20
GEBRUIKSAANWIJZING
1 Veiligheid
De veiligheid van dit apparaat voldoet aan de Europese en Neder-
landse normen. Toch zien wij ons als fabrikant genoodzaakt u met on-
derstaande aanwijzingen m.b.t. de veiligheid vertrouwd te maken.
Elektrische veiligheid
• Montage en aansluiting van het nieuwe apparaat mogen alleen door
een erkend elektro-installateur worden uitgevoerd.
• Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vakmensen worden
uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's
leiden. Wend u bij reparaties altijd tot onze service-afdeling.
3
Volg deze aanwijzingen op, omdat anders bij schade de aanspraak op
garantie vervalt.
• Inbouwapparaten mogen alleen worden gebruikt nadat ze zijn inge-
bouwd in passende inbouwkasten en werkbladen die aan de nor-
men voldoen. Daarmee wordt de vereiste aanrakingsbescherming
van elektrische apparaten veiliggesteld.
• Als storingen aan het apparaat optreden:
– alle kookzones uitschakelen,
– de zekering van de kookplaat in de huisinstallatie uitschakelen.
Veiligheid voor kinderen
Als u kookt en braadt, worden de kookzones heet. Houd daarom
kleine kinderen altijd uit de buurt.
Veiligheid tijdens het gebruik
• Dit apparaat mag alleen voor het normaal koken en braden van le-
vensmiddelen worden gebruikt.
• Gebruik de kookplaat niet om de keuken te verwarmen.
• Voorzichtig bij het aansluiten van elektrische apparaten aan stop-
contacten in de buurt van het apparaat. Snoeren mogen niet met
hete kookzones in aanraking komen.
• Oververhitte vetten en oliën vliegen snel in brand. Als u gerechten in
vet of olie (bijv. patates frites) bereidt, dient u altijd in de buurt te blij-
ven.
• Schakel elke keer na het gebruik de kookzones uit.