NL 5
GEBRUIK
Beschrijving
1. In/uitschakelen en dimmen verlichting
2. Verlaging afzuigcapaciteit en uitschakelen
3. Signalering reinigen koolstoffilter
4. Signalering reinigen vetfilters
5. Display status
6. Signalering timerfunctie
7. Signalering ‘Clean Air’ functie
8. Inschakelen en verhoging afzuigcapaciteit
9. Inschakelen timerfunctie
Let op!
• Voordat een functie geactiveerd of gedeactiveerd wordt, moet de
motor en de verlichting uitgeschakeld zijn.
• Als u een afzuigkap met koolstoffilter heeft moet u de koolstoffilter-
signalering activeren, zoals aangegeven in de paragraaf ‘Reinigen
filters’.
1 2 3 4 5 6 7 8 9