Gebruikershandleiding RT-N11 EZ draadloze N-router
13
2) De draadloze codering instellen
De RT-N11 biedt een reeks coderings- en vericatiemethoden om
te voldoen aan de verschillende vereisten van thuis-, SOHO- en
zakelijke gebruikers. Voordat u de codering en vericatie voor de
RT-N11 instelt, moet u contact opnemen met uw netwerkbeheerder
voor advies.
Klik op
Wireless (Draadloos)
->
Interface
om de conguratiepagina
te openen.
Opmerking:
Selecteer een bandbreedte van 40MHz voor 802.11n-prestaties. De
kanaaloptie is afhankelijk van de geselecteerde bandbreedte.
Codering
De coderingmodi die door de RT-N11 worden ondersteund, zijn: Gedeelde sleutel
(WEP-64bits/WEP-128bits), WPA-persoonlijk, WPA2-persoonlijk, WPA-auto-
persoonlijk (TKIP+AES), WPA-enterprise, WPA2-enterprise, WPA-Auto-Enterprise
(TKIP+AES), Radius met 802.1x.
WEP
staat voor Wired Equivalent Privacy. Deze optie gebruikt statische sleutels
van 64-bits of 128-bits om gegevens te coderen voor een draadloze verzending.
Om WEP-sleutels in te stellen, stelt u
WEP Encryption (WEP-codering)
in op
WEP-64bits
of
WEP-128bits
. Voer vervolgens handmatig vier sets
WEP Keys
(WEP-sleutels)
in (10 hexadecimale cijfers voor een sleutel van 64-bits of 26
hexadecimale cijfers voor een sleutel van 128-bits). U kunt het systeem ook de
sleutels laten genereren door een
Passphrase (Wachtwoordzin)
in te voeren.
TKIP
staat voor Temporal Key Integrity Protocol. TKIP genereert unieke sleutels
op een dynamische wijze om elk gegevenspakket in een draadloze sessie
te coderen.
AES
staat voor Advanced Encryption Standard (Geavanceerde
coderingsstandaard). Deze oplossing biedt een betere beveiliging en zorgt voor
een verhoging van de complexiteit van de draadloze codering.
TKIP+AES
wordt
gebruikt wanneer WPA- en WPA2-clients samen op een draadloos netwerk
bestaan.
WPA-Personal (WPA-persoonlijk)
gebruikt een wachtwoord dat is ingesteld om
het systeem tegen onbevoegde toegang te beveiligen.
WPA-Enterprise
controleert
netwerkgebruikers via een server.