
zwakke veerkracht (leveringstoestand).
Inbouwhandleiding
13
NL
7

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw ATAG kd 6140 b bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van ATAG kd 6140 b in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 0,82 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info